Pagina 1
DESIGNJET L28500 printerserie Gebruikershandleiding...
Pagina 2
Staten gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. De enige garanties voor producten en diensten van HP worden vermeld in de specifieke garantieverklaring bij dergelijke producten en diensten. Geen enkele bepaling in dit document mag worden geïnterpreteerd als een aanvullende garantie.
Inhoudsopgave 1 Inleiding ............................... 1 Veiligheidsmaatregelen ............................1 De belangrijkste onderdelen van de printer ......................4 Belangrijkste printeronderdelen ........................... 5 Geïntegreerde webserver ............................ 10 De printer in- en uitschakelen ..........................11 De printer opnieuw opstarten ..........................12 2 Connectiviteit- en software-instructies ......................13 Verbindingsmethode ............................
Pagina 4
5 Substraatinstellingen ..........................55 Mediastandaardinstellingen downloaden ......................55 Een nieuw substraat toevoegen .......................... 55 Sneller afdrukken ..............................67 Kleurkalibratie ..............................67 Kleurprofielen ..............................68 Trucs voor kleurreproductie ..........................68 6 Gebruiksgegevens ophalen .......................... 71 Telgegevens verkrijgen ............................72 Gebruiksstatistieken controleren ........................73 Gebruiksstatistieken voor een taak controleren ....................
Pagina 5
De printkoppen reinigen (herstellen) ........................ 103 Het venster van de substraatdoorvoersensor reinigen ................... 104 De inktpatronen onderhouden .......................... 105 De printer verplaatsen of opslaan ........................105 Inktpatroon vervangen ............................. 105 De inktonderhoudsset vervangen ........................110 Een printkop vervangen ............................ 115 De printkopreinigingsset vervangen ........................
Pagina 6
18 Als u hulp nodig hebt ..........................161 Inleiding ................................161 Documentatie ..............................161 Customer Self Repair ............................161 HP Klantenondersteuningscentra ........................162 Service-informatie ............................162 19 Specificaties van de printer ........................163 Functionele specificaties ........................... 163 Fysieke specificaties ............................165 Geheugenspecificaties ............................
Algemene veiligheidsrichtlijnen ● Er zijn geen door de bediener te onderhouden onderdelen in de printer behalve die aan de orde komen in het reparatieprogramma voor klanten van HP (zie http://www.hp.com/go/selfrepair/). Raadpleeg voor onderhoud aan andere onderdelen gekwalificeerde onderhoudsmedewerkers. ● Schakel de printer uit en neem contact op met de servicevertegenwoordiger in de volgende gevallen.
● Steek geen voorwerpen door sleuven in de printer. ● Test de aardlekschakelaars om de 6 maanden. Hittegevaar De droogs- en hardingssubsystemen van de printer werken op hoge temperaturen en kunnen bij aanraking brandwonden veroorzaken. Neem de volgende voorzorgsmaatregelen in acht om persoonlijk letsel te voorkomen.
Draag persoonlijke beschermingsmiddelen, inclusief schoenen en handschoenen bij het hanteren van zware substraatrollen. Omgaan met inkt Uw printer gebruikt geen solventinkten en kent niet de traditionele problemen die daarmee gepaard gaan. HP beveelt echter het dragen van handschoenen aan bij het hanteren van inktsysteemcomponenten. Waarschuwingen De volgende symbolen worden in deze handleiding gebruikt om een correct gebruik van de printer te waarborgen en om te voorkomen dat de printer wordt beschadigd.
Label Toelichting Gevaar van elektrische schok. Er zijn geen door de bediener te onderhouden onderdelen in de printer. Raadpleeg voor onderhoud gekwalificeerde onderhoudsmedewerkers. Raadpleeg de installatie-instructies alvorens de stroom aan te sluiten. Ga na of het ingangsvoltage binnen het nominale spanningsbereik ligt en selecteer de juiste driefaseconfiguratie van de printer.
● Er is een hele reeks HP herbruikbare substraten beschikbaar ● Duurzame afdrukken met outdoor-displaybestendigheid tot drie jaar voor ongelamineerd en tot vijf jaar voor gelamineerd ● Nauwkeurige en consistente kleurenreproductie met automatische kleurkalibratie (ingebouwde spectrometer) voor de meeste substraten Wanneer u afdruktaken naar de printer wilt verzenden, hebt u Raster Image Processor (RIP) software nodig die op een afzonderlijke computer wordt uitgevoerd.
Pagina 12
Opwikkelspoel Asstop Asvergrendelingshendel Hardingsmodule Droogmodule Achteraanzicht Reinigingscontainer printkop Aansluitingen voor communicatiekabels en optionele accessoires Stroomschakelaar en stroomaansluiting Aardlekschakelaars voor de verwarmingscomponenten Inktfilter Hoofdstuk 1 Inleiding NLWW...
Pagina 13
Hoekhouderframe Het frame is normaal gesproken aan de achterzijde van de printer bevestigd en bevat de twee hoekhouders als deze niet in gebruik zijn. Droogruimte NLWW Belangrijkste printeronderdelen...
Opwikkelspoelmotor Opwikkelspoelhendel Wikkelrichtingschakelaar Knoppen handmatig wikkelen Laadaccessoire Met het laadaccessoire kunt u sommige substraatsoorten laden die moeilijk te laden zijn. Zie laadaccessoire op pagina Voorpaneel Het voorpaneel van de printer bevindt zich rechts op de voorzijde van de printer. Dit paneel heeft de volgende belangrijke functies: ●...
Pagina 15
Het voorpaneel heeft een groot centraal gedeelte om dynamische informatie en pictogrammen te tonen. Aan de linkerkant kunt u tot zes vaste pictogrammen zien op verschillende momenten. Normaal gesproken worden deze niet allemaal op hetzelfde moment getoond. Vaste pictogrammen die u links en rechts hebt vastgezet ●...
Op verschillende plaatsen in deze handleiding vindt u informatie over specifieke gebruikstoepassingen van het voorpaneel. Geïntegreerde webserver De geïntegreerde webserver is een webserver die in de printer actief is. U kunt deze gebruiken om printerinformatie te verkrijgen, instellingen en voorinstellingen te beheren, printkoppen uit te lijnen, nieuwe firmware te uploaden en problemen op te lossen.
Bladeren door nuttige informatie uit diverse bronnen ● Problemen oplossen ● Gebruik de HP Designjet-koppelingen voor technische ondersteuning voor uw printer en accessories ● Toegang tot serviceondersteuningspagina's die actuele en historische gegevens van het gebruik van de printer tonen De printer in- en uitschakelen Wanneer u de printer wilt inschakelen, moet u nagaan of de aardlekschakelaars omhoog staan en of de aan/ uit-knop aan de achterkant van de printer is ingeschakeld.
U schakelt deze later weer in via de aan/uit-knop aan de achterkant. Als de printer niet automatisch start, drukt u op de aan/uit-knop op het frontpaneel. Wanneer de printer wordt ingeschakeld, duurt het ongeveer 5 minuten voordat deze is geïnitialiseerd. De printer opnieuw opstarten In bepaalde omstandigheden kan het nodig zijn de printer opnieuw op te starten.
Connectiviteit- en software-instructies Verbindingsmethode Uw printer kan op de volgende manier worden verbonden. Verbindingstype Snelheid Maximum kabellengte Andere factoren Gigabit Ethernet Snel; is afhankelijk van het Lang (100 m = 328 ft) Vereist extra materiaal netwerkverkeer (switches). OPMERKING: De snelheid van elke netwerkverbinding is afhankelijk van alle onderdelen van het netwerk, zoals netwerkcontrollers, hubs, routers, switches en kabels.
Pagina 20
Raadpleeg de RIP-instructies (niet geleverd door HP) om de software RIP te installeren. Hoofdstuk 2 Connectiviteit- en software-instructies NLWW...
Basis instelopties Printerinstelopties De taal voor het voorpaneel wijzigen Er zijn twee methoden om de taal te wijzigen die wordt gebruikt voor de menu's en berichten van het voorpaneel. ● Als u de huidige taal op het frontpaneel begrijpt, gaat u naar het frontpaneel en drukt u op vervolgens op , Installatie >...
