Download Print deze pagina
Siemens HiPath 500 Gebruiksaanwijzing
Siemens HiPath 500 Gebruiksaanwijzing

Siemens HiPath 500 Gebruiksaanwijzing

Assistant tc optipoint voor systeembeheer
Verberg thumbnails Zie ook voor HiPath 500:

Advertenties

HiPath 500
HiPath 3000
Assistant TC
optiPoint
voor systeembeheer
Gebruiksaanwijzing

Advertenties

loading

Samenvatting van Inhoud voor Siemens HiPath 500

  • Pagina 1 HiPath 500 HiPath 3000 Assistant TC optiPoint voor systeembeheer Gebruiksaanwijzing...
  • Pagina 2 Over deze gebruiksaanwijzing In deze gebruiksaanwijzing wordt beschreven hoe u als systeembeheerder uw HiPath 500 en HiPath 3000 aan uw eisen kunt aanpassen. Dit vindt plaats met de twee systeemtoestellen met de laagste interne telefoonnummers (bijv. 11 en 12 of 100 en 101).
  • Pagina 3 Inhoudsopgave Inhoudsopgave Over deze gebruiksaanwijzing ....2 Systeembeheerfuncties Basiskennis voor systeembeheer ....5 optiPoint 500 advance met optiPoint application module .
  • Pagina 4 Inhoudsopgave Info-teksten ........27 Antwoordteksten ......29 Taal instellen .
  • Pagina 5 Basiskennis voor systeembeheer Basiskennis voor systeembeheer Na het starten van het systeembeheer pagina 12 hebben de toetsen van het systeem- toestel – afwijkend van de normale telefoonfuncties – een andere betekenis. Dit wordt hieronder aan de hand van een voorbeeld kort toegelicht: optiPoint 500 advance met optiPoint application module Terminal Modus beheer gebruiker...
  • Pagina 6 Basiskennis voor systeembeheer Stap voor stap Wegwijzer voor het lezen van de ge- bruiksaanwijzing De bedieningsstappen worden in de linkerkolom in logische volgorde grafisch weergegeven. De symbolen hebben de volgende betekenis: Telefoonnummer of functiecode invoeren. Functiecode invoeren. Letters of cijfers invoeren. Op de optiPoint application module pagina 7, via kiestoetsenbord...
  • Pagina 7 Basiskennis voor systeembeheer Stap voor stap Tekst invoeren Voor sommige functies is invoer van alfanumerieke tekst noodzakelijk: • vk. centr. namen pagina 17 • valuta afkorting pagina 23 • toestelnaam pagina 26 • info-teksten pagina 27 • antwoordteksten pagina 29 •...
  • Pagina 8 Basiskennis voor systeembeheer Stap voor stap Functietoetsen/Hotkeys Wist per teken dat aan de linkerkant volgt of in combi- natie met de toets voor het teken "*". = Hotkey F3 wissen = Hotkey F7 terug = Hotkey F8 hoofdmenu = * wijzigen Bladert in lijsten naar omhoog.
  • Pagina 9 Basiskennis voor systeembeheer Stap voor stap Kiestoetsenbord (alleen optiPoint 600 office) Letters of cijfers invoeren. Voor het invoeren van letters meerdere keren de cijfer- toetsen indrukken. Voorbeeld: „R“ = 1x de toets en 3x de toets indrukken. Toets [1] vorig teken verwijderen [2] spatie [3] volgende letter als hoofdletter...
  • Pagina 10 Basiskennis voor systeembeheer Stap voor stap Zo verkrijg ik toegang tot de systeem- beheerfuncties Aanbevolen wordt de toepassing van een optiPoint 500 met optiPoint application module (zie onder) of een optiPoint 600 office pagina 10). Bij systeemtoestellen met tweeregelig display (bijv.
  • Pagina 11 Basiskennis voor systeembeheer Stap voor stap Functiecode voor de gewenste functie invoeren, bijv. "15" voor "toestelnaam". Selecteren en bevestigen. 15 toestelnaam Op het display verschijnen menu’s en mogelijke func- Terminal Modus ties. 15 toestelnaam Tln: 11 ---------------------------------- bladeren wijzigen toestel kiezen verder terug >...
