4. Haal de opvangbak voor gebruikte toner uit het apparaat d.m.v. de
handgreep.
5. Verwijder de beeldeenheid uit het apparaat via de groef op de voorkant.
•
Raak het groene oppervlak van de beeldeenheid niet aan met uw
handen of met voorwerpen.
•
Let erop dat u geen krassen maakt op het oppervlak van de
beeldeenheid.
•
Als u de voorklep langer dan enkele minuten geopend laat, kan de
beeldeenheid worden blootgesteld aan licht. Hierdoor wordt de
beeldeenheid beschadigd. Sluit de voorklep als de installatie om
een of andere reden moet worden stopgezet of onderbroken.
6. Verwijder met een droge, niet-pluizende doek eventueel stof en
gemorste toner in en rond de ruimte voor de tonercassette.
•
Als u toner op uw kleding krijgt, veeg de toner dan af met een
droge doek en was het kledingstuk in koud water. Als u warm
water gebruikt, hecht de toner zich aan de stof.
•
Als er toner in het apparaat of in de directe omgeving ervan
terecht is gekomen, raden wij u aan om dit te reinigen met een
zachte, met water bevochtigde doek of tissue. Als u een
stofzuiger gebruikt, blaast u toner in de lucht, wat schadelijk kan
zijn voor uw gezondheid.
Laat het apparaat na het schoonmaken volledig drogen.
7. Houd de beeldeenheid vast aan de groef op de voorkant en duw ze in
het apparaat.
Onderhoud_39