● SMTP server (SMTP-server). Dit is het IP-adres van de uitgaande mailserver (Simple Mail Transfer Protocol [SMTP]) die alle e-mailberichten van de printer verwerkt. Als de mailserver verificatie vereist, kunt u geen e-mailmeldingen instellen. ● Printer E-mail address (Het e-mailadres van de printer). Ieder e-mailbericht dat de printer verzendt, moet een antwoordadres hebben.
Fabrieksinstellingen herstellen Wanneer u de printerinstellingen wilt terugzetten naar de oorspronkelijke fabriekswaarden, gaat u naar het frontpaneel en drukt u op , vervolgens op , Installatie > Herstellen > Fabrieksinstellingen herstellen. Met deze optie worden alle printerinstellingen behalve de Gigabit Ethernet-instellingen hersteld. Setup-opties geïntegreerde webserver Toegang tot de geïntegreerde webserver Gebruik de geïntegreerde webserver om op afstand printerinformatie weer te geven via een gewone...
Alle gegevens worden verzameld en gebruikt in overeenstemming met het privacybeleid van HP. Er zijn geen verplichte enquêtes of vervolg-e-mails. Er worden geen persoonlijke contactgegevens verzameld. U kunt op elk gewenst moment uw deelname beëindigen.
Pagina 25
Klik op de knop Testen en toepassen rechtsonder op het scherm. Na een tijdje verschijnen de resultaten van de test als volgt in een venster: Als het eerste bericht in het venster Resultaat van AutoSend-instellingen Voltooid is en voor alle items een groen vinkje staat, zoals hierboven weergegeven, is de configuratie voltooid.
Pagina 26
Klik op de knop Testen en toepassen rechtsonder op het scherm. Als het eerste bericht in het venster Resultaat van AutoSend-instellingen Voltooid is en er voor alle items een groen selectievakje staat, is de configuratie voltooid. U kunt nu naar een ander tabblad van de geïntegreerde webserver bladeren of het browservenster sluiten.
Omgaan met het substraat Overzicht U kunt op een breed scala aan printmaterialen drukken; in deze handleiding wordt hiernaar verwezen met substraten. Substraattips De keuze van het juiste substraat voor uw toepassingen is van essentieel belang voor een goede afdrukkwaliteit. Hier zijn enkele tips voor het gebruik van substraten.
Voorbeeld: Ultraflex Stripmesh De HP Media Finder is een hulpmiddel waarmee u kunt zoeken naar substraten (van HP en derden) die zijn getest en waarvan is aangetoond dat ze compatibel zijn met uw printer. Met dit hulpmiddel kunt u zoeken op...
TakeBack: HP biedt het HP Large-format Media TakeBack-programma in Noord-Amerika en Europa, waarmee de meeste te recyclen substraten van HP kunnen worden geretourneerd. De beschikbaarheid varieert. Ga voor details naar http://www.hp.com/recycle/. Naast dit programma zijn er voor deze producten momenteel in een beperkt aantal gebieden mogelijkheden voor recycling.
Het hout komt van FSC-gecertificeerde, goed beheerde bossen, door het bedrijf gecontroleerde bronnen en/of gerecycled materiaal. Het niet bedrukte HP Heavy Textile Banner, HP Light Textile Display Banner en HP Wrinkle- free Flag met Liner hebben een Oeko-Tex-certificaat volgens Oeko-Tex Standard 100, wat een wereldwijd uniform test- en certificeringssysteem is voor textielgrondstoffen, tussenproducten en eindproducten in alle stadia van de productie.
Druk het testbestand af met het aantal passages en de mediastandaardinstelling die u wilt gebruiken voor dit substraat (of een soortgelijk profiel voor wat betreft inktlimiet). Verwijder het substraat. Verwijder de strook zelfklevende vinyl van de plaat. Bekijk het zelfklevende vinyl dat u van de plaat hebt verwijderd. ●...
Pagina 32
Til de asvergrendelingshendel omhoog om de as te ontkoppelen. Verwijder de as uit de printer. VOORZICHTIG: Plaats uw vingers niet in de assteunen. Aan elk uiteinde van de as bevindt zich een stop om de rol op zijn plaats te houden. Verwijder de blauwe stop aan het linkereinde om een nieuwe rol te plaatsen (de stop aan het andere einde kan desgewenst ook worden verwijderd).
Pagina 33
Verwijder de stop van het linkeruiteinde van de as. Schuif de as in de rol. Als de rol te lang en te zwaar is, zijn er twee mensen nodig om de rol te hanteren. De rechterstop van de as heeft twee posities: één voor rollen van de maximumbreedte van de printer, en één voor smallere rollen.
Plaats de blauwe stop op het bovenste uiteinde van de as en druk de stop naar het uiteinde van de rol. Vergrendel de blauwe stop wanneer deze contact heeft met het substraat. Plaats de as voorzichtig in de printer. Als u regelmatig van substraat verandert, kunt u de rollen sneller vervangen door verschillende typen rollen vooraf op verschillende assen te plaatsen.
Pagina 35
TIP: Het laadaccessoire op pagina 46 om een rol textielmateriaal te laden. TIP: Wanneer u heel dunne of dikke substraten laadt, of substraten die neigen om te krullen, moet u de procedure voor handmatig plaatsen volgen om het risico van substraatstoringen of printkopbreuken te voorkomen;...
Pagina 36
Selecteer het type substraat dat u laadt. OPMERKING: U moet de naam van het specifieke substraat dat u gebruikt, in de RIP-software selecteren en niet in het frontpaneel. OPMERKING: De RIP-substraatinstelling overschrijft de instellingen op het voorpaneel. U kunt de lengte van het substraat op de rol invoeren. Als u dit doet, wordt de hoeveelheid substraat gevolgd die daarna wordt gebruikt.
Als u transparant substraat zonder dekkende grenzen laadt, wordt u gevraagd de breedte van het substraat in te voeren en de afstand van de rechterrand van de zijplaat van de printer (zoals aangegeven door de liniaal voor op de hardingsmodule). Als u hebt gekozen voor tweezijdig afdrukken, kan via het voorpaneel hierover een vraag worden gesteld.
Pagina 38
Opties voor substraatbehandeling > Smal substraat inschakelen. Met deze optie is de afdrukkwaliteit niet gegarandeerd. TIP: Het laadaccessoire op pagina 46 om een rol textielmateriaal te laden. Druk op het frontpaneel van de printer op , vervolgens op , Substraat > Substraat laden > Handmatig laden.
Pagina 39
HP Photorealistic om de vacuümdruk die wordt toegepast tijdens het laden te maximaliseren. Ga na het laden en voor het afdrukken naar het...
De printer kalibreert de substraatdoorvoer. De printer geeft aan klaar te zijn voor het afdrukken. Let erop dat de bovenste ventilatoren niet worden bedekt. Een gesneden vel in de printer plaatsen De printer is ontworpen voor gebruik met rollen substraat. Het is mogelijk gesneden vellen in de printer te plaatsen, maar de afdrukkwaliteit is niet gegarandeerd en u kunt problemen hebben met het voorkomen van scheeftrekken.
● Tijdens het laden probeert de printer de wikkelrichting van de rol te bepalen door de as in beide richtingen te draaien. Wanneer het substraat niet aan de as is bevestigd, wordt het volgende bericht weergegeven. ● Een gesneden vel wordt waarschijnlijk geplaatst met te veel scheeftrekking en de printer kan dit niet automatisch corrigeren.
Haal de rol van de printer, trek eerst het rechteruiteinde aan de rechterkant van de printer uit. Plaats uw vingers niet in de assteunen tijdens het verwijderen. De opwikkelspoel De opwikkelspoel moet zijn ingeschakeld en worden bediend vanaf het voorpaneel. Wanneer de opwikkelspoel is ingeschakeld, verschijnt het bericht Opwikkelspoel ingeschakeld op het tabblad Substraat op het frontpaneel.
Een rol op de opwikkelspoel laden Druk op het frontpaneel van de printer op , vervolgens op , Substraat > Opwikkelspoel inschakelen. Het voorpaneel biedt u de keuze de opwikkelspoel direct te laden of tijdens het afdrukken. Als u besluit de opwikkelspoel tijdens het afdrukken te laden, moet uzelf vertrouwd maken met de procedure hiervoor.
