Printcartridges beheren
Door de printcartridge correct te gebruiken, bewaren en controleren, kunt u afdrukken van hoge
kwaliteit waarborgen.
Instellingen voor printcartridges
Afdrukken wanneer een printcartridge het einde van de geschatte levensduur
heeft bereikt
●
Het bericht <Kleur> <Onderdeel> Laag verschijnt, waarbij <Kleur> de kleur is van het
onderdeel en <Onderdeel> het type van het onderdeel, verschijnt wanneer een onderdeel het
einde van de geschatte levensduur bijna heeft bereikt.
●
Het bericht <Kleur> <Onderdeel> Vrijwel leeg verschijnt wanneer een onderdeel het einde
van de geschatte levensduur heeft bereikt.
Er kunnen zich problemen met de afdrukkwaliteit voordoen wanneer een onderdeel wordt gebruikt dat
het einde van de geschatte levensduur heeft bereikt.
Hiermee kunt u de opties Instellingen Vrijwel leeg op het bedieningspaneel in-
of uitschakelen
U kunt de standaardinstellingen op elk moment in- of uitschakelen en u hoeft deze niet opnieuw in te
schakelen wanneer u een nieuwe cartridge installeert.
1.
Raak op het beginscherm van het bedieningspaneel de knop
2.
Open de volgende menu's:
Benodigdheden beheren
●
Instellingen benodigdheden
●
114
Hoofdstuk 7 Benodigdheden beheren
Beheer
aan.
NLWW