  • Pagina 12 Systeembeheer starten Stap voor stap Systeembeheer starten Voordat u begint, moet u het systeembeheer opstarten. Nadat het systeembeheer is gestart, worden op het dis- play de hoofdmenu’s en functies weergegeven, die u kunt wijzigen. Welke functies er achter het hoofdmenu schuilgaan, kunt u zien in de tabel Hoofdmenu/sub- menu’s pagina 14.
  • Pagina 13 Systeembeheer starten Stap voor stap Systeembeheer is ook mogelijk tijdens een gesprek. Zodra u het systeembeheer hebt opge- start, is de gelijktijdige toegang tot het systeem- beheer door een andere persoon niet meer mogelijk. Systeembeheer beëindigen U kunt het systeembeheer op ieder moment afbreken; niet bevestigde gegevens of wijzigingen gaan dan ver- loren.
  • Pagina 14 Systeembeheer starten Stap voor stap Systeembeheermenu Hoofdmenu Submenu 11 verk. kiezen centr. 1 vk. centr. nummers pagina 15 2 vk. centr. namen pagina 17 12 tijd pagina 18 13 datum pagina 18 14 kostenregistratie 1 kostenreg. per tst. pagina 19 (verschijnt niet, als 2 kostenreg.
  • Pagina 15 De volgende centrale verkorte kiesnummers kunnen vanaf ieder toestel worden gebruikt. • 000 - 299 (HiPath 500, HiPath 3300/3350) • 000 - 999 (HiPath 3500/3550, HiPath 3700/3750/3800) Vergeet niet de gebruikers mee te delen, welke tele- foonnummers onder de centrale verkorte kiesnummers zijn opgeslagen.
  • Pagina 16 Centraal verkort kiezen vastleggen Stap voor stap Volledige externe telefoonnummer met toegangscode voor de netlijn, bijv. 0 of lijnprefix, bijv. 801 invoeren (maximaal 31 cijfers). evtl. Automatisch nakiezen programmeren Toets indrukken , om volgende cijfers als automatisch nakiescijfer te programmeren. Bij het kiezen van het verkorte kiesnummer (bijv.
  • Pagina 17 Centraal verkort kiezen vastleggen Stap voor stap Namen voor verkorte kiesnummers invoeren/wissen Deze functie is alleen beschikbaar op de optiPoint 500 met optiPoint application module en op de optiPoint 600 office. Overzicht van alle functies met tekstinvoer pagina 14. U kunt voor ieder verkort kiesnummer een naam invoe- ren.
  • Pagina 18 Tijd/datum invoeren Stap voor stap Tijd/datum invoeren De tijd/datum worden automatisch opgeslagen nadat een uitgaande externe ISDN-verbinding tot stand is gebracht (mits het ISDN-net deze informatie ter beschikking stelt). Is dit niet het geval of is uw systeem niet op ISDN-lijnen aangesloten, dan kunt u de tijd en de datum ook zelf invoeren of wijzigen.
  • Pagina 19 Gesprekskostenregistratie (indien geïnstalleerd en geautoriseerd) Stap voor stap Gesprekskostenregistratie (indien geïnstalleerd en geautoriseerd) Gesprekskosten per toestel (niet voor USA) U kunt voor elk toestel de ontstane gesprekskosten/ verbindingskosten in de vorm van een geldbedrag laten weergeven en desgewenst wissen. Is via de V.24-interface een printer aangesloten, dan kunt u de gesprekskosten ook afdrukken.
  • Pagina 20 Gesprekskostenregistratie (indien geïnstalleerd en geautoriseerd) Stap voor stap Gesprekskosten per lijn (niet voor USA) U kunt voor elke netlijn de ontstane gesprekskosten/ verbindingskosten in de vorm van een geldbedrag laten weergeven en desgewenst wissen. Is via de V.24-interface een printer aangesloten, dan kunt u de gesprekskosten ook afdrukken.