Pagina 44
Ga na of het draagijzer in de geheven positie staat (omhoog). Ontgrendel de opwikkelspoel door de twee hendels te heffen. Verwijder de opwikkelspoel. Ontgrendel de blauwe stop. Hoofdstuk 4 Omgaan met het substraat NLWW...
Pagina 45
Verwijder de stop van het linkeruiteinde van de as. Laad de kern op de opwikkelspoel. De kern moet minimaal zo breed zijn als het substraat. Vervang de blauwe stop op de opwikkelspoel. Schuif deze zodat deze in contact komt met de kern en vergrendel deze.
Pagina 46
Laad de opwikkelspoel in de printer door stevig tegen beide einden te duwen. Gebruik de optie Move substrate (Substraat verplaatsen) in het voorpaneelmenu Substrate (Substraat) om het substraat door te voeren. Zet het doorvoeren van het substraat voort totdat de as wordt bereikt.
Pagina 47
Trek het midden van de voorrand van het substraat omlaag om het substraat recht te maken. Probeer het substraat niet uit de printer te trekken. OPMERKING: Als u de opwikkelspoel laadt tijdens het afdrukken, hoeft u het substraat niet strak te trekken.
Pagina 48
Gebruik de doorvoerknop op de opwikkelspoelmotor om de opwikkelspoel eenmaal door te voeren om ervoor te zorgen dat het substraat stevig aan de kern is bevestigd. Druk op de OK-toets op het voorpaneel. De printer voert het substraat door. Hef de hendel om het draagijzer omlaag te brengen. Hoofdstuk 4 Omgaan met het substraat NLWW...
Gebruik de wikkelrichtingschakelaar op de opwikkelspoelmotor om de wikkelrichting te selecteren. Bij instelling 1 wordt het substraat zo gewikkeld dat de afdruk naar binnen is gekeerd. Bij instelling 2 wordt het substraat zo gewikkeld dat de afdruk naar buiten is gericht. Druk op de OK-toets op het voorpaneel.
Pagina 50
Zet de schakelaar van de wikkelrichting op de uit-positie. De schakelaar staat op de uit-positie wanneer deze is gecentreerd (met andere woorden wanneer deze noch op positie 1 noch op positie 2 staat). Zet het draagijzer in de geheven positie. Gebruik de doorvoerknop op de opwikkelspoelmotor om het overtollige substraat om de opwikkelspoel te wikkelen.
Ontgrendel de opwikkelspoel door beide hendels te heffen. Haal de rol van de printer door eerst het uiteinde aan de rechterkant van de printer uit te trekken. Plaats uw vingers niet in de assteunen tijdens het verwijderen. Rol uit printer verwijderen op pagina 35 om de rol van de printer te halen nadat u de opwikkelspoel hebt verwijderd.
Schuif de randhouder met uw vingers naar links of naar rechts zodat u de rand van het substraat kunt zien in de twee vierkante gaten in de zijkant van de randhouder. De volgende afbeelding toont een correct geplaatste randhouder. OPMERKING: Wanneer u de randhouders gebruikt, moeten uw afdrukken een minimummarge van 10 mm hebben.
Pagina 53
Selecteer Load with accessory (Laden met accessoire) in het menu Substrate Load (Substraat laden) op het voorpaneel. OPMERKING: Als u Load with accessory (laden met accessoire) selecteert, wordt een melding weergegeven met de vraag of u de randhouders wilt gebruiken. Leg het textiel-laadaccessoire op de grond en klap de witte flappen ver genoeg naar voren om de breedte van het substraat te bedekken.
Pagina 54
Klap de witte flappen terug zodat ze de voorrand van het substraat bedekken. De zwarte plaatjes zijn magnetisch en houden het substraat vast. Til het laadaccessoire en de voorrand van het substraat samen op. Laad het substraat handmatig, zie Rol in de printer laden (handmatig) op pagina Hoofdstuk 4 Omgaan met het substraat NLWW...
Pagina 55
HP Photorealistic om de vacuümdruk die wordt toegepast tijdens het laden te maximaliseren. Ga na het laden en voor het afdrukken naar het...
De printer controleert het substraat op diverse manieren en kan u vragen problemen met scheeftrekken of spanning te corrigeren. OPMERKING: U kunt op het voorpaneel de maximum toegestane hoeveelheid scheeftrekking opgeven: druk op , vervolgens op , Substraat > Opties voor substraatbehandeling > Instelling max.
Pagina 57
OPMERKING: Als u het substraat probeert te verplaatsen tijdens het afdrukken op een van de kanten, vraagt het voorpaneel om bevestiging omdat een dergelijke beweging de juiste uitlijning tussen de twee zijden verhindert. Dubbelzijdig afdrukken in detail Plaats het substraat op de manier die hoort bij het substraat dat u gebruikt. Druk op het voorpaneel van de printer op , vervolgens op , Substraat >...
Het voorpaneel vraagt Would you like to load substrate for printing as side B? (Wilt u het substraat laden voor afdrukken als zijde B?) Selecteer Ja. De printer zoekt de referentielijn op het substraat. AL dit niet wordt gevonden, wordt u op het voorpaneel gevraagd het substraat te verplaatsen met de toetsen Omhoog Omlaag...
Pagina 59
Wanneer de rol op de printer wordt geladen, hebt u de optie de lengte van het substraat op de rol in te voeren. De hoeveelheid substraat die daarna wordt gebruikt, wordt gevolgd. Wanneer het substraat wordt verwijderd, wordt op het frontpaneel aangegeven hoeveel er nog over is zodat u dit voor toekomstig gebruik kunt noteren.
Form feed en afsnijden De optie Form feed en afsnijden is beschikbaar op het frontpaneel van de printer. Als u op drukt, vervolgens op en vervolgens op Substraat > Form feed en afsnijden voert de printer normaal gesproken het substraat door en snijdt het af. Hieronder vindt u een lijst met de andere functies: ●...
● Als deze daar niet is, probeer deze dan te downloaden van de website van het RIP-bedrijf. ● Als deze ook daar niet is, controleer de beschikbaarheid dan met de zoektoepassing HP Media Finder die u vindt op http://www.hp.com/go/latexmediafinder/ ●...
Samenvatting Selecteer printerinstellingen en kleurenprofiel De juiste printerinstellingen voor uw substraat zijn mogelijk beschikbaar bij uw RIP-leverancier of bij de substraatleverancier. Zo niet, dan kunt u de printerinstellingen van een soortgelijk substraat of van hetzelfde type kopiëren. Zie Ondersteunde substraattypen op pagina Als u geen soortgelijk substraat kunt vinden, zijn hier enkele aanbevolen standaardinstellingen voor ieder substraattype.
Pagina 63
Zelfklevend Banner Textiel Film Synthetisch papier Papier-waterachtig Papier-solvent Lage temperatuur (incl. HP Photoreal) Mesh De diverse hierboven genoemde instellingen worden hieronder beschreven. Instelling Beschrijving Indien te laag Indien te hoog Passages Het aantal passages specificeert De hoeveelheid inkt die per...
Pagina 64
Instelling Beschrijving Indien te laag Indien te hoog Substrate advance De printer is in de fabriek Mogelijk worden horizontale Mogelijk worden horizontale compensation gekalibreerd om te garanderen strepen of korrels zichtbaar. strepen of korrels zichtbaar. (substraatdoorvoerco dat het substraat correct wordt mpensatie) doorgevoerd bij gebruik van ondersteunde substraten in...
● Lijn de printkoppen uit. Open de HP diagnostische grafiek in de RIP. De grafiek wordt in uw printer opgeslagen, op http://ip- addr/hp/device/webAccess/images/new.tif, waarbij ip-addr het IP-adres van uw printer is. Selecteer een geschikt aantal passages voor het substraattype. Zie...
De instellingen wijzigen tijdens het afdrukken U kunt het voorpaneel gebruiken om de volgende instellingen te wijzigen tijdens het afdrukken. ● U wijzigt de instellingen voor temperatuur, vacuüm en droogtijd tussen de passages tijdens het afdrukken als volgt: druk op , vervolgens op Aanpassingen en kies de instelling die u wilt aanpassen.
