Het Systeem Installeren; Mechanische Installatie; Fundering; Leidingwerk - Grundfos Hydro Multi-E 2 CRE Installatie- En Bedieningsinstructies
Verberg thumbnails
Zie ook voor Hydro Multi-E 2 CRE:
- Installatie- en bedieningsinstructies (54 pagina's)
Inhoudsopgave
Advertenties
5. Het systeem installeren
WAARSCHUWING
Beknelling
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Gebruik professionele installatiehulpmiddelen bij het
verplaatsen of hijsen van het systeem of de
onderdelen.
‐
Gebruik veiligheidsapparatuur bij het bevestigen van
het basisframe.
‐
Gebruik de meegeleverde houten balken ter
ondersteuning van het systeem bij het bevestigen van
de trillingsdempers.
‐
Alleen getraind personeel mag de installatie uitvoeren.
VOORZICHTIG
Lading boven het hoofd
Gering of beperkt persoonlijk letsel
‐
Gebruik geschikte hijsapparatuur bij het opstellen van
het systeem.
VOORZICHTIG
Beknelling van de voeten
Gering of beperkt persoonlijk letsel
‐
Gebruik veiligheidsapparatuur bij het installeren van
de leidingen en de tank.
VOORZICHTIG
Scherp element
Gering of beperkt persoonlijk letsel
‐
Draag beschermende handschoenen.
5.1 Mechanische installatie
5.1.1 Fundering
Plaats het systeem op een vlak en stevig oppervlak, bijvoorbeeld
een betonnen vloer of fundering. Als het systeem geen
trillingsdempers heeft, zet het dan met bouten vast aan de vloer
of fundering.
5.1.2 Leidingwerk
Pijlen op het pomphuis geven de stroomrichting van het water door
de pomp aan.
De leidingen die op het systeem worden aangesloten, moeten
de juiste afmetingen hebben. Ter voorkoming van resonantie
dienen expansiekoppelingen in de zuig- en persleidingen te worden
aangebracht.
1. Sluit de leidingen aan op de spruitstukken van het systeem.
Het spruitstuk heeft een schroefdop aan één uiteinde. Als dit
uiteinde moet worden gebruikt, verwijder dan de schroefdop,
breng afdichtingsmateriaal aan op het andere uiteinde van het
spruitstuk en plaats de schroefdop. Voor spruitstukken met
flenzen moet een blindflens met pakking worden gebruikt.
2. Draai alle bouten en moeren vast voordat u de pomp inschakelt.
Als systemen in flatgebouwen worden geïnstalleerd of als de
eerste verbruiker op de lijn zich dicht bij het systeem bevindt,
adviseren wij u expansiekoppelingen aan te brengen aan de
zuig- en persleidingen om te voorkomen dat trillingen worden
overgebracht door de leidingen.
3. De leidingen moeten worden bevestigd aan delen van het
gebouw om te garanderen dat ze niet kunnen bewegen of
buigen.
1
2
Installatievoorbeeld met expansiekoppelingen en leidingbeugels
10
2
1
2
Pos.
Beschrijving
1
Expansiekoppeling
2
Leidingbeugel (en aanbevolen locatie voor afsluitklep)
De expansiekoppelingen en leidingbeugels die zijn weergegeven
in de bovenstaande afbeelding, zijn niet inbegrepen in het
standaardsysteem.
5.1.3 Aftapopeningen
De motor heeft een aftapopening met plug in de flens aan de
aandrijfzijde. U kunt de flens 90° naar beide kanten of 180° draaien.
Als de aftapopening geopend is, ontlucht de motor zichzelf, zodat
water en vochtige lucht kunnen ontsnappen.
Als u de aftapopening opent, wordt de behuizingsklasse van de
motor lager dan standaard.
B3
B14
5.2 Elektrische aansluiting
GEVAAR
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Schakel de voedingsspanning uit en zorg dat deze niet
per ongeluk kan worden ingeschakeld.
‐
Zorg ervoor dat de draden van de onderstaande
groepen aansluitingen over hun gehele lengte door
middel van dubbele isolatie van elkaar worden
gescheiden.
WAARSCHUWING
Elektrische schok
Dood of ernstig persoonlijk letsel
‐
Alle elektrische aansluitingen moeten worden gemaakt
door gekwalificeerde personen in overeenstemming
met de plaatselijke regelgeving.
Controleer of de voedingsspanning en -frequentie overeenkomen
met de waarden die op het typeplaatje vermeld zijn.
Als de voedingskabel beschadigd is, dient deze door de fabrikant,
haar servicepartner of een persoon met vergelijkbare kwalificaties
vervangen te worden.
De gebruiker of de installateur is verantwoordelijk voor het
installeren van een correcte aarding en bescherming in
overeenstemming met de plaatselijke regelgeving.
Het systeem dient op een permanente plaats te worden bevestigd
en geïnstalleerd. Het systeem moet daarnaast permanent zijn
aangesloten op de voeding.
Voer de aardaansluiting dubbel uit.
Als het systeem niet zodanig kan worden geïnstalleerd dat de
stroomonderbreker zich volgens EN 60204-1, paragraaf 5.3.4
minimaal 0,6 m boven het serviceniveau bevindt, dient u het
systeem te installeren met een externe stroomonderbreker die
voldoet aan EN 60204-1, paragraaf 5.3.2. Het systeem dient te
worden voorzien van een apparaat waarmee het in de UIT-stand
(geïsoleerd) kan worden vergrendeld.
B5
Advertenties
Inhoudsopgave