  • Pagina 21 Gesprekskostenregistratie (indien geïnstalleerd en geautoriseerd) Stap voor stap Kostenfactor (niet voor USA) Voor de weergave van de gesprekskosten/verbindings- kosten op analoge netlijnen in de vorm van een geldbe- drag kunt u een factor definiëren, waarmee de ontvan- gen kostentelimpulsen worden vermenigvuldigd (prijs per kostentelimpuls).
  • Pagina 22 Gesprekskostenregistratie (indien geïnstalleerd en geautoriseerd) Stap voor stap ISDN kosten/puls (niet voor USA) Afhankelijk van de configuratie van uw systeem kan het voor de weergave van de gesprekskosten bij ISDN nodig zijn, de ISDN-kosten/puls van het systeem aan te passen aan die van de ISDN-lijn. De ISDN-kosten per impuls zijn afhankelijk van de netwerkexploitant.
  • Pagina 23 Gesprekskostenregistratie (indien geïnstalleerd en geautoriseerd) Stap voor stap Valuta-afkorting (niet voor USA) Deze functie is alleen beschikbaar op de optiPoint 500 met optiPoint application module en op de optiPoint 600 office. Overzicht van alle functies met tekstinvoer pagina 14. Voor de weergave van gesprekskosten/verbindingskos- ten in de vorm van een geldbedrag kunt u een valuta- afkorting van maximaal drie tekens invoeren (bijv.
  • Pagina 24 Gesprekskostenregistratie (indien geïnstalleerd en geautoriseerd) Stap voor stap Oproepprotocol Als via de V.24-interface een printer is aangesloten, worden alle binnenkomende externe ISDN-oproepen geprotocolleerd. U kunt de weergave via de printer ook uitschakelen. Voorwaarde: het systeembeheer is gestart pagina 12. Selecteren en bevestigen. 14 kostenregistratie Bevestigen.
  • Pagina 25 Gesprekskostenregistratie (indien geïnstalleerd en geautoriseerd) Stap voor stap Telefooncel (niet voor USA) Wanneer vanaf een toestel (bijv. een telefooncel) een gesprek wordt beëindigd waarvoor moet worden betaald, kunnen de gesprekskosten/verbindingskosten op een ander toestel met display worden weergegeven. Voorwaarde: het systeembeheer is gestart pagina 12.
  • Pagina 26 Toestelnaam Stap voor stap Toestelnaam Deze functie is alleen beschikbaar op de optiPoint 500 met optiPoint application module en op de optiPoint 600 office. Overzicht van alle functies met tekstinvoer pagina 14. U kunt voor alle toestellen namen invoeren of deze wij- zigen.
  • Pagina 27 Info-teksten Stap voor stap Info-teksten Deze functie is alleen beschikbaar op de optiPoint 500 met optiPoint application module en op de optiPoint 600 office. Overzicht van alle functies met tekstinvoer pagina 14. Vanaf alle toestellen kunnen vaste info-teksten (tekst- berichten) naar andere systeemtoestellen met display worden verstuurd.
  • Pagina 28 Info-teksten Stap voor stap of Tekst wissen: Selecteren en bevestigen. F3=wissen Invoer bevestigen. bevestigen Op systeemtelefoons zonder display worden naar deze toestellen verzonden infoteksten als een terugbelverzoek gesignaleerd; het lampje "Bericht ontvangen" knippert.
  • Pagina 29 Antwoordteksten Stap voor stap Antwoordteksten Deze functie is alleen beschikbaar op de optiPoint 500 met optiPoint application module en op de optiPoint 600 office. Overzicht van alle functies met tekstinvoer pagina 14. Op systeemtoestellen met display kunnen standaard antwoordteksten (berichten) worden achtergelaten. Bij een oproep verschijnt dit bericht bij de opbeller op het display.