Pagina 67
Lage temperatu ur (incl. HP Photoreal) Mesh De diverse hierboven genoemde instellingen worden hieronder beschreven. Instelling Beschrijving Indien te laag Indien te hoog Opwarmdroogtemper De basistemperatuur die het Deze instelling wordt bepaald door RIP. U kunt deze niet wijzigen.
Instelling Beschrijving Indien te laag Indien te hoog Minimum Het minimaal toegepaste Een zwaar beïnkt gebied dat volgt Het substraat is beschadigd in droogvermogen vermogen dat in de droogmodule op een licht beïnkt gebied zal last blanco of licht-beïnkte gebieden tijdens het afdrukken wordt hebben van uitvloei- of van de afdruk, vooral bij een groot...
Pagina 69
Uni: Allen voor unidirectioneel afdrukken OPMERKING: Meer specifieke instellingen voor veel substraten van diverse leveranciers kunt u vinden in de HP Media Finder op http://www.hp.com/go/latexmediafinder/. OPMERKING: Nadat u het aantal passages hebt geselecteerd, moet u de afdrukmodus opnieuw instellen op standaard categoriewaarden voor die afdrukmodus.
De hoeveelheid inkt op het substraat controleren Controleer of de inkthoeveelheden in de mediastandaardinstelling voldoende zijn. Kijk naar de kleurenvlakken in de HP diagnostische grafiek en controleer of de vlakken de juiste hoeveelheid inkt hebben aan de hand van onderstaande richtlijnen: Te veel inkt: er zijn diverse mogelijke symptomen van dit probleem.
Pagina 71
● Verticale strepen. ● Horizontale strepen. ● Samensmelting, korrel (kan worden veroorzaakt door teveel lichte inkt). Probeer de hoeveelheid inkt in de RIP-software te verminderen, druk de grafiek dan opnieuw af en controleer nogmaals. U hebt misschien een mediastandaardinstelling gekozen die meer inkt verbruikt dan het substraat toestaat.
Pagina 72
Juiste hoeveelheid inkt: Het bovenste niveau van ieder vlak toont een vloeiend verloop, er zijn geen zichtbare defecten en toenemende hoeveelheden inkt resulteren in een toenemende kleurdichtheid. Te weinig inkt: De hele grafiek maakt een bleke indruk. Probeer de hoeveelheid inkt in de RIP-software te vergroten, druk de grafiek dan opnieuw af en controleer nogmaals.
In grote lijnen bestaat het proces uit de volgende stappen. Er wordt een kalibratietestgrafiek afgedrukt. De geïntegreerde spectrofotometer van HP (of, als u dit wenst, een andere spectrofotometer) scant en meet de testgrafiek. De RIP gebruikt de metingen om de nodige correctiefactoren te berekenen voor consistente kleurenafdrukken op dat substraat.
● Substraten die kunnen vervormen bij drogen of uitharden zoals substraten op papierbasis. ● Zeer elastische substraten, zoals sommige textiel zonder voering. Tot substraten die geschikt zijn voor kleurkalibratie behoren vinyls met een effen, hechtend oppervlak (niet geponst of geperforeerd), PVC-banners en sommige ondoorzichtige, stijve textielsoorten. Voor sommige textielsoorten is de opwikkelspoel nodig voor geslaagde afdrukken.
Pagina 75
Raadpleeg uw RIP-documentatie voor details over het creëren en aanpassen van mediastandaardinstellingen. Standaardinstellingen voor HP-substraten zijn vervaardigd op basis van de bovenstaande aanbevelingen om de zwarte en donkere kleuren optimaal te krijgen. U vindt de HP mediastandaardinstellingen voor uw substraattype op http://www.hp.com/go/latexmediafinder/. NLWW...
Pagina 76
Hoofdstuk 5 Substraatinstellingen NLWW...
Een toepassing van een andere leverancier gebruiken om via internet informatie op te vragen over de productstatus, het productgebruik of de telgegevens voor taken van het product. Het product levert gegevens in XML-indeling aan de toepassing wanneer daarom wordt gevraagd. HP levert een Software Development Kit om de ontwikkeling van dergelijke toepassingen mogelijk te maken.
Gebruiksstatistieken controleren Er zijn twee manieren om de gebruiksstatistieken van uw product te controleren. OPMERKING: De nauwkeurigheid van de gebruiksstatistieken is niet gegarandeerd. ● In de geïntegreerde webserver gaat u naar het tabblad Main (Hoofd) en selecteert u History (Geschiedenis) > Usage (Gebruik). ●...
Gebruiksstatistieken voor een taak controleren U kunt de geïntegreerde webserver gebruiken om de gebruiksstatistieken voor een specifieke taak te controleren: ga naar het tabblad Main (Hoofd) en selecteer History (Geschiedenis) > Accounting (Telgegevens). OPMERKING: De nauwkeurigheid van de gebruiksstatistieken is niet gegarandeerd. Telgegevens aanvragen per e-mail Vraag het IP-adres van de uitgaande-mailserve (SMTP) bij uw IT-afdeling;...
Pagina 81
-formaat, de hoeveelheid inkt die voor elke kleur is gebruikt, en verschillende andere kenmerken van de taak. Telgegevens worden ook geleverd voor scan- en kopieertaken. U kunt een Excel-sjabloon downloaden van de website van HP (http://www.hp.com/go/designjet/ accounting/) waarmee u de XML-gegevens kunt weergeven in een werkblad zodat deze beter leesbaar zijn.
Pagina 82
Hoofdstuk 6 Gebruiksgegevens ophalen NLWW...
Het inktsysteem Inktsysteemcomponenten Inktpatronen De zes inktpatronen van de printer voorzien de printkoppen van magenta, licht magenta, zwarte, gele, licht cyaan en cyaan inkt. Ieder patroon heeft een capaciteit van 775 ml. Inktpatronen vereisen geen onderhoud of reiniging, maar moeten voor installatie wel worden geschud. De afdrukken blijven van hoge kwaliteit ook als het inktpeil heel laag is.
Pagina 84
De printkoppen zijn uiterst duurzaam en hoeven niet te worden vervangen elke keer dat u een inktpatroon vervangt. Ze zorgen voor uitmuntende resultaten ook wanneer de inktpatronen bijna leeg zijn. Voor het behoud van optimale afdrukkwaliteit worden de printkoppen automatisch met regelmatige intervallen getest.
Pagina 85
Inktfilter De inktfilter filtert kleine druppels afvalinkt voordat deze in de reinigingscontainer van de printkop terechtkomt. Reinigingscontainer printkop De reinigingscontainer van de printkop slaat de afvalinkt die door de inkttrechter wordt opgevangen. De inktonderhoudskit De inktonderhoudskit bestaat uit de volgende onderdelen. ●...
Pagina 86
● De inktbuisconstructie, die kleine druppels afvalinkt die is opgevangen door de inkttrechter, doorgeeft naar de reinigingscontainer van de printkop. Als de printer u vraagt de inktbuisconstructie te vervangen, moet u daarbij ook de inktrechter en de inktfilter vervangen. ● De inktfilter, die kleine druppels afvalinkt filtert voordat deze in de reinigingscontainer van de printkop terechtkomen.
Als de printer blijft werken terwijl deze componenten niet goed zijn geïnstalleerd of niet juist zijn aangesloten, is HP niet aansprakelijk voor hieruit voorvloeiende schade of voor de kosten van het schoonmaken. Op het voorpaneel van de printer wordt een bericht weergegeven wanneer een probleem met een van deze componenten wordt gedetecteerd.
Afdrukopties Printerstatussen De printer kan in een van de volgende statussen zijn; voor sommige ervan moet worden gewacht. ● Klaar (koud): De printer is ingeschakeld maar heeft nog niet afgedrukt en de verwarmers zijn nog niet aangezet. ● Voorbereiden op afdrukken: De verwarmers van de printer worden opgewarmd en de printkoppen worden voorbereid op het afdrukken.
OPMERKING: De extra ondermarge die in het voorpaneel is ingesteld wordt toegepast naast de bodemmarge die in de RIP is geselecteerd. De interne afdrukken van de printer aanvragen De interne afdrukken bieden verschillende soorten informatie over de printer. U kunt deze afdrukken opvragen via het voorpaneel van de printer.
