Aantekening
•
Zet de flits niet te dicht bij objecten en sluit de flits niet als hij moet werken. De kleur van
de objecten kan vervormd worden door de hitte of het flitslicht.
•
Sluit de flits niet meteen weer aan nadat deze gewerkt heeft omdat er opnamen gemaakt zijn
met AUTO/Rode-ogenreductie enz. Dit veroorzaakt problemen.
•
Als u een opname maakt buiten het bereik van de flits, kan het object verkeerd belicht zijn en
de opname te donker of te licht zijn.
•
Tijdens het opladen van de flits knippert het lampje van de flitsaanduiding en wordt het rood; u
kunt in dit geval geen opname maken, zelfs niet wanneer u de ontspanknop helemaal indrukt.
•
De witbalans kan eventueel niet goed worden gecorrigeerd als de flits niet sterk genoeg is voor
het onderwerp.
•
Wanneer u bepaalde lenzen gebruikt, zou er licht van de flitser geblokkeerd kunnen
worden of het er niet in kunnen slagen het zichtveld van de lens te dekken en dit kan
ervoor zorgen dat er donkere zones verschijnen in de hieruit voortkomende beelden.
•
Als u een opname met flitslicht maakt, raden wij aan de lensbescherming weg te nemen.
In sommige gevallen belet deze bescherming een juiste belichting.
•
Het kan even duren om de flits op te laden als u opnieuw een opname wil maken. Maak de
opname nadat de toegangsaanduiding is verdwenen.
•
Het effect van de rode-ogenreductie verschilt van mens tot mens. Als de persoon bovendien
ver van de camera stond of niet naar de eerste flits keek, kan dit effect ook minder evident zijn.
•
Als u een externe flitser op het toestel plaats, krijgt deze voorrang boven de ingebouwde flitser.
Ga naar P160 voor informatie over een externe flitser.
Toepasbare functies:
Stel de flitsoutput af wanneer het onderwerp klein is, of de terugkaatsing zeer hoog of laag
is.
Selecteer [FLITS INSTEL.] in het [OPNAME]-functiemenu. (P28)
Druk op 2/1 om de flitsoutput in te stellen en
druk vervolgens op [MENU/SET].
•
U kunt afstellen van [
[1/3 EV].
•
Selecteer [0 EV] om terug te keren naar de oorspronkelijke
flitsoutput.
•
U kunt ook de functieknop achterop gebruiken om in te stellen.
Druk op [MENU/SET] om het menu te sluiten.
•
U kunt ook de ontspanknop tot de helft indrukken om het menu te sluiten.
Aantekening
•
i
j
[
] of [
] wordt in de flitsericoon op het beeldscherm weergegeven als het flitsniveau
bijgesteld wordt.
•
De flitswerkinginstellingen worden opgeslagen ook als u de camera uitzet.
De flitsoutput aanpassen
j
2 EV] tot [
i
2 EV] in stappen van
Gevorderd (Opname van beelden)
VQT2S69
61