  • Pagina 30 Taal instellen Stap voor stap Taal instellen U kunt voor ieder toestel afzonderlijk een menutaal defi- niëren, bijvoorbeeld: • ""Duits" • "US_Engels" • "Frans" • "UK_Engels" • "Spaans" • "Italiaans" • "Nederlands" • "Portugees" Voorwaarde: het systeembeheer is gestart pagina 12. Selecteren en bevestigen.
  • Pagina 31 Er kunnen meerdere groepen (groepsoproep/oproep op groepsaansluiting) met elk meerdere toestellen zijn gedefinieerd: • maximaal 20 groepen met elk 8 toestellen (HiPath 500, HiPath 3300/3350) • maximaal 150 groepen met elk 20 toestellen (HiPath 3500/3550) • maximaal 800 groepen met elk 20 toestellen (HiPath 3700/3750/3800) Deze groepen hebben een eigen telefoonnummer.
  • Pagina 32 Groepsnamen Stap voor stap of Groepsnaam wissen: Selecteren en bevestigen. F3=wissen Invoer bevestigen. bevestigen...
  • Pagina 33 Projectcode (PrC) Stap voor stap Projectcode (PrC) De gesprekskosten voor bepaalde verbindingen kunnen aan bepaalde procedures of projecten worden toege- wezen. Hiervoor voert u vóór of ook tijdens het gesprek een projectcode in. Na het invoeren van de projectcode (PrC) worden de kosten van het actuele gesprek aan het betreffende pro- ject toegewezen.
  • Pagina 34 Projectcode (PrC) Stap voor stap Verificatiemodus vastleggen U kunt voor de gedefinieerde projectcodes kiezen uit drie verificatiemethoden: • niet geverifieerd (standaard), • verificatie met de lijst, • geverifieerd op het aantal karakters (aantal karakters vastleggen pagina 36). Op deze wijze voorkomt u bijvoorbeeld het invoeren van verkeerde projectcodes;...
  • Pagina 35 Projectcode (PrC) Stap voor stap Invoermethode vastleggen Voor het invoeren van de projectcode kunt u voor iedere groep of bundel van lijnen (= richting) één van onder- staande methoden kiezen. Optionele invoer (standaard): Een projectcode kan vóór het begin van het gesprek d.w.z.
  • Pagina 36 Projectcode (PrC) Stap voor stap Selecteren en bevestigen. 0=niet geverifieerd 1=dwingend Functiecode invoeren Invoer bevestigen. bevestigen Aantal karakters definiëren Wanneer u als verificatiemethode de controle van het aantal karakters hebt ingesteld pagina 34, voert u hier het aantal karakters in waarop de ingevoerde pro- jectcode moet worden gecontroleerd (maximaal 11 karakters).
  • Pagina 37 Deze "hotline-timeout" wordt centraal ingesteld. Hotline-bestemming definiëren • Voor de HiPath 500, HiPath 3300/3350 kunt u één gemeenschappelijke bestemming definiëren. • Voor de HiPath 3500/3550, HiPath 3700/3750/3800 kunt u zes bestemmingen definiëren.
  • Pagina 38 Hotline (automatisch tot stand brengen van een verbinding) Stap voor stap Functiecode invoeren. Selecteren en bevestigen. =wijzigen Hotline-bestemming (telefoonnummer) invoeren. of Hotline-bestemming wissen: Selecteren en bevestigen. F3=wissen Invoer bevestigen. bevestigen Hotline-toestellen definiëren U kunt voor ieder toestel de hotline-modus definiëren: •...
  • Pagina 39 Hotline (automatisch tot stand brengen van een verbinding) Stap voor stap Toestel selecteren: Toetsen indrukken. Bevestigen. +=bladeren Toestelnummer invoeren. Invoer bevestigen. bevestigen Functiecode invoeren. Selecteren en bevestigen. =wijzigen Selecteren en bevestigen. 0=uit 1=hotline 2=vertraagd Functiecode invoeren. of Alleen bij HiPath 3500/3550, HiPath 3700/3750/3800: Hotline invoeren/toewijzen.