Reserve-assen vergemakkelijken het switchen tussen verschillende substraten. Naam Productnummer HP Designjet-laadaccessoire voor zachte media 104 inch CZ278A HP Designjet-laadaccessoire voor zachte media 61 inch CR765A HP Designjet L28500, as van 3 inch voor printer van 104 inch CZ277A HP Designjet L2x500-gebruikersonderhoudskit CQ201A NLWW Accessoires bestellen...
10 Printerstatus Printerstatus controleren Het frontpaneel en de geïntegreerde webserver geven beide de status van de printer, het geladen substraat en het inktsysteem weer. Status van het inktsysteem controleren Toegang tot de geïntegreerde webserver (zie boven). Ga naar de pagina Benodigdheden in het tabblad Main (Hoofdtabblad). De pagina Benodigdheden geeft de status weer van het geladen substraat, de inktpatronen, de inktkoppen, de verhitters, de printkopreinigingsset, de inkttrechter en de inktonderhoudsset.
Als de garantiestatus Zie garantieverklaring is, betekent dit dat u inkt van een andere leverancier dan HP gebruikt. Printeronderhoud of -reparaties die het gevolg zijn van het gebruik van inkt die niet afkomstig is van HP, vallen niet onder de garantie. Zie het document Wettelijke informatie voor gedetailleerdere gevolgen voor de garantie.
Printermeldingen De printer kan twee soorten meldingen weergeven: ● Fouten: wanneer de printer niet kan afdrukken. ● Waarschuwingen: wanneer er een wijziging moet worden uitgevoerd op de printer, zoals kalibratie, preventief onderhoud of vervanging van een inktpatroon. Printermeldingen verschijnen op het voorpaneel en in de geïntegreerde webserver. In sommige gevallen kan de printer ook een geluidssignaal geven om uw aandacht te vestigen op de melding.
FAT vooraf opgemaakt ● Geen hardwarecodering Firmware-update die een USB-flashstation gebruikt Download de firmwareupdate van http://www.hp.com/go/L28500/support/ en sla deze op in het USB- flashstation. BELANGRIJK: De hoofdmap van het USB-flashstation mag slechts één firmwarebestand (.fmw) bevatten en geen andere bestanden.
Pagina 98
klikken en het IP-adres van de printer toevoegen aan de lijst van uitzonderingen waarvoor de proxyserver niet wordt gebruikt. ● Als u bijvoorbeeld Firefox 3.0 voor Windows gebruikt, gaat u naar Extra > Opties > Netwerk > Verbinding > Instellingen en schakelt u het selectievakje Directe verbinding met internet in. Als het selectievakje Handmatige proxyconfiguratie is ingeschakeld, kunt u ook het IP-adres van de printer toevoegen aan de lijst met uitzonderingen waarvoor de proxyserver niet wordt gebruikt.
12 Hardware-onderhoud Voor het uitvoeren van de taken in dit hoofdstuk moet u mogelijk gebruikmaken van de onderhoudskit voor gebruikers die bij de printer is geleverd. Tips voor het inktsysteem Volg altijd deze richtlijnen voor de beste resultaten: ● Volg de instructies op het voorpaneel tijdens de installatie. ●...
OPMERKING: Een visuele uitleg van de procedure voor het reinigen en smeren van de wagenrail kunt u hier vinden: http://www.hp.com/go/L28500/videos Druk op het frontpaneel op , Preventieve onderhoudstaken > De wagenrail reinigen en smeren.
Pagina 101
Reinig de wagenrail met een pluisvrije doek die is bevochtigd met 95% ethanol. Zorg ervoor dat u de gehele rail reinigt, inclusief het deel onder de linkerklep. OPMERKING: De onderhoudsset bevat geen 95% ethanol. VOORZICHTIG: Ethanol is zeer brandbaar. Neem de veiligheidsmaatregelen van de fabrikant in acht. VOORZICHTIG: Gebruik geen agressieve reinigingsmiddelen of reinigingsmiddelen die normaal in de handel verkrijgbaar zijn.
Onder deze omstandigheden raadt HP u aan om de elektrische contacten van de printkop te reinigen. Regelmatig reinigen van de contacten zonder zichtbare problemen wordt echter niet aangeraden.
Pagina 103
Gebruik deze om de elektrische contacten te reinigen op zowel de printkopwagen als de printkop wanneer de melding Opnieuw installeren of Vervangen continu wordt weergegeven naast de printkop op het display van het voorpaneel. Haal een nieuw vochtig doekje uit de hoes. De doos van de wisser bevat een aantal doekjes.
Pagina 104
Plaats het korte lipje van het doekje in de sleuf aan de voorkant van de wagencontactwisser. Sluit de wagencontactwisser om het doekje vast te zetten. Open de printkopwagenvergrendeling en verwijder de defecte printkop zoals is aangegeven op het voorpaneel. Zie Een printkop vervangen op pagina 115.
Pagina 105
Wrijf het doekje met lichte druk over de hele diepte van de flexibele connector tegen de contacten, tot de mechanische stop van de wisser de connector raakt. Zorg dat u alle contacten grondig reinigt, inclusief de contacten op het onderste punt van de connector. Gebruik hetzelfde doekje en maak de onderste strip elektrische contacten op de printkop schoon (tenzij de printkop nieuw is).
Nadat het reinigen is voltooid, opent u de wagencontactwisser door aan het lipje van het doekje te trekken. Verwijder het vuile doekje uit de wagencontactwisser. Gooi het vuile doekje op een veilige plaats weg om te voorkomen dat er inkt terechtkomt op uw handen of kleding.
WAARSCHUWING! Voorkom elektrische schokken door de printer uit te schakelen en het netsnoer uit het stopcontact te halen voordat u de printer reinigt. Zorg dat er geen water in de printer sijpelt. VOORZICHTIG: Gebruik geen agressieve schoonmaakmiddelen voor de printer. De plaat reinigen De plaat van de printer moet iedere paar maanden worden gereinigd, of wanneer dat nodig is.
Pagina 108
Gebruik dezelfde droge borstel om droge, losse inktresten van het plaatoppervlak te verwijderen. Maak de gebruikte doek licht vochtig met 95% ethanol om de overgebleven droge inktresten van de plaat te verwijderen. OPMERKING: De onderhoudsset bevat geen ethanol van 95%. VOORZICHTIG: Ethanol is zeer brandbaar.
Gebruik een droge doek om de zichtbare delen van de wielen te reinigen. Maak zo mogelijk de hele omtrek van deze wielen schoon. Haal de gesloten ethanolhouder van 95% en de doek uit de buurt van de printer. Wacht 3 tot 4 minuten om de ethanol te laten verdampen voordat u de printer aanzet en het substraat opnieuw laadt.
De substraatdoorvoersensor is een zeer klein rechthoekig venster (minder dan 1 cm²) dat zich dicht bij het derde klemwiel van rechts bevindt. HP raadt u aan het venster van de substraatdoorvoersensor te reinigen wanneer u ook de printplaat reinig en wanneer u problemen heeft met de afdrukkwaliteit.
In dit geval raadt HP aan dat u minimaal 3 uur wacht voordat u de printer aanzet of de inktpatronen installeert om het condensaat te laten verdampen.
Pagina 112
Een inktpatroon verwijderen Druk op het frontpaneel van de printer op Inktinformatie > Opties > Inktpatronen vervangen. U kunt ook drukken op , Inkt > Inktpatronen vervangen. Pak het blauwe lipje vast aan de voorkant van de patroon die u wilt verwijderen. Trek het blauwe lipje naar beneden en dan naar u toe.
Pagina 113
De patroon schuift samen met de overeenkomstige lade naar buiten. Til de patroon uit de lade. OPMERKING: Raak het uiteinde van de patroon dat zich in de printer bevindt niet aan, aangezien het contactpunt bedekt kan zijn met inkt. OPMERKING: Sla, indien nodig, een deels gebruikte inktpatroon op in dezelfde positie alsof hij in de printer is geplaatst.
Pagina 114
Schud de patroon gedurende ongeveer 15 seconden krachtig heen en weer. Plaats de inktpatroon in de patroonlade. Schuif de lade en de patroon in de sleuf tot deze vastklikken. Op het voorpaneel verschijnt de bevestiging dat alle patronen correct zijn geplaatst. 108 Hoofdstuk 12 Hardware-onderhoud NLWW...
De printer kan het resterende inktniveau in de patroon niet schatten en geeft aan dat de desbetreffende patroon leeg is. Als u opnieuw gevulde inktpatronen of patronen van een andere leverancier dan HP wilt gebruiken, moet u deze instructies in acht nemen om te zorgen dat de printer een patroon gebruikt waarvan de printer denkt dat deze leeg is.
Druk op een willekeurig inktpatroon om meer informatie weer te geven. Druk op de volgende sequentie rechts van het frontpaneel: . Deze pictogrammen worden niet verlicht; maar als u hierop drukt, geeft het frontpaneel een reeks waarschuwingen weer. Druk bij elke waarschuwing op Annuleren om het proces te annuleren, of op OK om aan te geven dat u wilt doorgaan.
Pagina 117
Haal de onderkant van de inktbuisassemblage uit de printkopreiniger. Dek het uiteinde van de oude inktbuis af met de reserve-afdekking uit de inktonderhoudsset, zodat er geen inkt uit de buis loopt. Ontgrendel en open het venster. NLWW De inktonderhoudsset vervangen 111...
Pagina 118
Zoek de inkttrechter. Schuif de glijder met één vinger opzij en verwijder de inkttrechter met de andere hand. OPMERKING: Wij raden u aan om handschoenen te dragen. Verwijder de steun voor de inktbuisassemblage en de inktbuisassemblage zelf. Plaats de nieuwe inktbuisassemblage. 112 Hoofdstuk 12 Hardware-onderhoud NLWW...
Pagina 119
Schuif de glijder met één vinger opzij en plaats de nieuwe inkttrechter met de andere hand. Druk de inkttrechter op zijn plaats. Verwijder de afdekking van de onderkant van de inktbuisassemblage. NLWW De inktonderhoudsset vervangen 113...
Pagina 120
Plaats de onderkant van de inktbuisassemblage in de printkopreiniger. Open de afdekplaat van de inktfilter. Verwijder de oude inktfilter en plaats een nieuwe. Sluit de afdekplaat van de inktfilter. 114 Hoofdstuk 12 Hardware-onderhoud NLWW...
Sluit en vergrendel het venster. Een printkop vervangen Een printkop verwijderen Druk op het frontpaneel op en daarna op Opties > Printkoppen vervangen. De wagen schuift naar de verwijderstand. VOORZICHTIG: Wanneer de wagen langer dan 3 minuten in de verwijderstand blijft staan zonder dat er inktkoppen worden geplaatst of verwijderd, probeert deze terug te rijden naar de normale positie (rechteruiteinde).
Pagina 122
De wagen staat aan de rechterkant van de printer. VOORZICHTIG: Raak de droogbehuizing van de printer niet aan; deze kan heet zijn. Trek de vergrendeling aan de bovenkant van de wagen omhoog en laat weer los. Til de afdekplaat omhoog. Zo verkrijgt u toegang tot de printkoppen. 116 Hoofdstuk 12 Hardware-onderhoud NLWW...
Pagina 123
Zet de blauwe hendel omhoog om een printkop te verwijderen. Gebruik de blauwe hendel om de printkop voorzichtig los te maken. Trek de blauwe hendel voorzichtig omhoog tot de printkop los komt uit de wagen. VOORZICHTIG: Trek niet plotseling aan de hendel. Hiermee kunt u de printkop beschadigen. NLWW Een printkop vervangen 117...
Pagina 124
Het frontpaneel geeft aan welke printkop ontbreekt. Printkop plaatsen Als de printkop nieuw is, schudt u deze krachtig heen en weer voordat u de bescherming verwijdert. Houd de printkop rechtop (met de bescherming naar beneden) en schud de printkop in een soepele beweging ongeveer 15 seconden krachtig op en neer.
Pagina 125
Plaats de nieuwe printkop in de juiste wagensleuf. VOORZICHTIG: Plaats de printkop langzaam en verticaal, recht omlaag. Als u de kop te snel of onder een bepaalde hoek plaatst, of als u deze bij het plaatsen roteert, kan de kop beschadigd raken. Druk de kop omlaag zoals is aangegeven door de pijl.
Pagina 126
Controleer of het uiteinde van de grendel in de draadlus grijpt aan de dichtstbijzijnde kant van de wagen. Laat de grendel rusten op de afdekplaat van de wagen. Wanneer alle printkoppen correct zijn geplaatst en door de printer zijn geaccepteerd, geeft de printer een geluidssignaal.
De printkopreinigingsset vervangen De reinigingskit van de printkop bevat het printkopreinigingspatroon, de inkttrechter en de inktfilter. Wanneer op het voorpaneel de melding verschijnt dat u de printkopreinigingsset moet vervangen, vervangt u eerst de printkopreinigingspatroon, dan de inkttrechter, dan de inktkopreiniger en dan de inktfilter. OPMERKING: De printkopreiniger zit niet in de set, maar moet wel tegelijkertijd worden vervangen.
Pagina 128
Elke printkopreinigingspatroon is aan de voorkant voorzien van een lipje. U verwijdert de patroon door het lipje naar binnen en naar boven te drukken (zoals wordt aangegeven door de pijl) tot de patroon uit de sleuf komt. Til de printkopreinigingspatroon op om deze uit de sleuf te verwijderen en schuif hem eruit. De kunststof zak waarin de nieuwe printkopreinigingspatroon wordt geleverd, kan worden gebruikt voor het weggooien van de oude printkopreinigingspatroon.
Pagina 129
Plaats de printkopreinigingspatroon in de sleuf, zoals wordt aangegeven door de pijl. Nadat u de printkopreinigingspatroon volledig in de sleuf hebt gedrukt, drukt u deze naar binnen en naar beneden zoals aangegeven tot deze vastklikt. OPMERKING: De nieuwe printkopreinigingspatroon wordt pas op het voorpaneel weergegeven nadat de deur is gesloten.
Pagina 130
Zoek de inkttrechter. Schuif de glijder met één vinger opzij en verwijder de inkttrechter met de andere hand. OPMERKING: Wij raden u aan om handschoenen te dragen. 124 Hoofdstuk 12 Hardware-onderhoud NLWW...
Pagina 131
Schuif de glijder met één vinger opzij en plaats de nieuwe inkttrechter met de andere hand. Druk de inkttrechter op zijn plaats. Sluit en vergrendel het venster. Open de afdekplaat van de inktfilter. NLWW De printkopreinigingsset vervangen 125...
Verwijder de oude inktfilter en plaats een nieuwe. Sluit de afdekplaat van de inktfilter. Verwijder de printkopreiniger. Plaats de nieuwe printkopreiniger. OPMERKING: De printer kan pas verdergaan met afdrukken als alle inktpatronen, alle printkoppen en de printkopreinigingspatroon zijn geïnstalleerd en het printervenster en de deur van de printerreinigingspatroon zijn gesloten.
Pagina 133
Deze meldingen geven aan dat bepaalde onderdelen bijna versleten zijn. U kunt nog even doorgaan met afdrukken. De exacte tijd is afhankelijk van het gebruik van de printer. HP raadt u echter sterk aan om contact op te nemen met uw servicevertegenwoordiger en een onderhoudsafspraak te plannen. De onderhoudstechnicus kan dan de versleten onderdelen ter plekke vervangen om de levensduur van de printer te verlengen.
Pagina 134
128 Hoofdstuk 12 Hardware-onderhoud NLWW...
13 Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen Algemeen advies bij afdrukken Handel als volgt wanneer u een probleem hebt met de afdrukkwaliteit: ● Controleer of het substraattype dat u heeft geselecteerd op het bedieningspaneel en in uw RIP- software overeenkomt met het substraattype dat in de printer is geladen. Controleer of het substraattype is gekalibreerd.
Het statusschema voor de printkoppen aflezen De afdruk bestaat uit kleine strepen, één voor elk spuitmondje van elke printkop. Controleer of voor ieder afzonderlijk gekleurd patroon de meeste strepen zichtbaar zijn. Oplossing Reinig defecte printkoppen. Zie De printkoppen reinigen op pagina 150.