  • Pagina 40 Hotline (automatisch tot stand brengen van een verbinding) Stap voor stap Hotline-tijd definiëren (alleen bij vertraagde hotline) Voorwaarde: het systeembeheer is gestart pagina 12. Selecteren en bevestigen. 21 hotline Bevestigen. 3 hotline-timeout Functiecode invoeren. Functiecode invoeren. Selecteren en bevestigen. =wijzigen Tijd in seconden (1 ...
  • Pagina 41 Code voor teleservice wijzigen Stap voor stap Code voor teleservice wijzigen Uw systeem kan op afstand worden geconfigureerd en beheerd. Hiertoe moet u op verzoek van de service- technicus enkele bedieningsprocedures uitvoeren. Onder andere dient u een 6-cijferige code (password) in te voeren;...
  • Pagina 42 Handset aanmelden (niet voor USA) Stap voor stap Handset aanmelden (niet voor USA) Code voor aanmelding wijzigen Voor de aanmelding van een CMI-handset (Cordless- toestel) moet u uw systeem door het invoeren van een code (standaardcode = 19 97 07 07) gereed maken. U kunt deze standaardcode wijzigen.
  • Pagina 43 Code voor systeembeheer wijzigen Stap voor stap Code voor systeembeheer wijzigen Als u bij het opstarten van het systeembeheer een toe- gangscode hebt ingevoerd pagina 12, kunt u deze wijzigen. Noteer de nieuwe toegangscode omdat ook de service- technicus deze achteraf niet kan vaststellen. Voorwaarde: het systeembeheer is gestart pagina 12.
  • Pagina 44 Oproepomleiding in netwerk van netwerkexploitant (niet voor USA) Stap voor stap Oproepomleiding in netwerk van netwerkexploitant (niet voor USA) Als uw systeem hiervoor is geprogrammeerd en de dienst in het ISDN-netwerk wordt ondersteund (raad- pleeg de servicetechnicus), kunt u alle oproepen die vanaf het openbare netwerk via een ISDN2/BRA-aan- sluiting (PP--aansluiting) binnenkomen direct in het openbare netwerk naar een externe bestemming...
  • Pagina 45 Documentatie Documentatie Deze gebruiksaanwijzing vindt u als PDF-bestand ook op internet onder http://www.siemens.de/hipath of op uw CD-ROM (raadpleeg de servicetechnicus) als HTML- en PDF- bestand. Om de gebruiksaanwijzing als PDF-bestand te kunnen bekijken of te prin- ten hebt u een PC nodig waarop de gratis software Acrobat Reader van Adobe is geïnstalleerd.
  • Pagina 46 Trefwoordenregister Trefwoordenregister Gebruikersnaam systeembeheer .... 12 Gereed voor aanmelden CMI-handset ..........42 Antwoordteksten ........29 PIN-code wijzigen ........42 Automatische verbindingsopbouw ..37 Gesprekskosten per lijn ............20 per toestel ..........19 weergave op een ander toestel ... 25 Bedieningsinstructies via het display ..
  • Pagina 47 Trefwoordenregister Password teleservice ........ 41 Projectcode aantal karakters definiëren ....36 definiëren ..........33 invoermethode vastleggen ....35 niet geverifieerd ........34 optionele invoer ........35 verificatie met lijst ........34 verificatiemodus vastleggen ....34 verplichte invoer ........35 Resetten code/teleservice ........
  • Pagina 48 De beschreven functies zijn alleen van toepassing, voor zover ze bij het Bestelnr.: A31003-H1012-C107-7-5419 afsluiten van de overeenkomst uitdrukkelijk zijn overeengekomen. De gebruikte merken zijn eigendom van Siemens AG of van de respec- Levering en technische wijzigingen voorbehouden. tievelijke eigenaren.

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Hipath 3000