● Controleer of de verticale correctie-optie is uitgeschakeld in de RIP en op het voorpaneel. Druk op het frontpaneel op en daarna op , Inkt > Onderhoud afdrukkwaliteit > Verticale correctie (als deze optie beschikbaar is). ● De printkoppen kunnen verkeerd zijn uitgelijnd. Dit is waarschijnlijk wanneer de printkoppen lange tijd niet zijn uitgelijnd of wanneer het substraat is vastgelopen.
◦ Verhoog het aantal passages. ◦ Wijzig de materiaalvoorinstellingen zoals vermeld in Trucs voor kleurreproductie op pagina ● Wanneer er strepen optreden in alle kleuren over de breedte van de afgedrukte afbeelding is er waarschijnlijk een probleem met de substraatdoorvoer. Gebruik het voorpaneel om de substraatdoorvoer aan te passen (zie Aanpassen substraatdoorvoer tijdens afdrukken op pagina 133).
De kalibratie-afbeelding bestaat uit meerdere kolommen met onder elke kolom een cijfer. Voer het nummer van de lichtste kolom in in de parameter Substraatdoorvoer van de RIP voor de huidige substraatvoorinstelling. De in dit voorbeeld gekozen waarde is “–6”. Aanpassen substraatdoorvoer tijdens afdrukken Wanneer u niet meer dan zes passages gebruikt, kunt u de substraatdoorvoer nauwkeuriger afstellen tijdens het afdrukken: druk op , Aanpassingen >...
OPMERKING: Er kunnen ietwat verschillende strepen aan de zijkanten en/of kleurverschillen ontstaan aan de uiterste randen van de afdruk. Probeer in dat geval de droogtijd tussen passages te verlengen (in de RIP of het frontpaneel) om het drogen bij opeenvolgende passages te verbeteren, of verander, indien mogelijk, de zijmarges van de afdruk.
Onjuist uitgelijnde kleuren Wanneer de kleuren in een richting onjuist zijn uitgelijnd, kunnen de printkoppen onjuist zijn uitgelijnd. Dit is waarschijnlijk wanneer de printkoppen lange tijd niet zijn uitgelijnd of wanneer het substraat is vastgelopen. Lijn indien nodig de printkoppen uit (zie Printkoppen uitlijnen op pagina 93).
● Gebruik de RIP om zijwaartse kleurstroken toe te voegen aan de zijkant van het schema, vlak bij de inktvoorraden. De kleurstroken zijn ontworpen om alle spuitmondjes van de printkoppen te gebruiken, zodat het probleem zich niet voordoet. OPMERKING: Deze optie is niet in alle RIP's aanwezig. ●...
Als het probleem alleen optreedt aan de zijkanten van de afdruk omdat de randen ongelijk zijn of het substraat aan de zijkanten omhoog krult, kunt u de randhouders gebruiken (zie De randhouders op pagina 45). Wanneer het probleem zich alleen aan het begin van de afdruk voordoet, probeer dan de volgende oplossingen.
● Wanneer de symptomen alleen zichtbaar zijn in bepaalde delen van de afdruk die veel inkt gebruiken Verhoog de droog- en uithardingstemperaturen, verlaag de algehele inkthoeveelheid, verhoog het aantal passages en/of wijzig de droogtijd tussen de passages (in de RIP of het frontpaneel) om het drogen te verbeteren tijdens opeenvolgende passages.
Pagina 145
◦ Gebruik de snellere wagensnelheid (1,5 m/s) om het effect van de tijd tussen passages aan te vullen, en tegelijkertijd het doorvoerverlies door de vertragingen te compenseren. ◦ Kleurstroken aan de zijkant van de afdruk kan de kleurnauwkeurigheid van rand tot rand verbeteren.
Pagina 146
140 Hoofdstuk 13 Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen NLWW...
14 Problemen met substraat oplossen Het substraat wordt niet geladen Hier volgen enkele suggesties die u kunt proberen wanneer het niet lukt om het substraat te laden. ● Lees de laadinstructies nogmaals door en volg deze instructies ook op. Zie Omgaan met het substraat op pagina ●...
Het substraat is verkeerd geplaatst Als u bovenstaande melding op het voorpaneel ziet, doet u als volgt. Til de substraathendel op. Plaats het substraat handmatig opnieuw op de plaat. Zet de substraathendel omlaag. Herhaal bovenstaande stappen totdat op het voorpaneel de melding Gereed wordt weergegeven. Het substraat is vastgelopen Wanneer het substraat is vastgelopen, verschijnt meestal de melding Substraat mogelijk vastgelopen op het voorpaneel plus een van de verschillende foutcodes (zie...
Pagina 149
Ontgrendel en open het printervenster. Snijd het substraat af op de plek waar het de printer binnenkomt en wind de invoerrol opnieuw op. Wacht tot de printer is afgekoeld tot kamertemperatuur. Probeer de printkopwagen opzij te schuiven. NLWW Het substraat is vastgelopen 143...
Zet de substraataanpassingshendel zo ver mogelijk omhoog. Verwijder voorzichtig zo veel mogelijk van het vastgelopen substraat uit de bovenkant van de printer. Snijd het substraat indien nodig. VOORZICHTIG: Probeer het substraat niet uit het invoerpad te trekken. Hiermee draait u de normale bewegingsrichting namelijk om en kunnen er printeronderdelen beschadigd raken.
● Schakel de automatische snijder uit. ● Ga naar het frontpaneel en druk op , daarna op , Substraat > Opties voor substraatbehandeling > Extra ondermarge. Stel de marge in op 100 mm. Als dat niet voldoende is, moet u hogere waarden proberen. Deze extra marge geldt alleen voor taken die worden afgedrukt wanneer de printer niet wordt gebruikt en de snijder is uitgeschakeld.
● Zelfklevende vinylsubstraten (alleen enkele specifieke kalendervinyls) ● Posterpapier op cellulosebasis zonder versteviging of coating, met inbegrip van HP Photorealistic Deze vervorming kan in het bijzonder opvallen bij de volgende toepassingen. ● Afdrukken van afbeeldingen die later automatisch of handmatig worden gesneden. Wanneer er sprake is van buigvervorming kan het zijn dat snijders die aan de zijkanten zijn uitgelijnd de uitlijning in het midden verliezen.
In de praktijk is de vereiste correctiewaarde meestal negatief. TIP: U kunt gebruikmaken van de diagnostische afbeelding op http://IPaddress/hp/device/ webAccess/diagnostic/StraightnessOptimizationPlot.pdf (waarbij IPaddress het IP-adres van de printer is) voor hulp bij het bepalen van de correctiewaarde die u moet toepassen.
Pagina 154
LED-status van Probleem Onderbroken Mogelijke oorzaak Mogelijke oplossing opwikkelspoel afdruktaak? Langzaam knipperend Opwikkelspoel draait De sensorkabels zitten Controleer of de niet los of zijn niet sensorkabels op de aangesloten. juiste wijze zijn bevestigd. Continu rood Opwikkelspoel draait De motor van de Zorg dat niets het niet opvangspoel ondervindt...
15 Problemen met het inktsysteem oplossen De inktonderhoudsset moet worden geïnstalleerd Wanneer het voorpaneel de melding weergeeft dat de inktonderhoudsset moet worden geïnstalleerd, betekent dit dat de set niet is geïnstalleerd op de printer. Voer de normale procedure voor het vervangen van de inktonderhoudsset uit (zie De inktonderhoudsset vervangen op pagina 110).
Zie Printkoppen uitlijnen op pagina OPMERKING: Als het substraat is vastgelopen, raadt HP u aan om de printkoppen opnieuw te installeren en uit te lijnen. 150 Hoofdstuk 15 Problemen met het inktsysteem oplossen NLWW...
TIP: Gebruik hetzelfde substraat als waarmee u wilt afdrukken om de printkoppen uit te lijnen. WAARSCHUWING! Gekleurde substraten, glossy canvas en doorschijnende materialen zoals translucent bond, heldere film, overtreksubstraat en vellum zijn niet geschikt voor het uitlijnen van de printkoppen. Wanneer u de printkoppen echter uit moet lijnen met een materiaal dat niet wordt ondersteund, gebruik dan een materiaal met dezelfde dikte als het materiaal dat u wilt gebruiken voor het afdrukken.
Procedure in het menu Onderhoud afdrukkwaliteit Laad het substraat dat u wilt gebruiken. Voor de beste resultaten met het uitlijnen van printkoppen wordt zelfklevende vinyl aanbevolen. Vlakke, gehechte en dunne, gecoate substraten zijn acceptabel, maar bieden slechts minieme resultaten. WAARSCHUWING! Gekleurde substraten, glossy canvas en doorschijnende materialen zoals translucent bond, heldere film, overtreksubstraat en vellum zijn niet geschikt voor het uitlijnen van de printkoppen.
16 Overige problemen oplossen De printer krijgt geen IP-adres Als uw netwerk geen DHCP-server heeft, kan de printer niet automatisch een IP-adres ophalen. In dat geval moet u het IP-adres van de printer handmatig instellen op de volgende manier. Druk op het frontpaneel op , Installatie >...
De printer drukt niet af Hieronder vindt u mogelijke redenen waarom een bestand dat u vanaf uw computer hebt verstuurd niet wordt afgedrukt: ● Mogelijk is er een probleem met de elektriciteitstoevoer. Wanneer de printer niets doet en het frontpaneel niet reageert, controleer dan of de stroomschakelaar aan de achterkant van de printer is ingeschakeld, of de aardlekschakelaars werken, of de stroomkabel op de juiste wijze is aangesloten en of het stopcontact stroom levert.
, Installatie > Connectiviteit > Geavanceerd > I/O-time-out. De plaatrollers piepen Als u merkt dat de plaatrollers piepen, neem dan contact op met ondersteuning van HP: http://welcome.hp.com/country/us/en/wwcontact_us.html NLWW Communicatieproblemen tussen de computer en de printer 155...
Pagina 162
156 Hoofdstuk 16 Overige problemen oplossen NLWW...
17 Foutmeldingen op het voorpaneel Onder bepaalde omstandigheden verschijnt er een numerieke foutcode op het frontpaneel. Volg het advies in de kolom Aanbeveling op om de fout te verhelpen. Neem contact op met uw servicevertegenwoordiger als het probleem na de aanbeveling nog niet is verholpen. Zie Als u hulp nodig hebt op pagina 161.
Pagina 164
Tabel 17-1 Numerieke foutmeldingen (vervolg) Foutmelding Aanbeveling 27.n:01 (waarbij n = het De kalibratie werd niet uitgevoerd omdat een of meer printkoppen defect zijn. Gebruik het overzicht nummer van de sleuf in de van de status van de printkoppen om de defecte printkoppen te zoeken en vervang ze. printkop) 29:01 De printkopreinigingspatroon is niet juist geplaatst.
Pagina 165
Tabel 17-1 Numerieke foutmeldingen (vervolg) Foutmelding Aanbeveling 61:01 Aangezien de bestandsindeling niet juist is, kan de printer de taak niet verwerken. Probeer het probleem als volgt op te lossen: ● Controleer of de RIP de printer ondersteunt en of het printerstuurprogramma in de RIP is geïnstalleerd.
Tabel 17-1 Numerieke foutmeldingen (vervolg) Foutmelding Aanbeveling 78.2:01 De spanning achteraan is onderbroken. Dit kan te wijten zijn aan een losse rolkern of een bijna lege rol. Als dit niet de oorzaak is, probeer dan het substraat te verwijderen en opnieuw te laden. 81:01, 81:03 Open het printervenster en controleer of er geen obstakels de beweging van de aandrijfroller beperken.
Met dit programma kunt u onderdelen vervangen op het moment dat u daar tijd voor hebt. Eenvoudig, gemakkelijk te gebruiken ● Een HP Support Specialist voert een diagnose uit en bepaalt of een vervangend onderdeel nodig is voor een defecte hardwarecomponent. ●...
◦ De tekst die door de geïntegreerde webserver wordt weergegeven wanneer u Help > Over selecteert Telefoonnummer Het telefoonnummer van HP Support vindt u op het internet: ga naar http://welcome.hp.com/country/us/en/ wwcontact_us.html. Service-informatie Op verzoek kan de printer een lijst afdrukken met vele aspecten van de actuele status, waarvan enkele van nut kunnen zijn voor een onderhoudstechnicus die een probleem probeert te verhelpen.
19 Specificaties van de printer Functionele specificaties Tabel 19-1 Inktbenodigdheden van HP No. 792 Printkoppen Geel/zwart, cyaan/licht cyaan en licht magenta/magenta Inktpatronen Geel/zwart, magenta, licht magenta, cyaan en licht cyaan. Alle patronen bevatten 775 ml inkt. Reinigingskit printkop Niet kleurspecifiek...
Pagina 170
OPMERKING: De modi voor afdruksnelheden zijn alleen beschikbaar met een inktniveau van maximaal 100% en een afdrukresolutie van 600×1200 dpi. Tabel 19-4 Afdruksnelheden Passages Draagsnelheid Geschatte afdruksnelheid (m²/h) 2,64 m breed 1,98 m breed 1,52 m breed Snelheid 70,0 60,0 55,3 Std.
Fysieke specificaties Tabel 19-6 Fysieke specificaties van de printer Gewicht (inclusief voet) 380 kg Breedte 3581 mm Diepte 730 mm Hoogte 1377 mm Geheugenspecificaties Tabel 19-7 Geheugenspecificaties Virtueel geheugen 32 GB Fysiek geheugen (DRAM) 512 MB Vaste schijf 160 GB Voedingsspecificaties OPMERKING: Voor het instellen en configureren van het elektriciteitssysteem dat wordt gebruikt om de...
Overzicht van vaak voorkomende afdrukproblemen In deze tabel staan vaak voorkomende problemen en de RIP-parameters die kunnen worden gewijzigd om het probleem te verhelpen. Ook worden er mogelijke neveneffecten weergegeven. Raadpleeg het betreffende hoofdstuk in deze handleiding voor een gedetailleerdere behandeling van een specifiek probleem.
Pagina 174
Probleem Parameter Wijziging Mogelijke neveneffecten Horizontale strepen in verzadigde Droogtemperatuur Verhogen Vastlopen substraat, schade aan vlakvullingen substraat, inktvlekken Inktlimieten Verlagen Verlaagd kleurengamma (afhankelijk van RIP) Droogtijd tussen passages Verhogen Langzamer afdrukken Aantal passages Verhogen Langzamer afdrukken Draagsnelheid Verlagen Langzamer afdrukken Kleurscheidingen en generatie van donkere kleuren wijzigen Verticale strepen in lage tot...
Woordenlijst Een staaf die een rol van een substraat ondersteunt wanneer deze voor het afdrukken wordt gebruikt. Bi-directioneel Bi-directioneel afdrukken wil zeggen dat de printkoppen afdrukken terwijl ze in beide richtingen bewegen. Hierdoor wordt de afdruksnelheid verhoogd. Draagijzer Een in de lus van een substraat ingebracht cilindrisch gewicht dat nodig is voor de opwikkelspoel. Drogen Het substraat wordt in de afdrukzonde verwarmd om de inkt te drogen en de afbeelding te fixeren op het substraat.
Pagina 176
Laadaccessoire Een flexibel, plastic accessoire dat over de leidende rand van het substraat past als dit in de printer wordt geladen. Sommige substraten kunnen zonder dit accessoire moeilijk worden geladen. Light-Emitting Diode (lichtuitstralende diode): een halfgeleidend component dat bij elektrische activering licht uitzendt. Luchtstroom Er wordt lucht door de afdrukzone geblazen om het droogproces te versnellen.
Pagina 177
De printer voert deze aanpassing normaal automatisch uit, maar deze aanpassing moet mogelijk opnieuw worden gekalibreerd voor substraten die niet door HP worden ondersteund, of bij een ongewone omgevingstemperatuur of vochtigheid. Onjuiste substraatdoorvoercompensatie kan leiden tot strepen bij minder dan 8 passages, of korreligheid bij 8 of meer passages.