Download Print deze pagina

Een Draadloos Netwerk Gebruiken; (Windows/Enkel Clp-310W, Clp-315W); De Netwerkomgeving Controleren; Draadloze Netwerken - Samsung CLP-310 Series Gebruikershandleiding

Advertenties

EEN DRAADLOOS NETWERK GEBRUIKEN

(WINDOWS/ENKEL CLP-310W, CLP-315W)

U moet de netwerkprotocollen op uw apparaat instellen om het apparaat in
uw netwerk te kunnen gebruiken. In dit hoofdstuk leest u hoe u dit op een
eenvoudige manier kunt doen.
Dit gedeelte is alleen van toepassing op het Windows-
besturingssysteem.
Neem voor u begint de USB-kabel en de installatie-cd-rom met printersoftware
die bij uw apparaat (printer) zijn geleverd.
Neem voor informatie over de configuratie eventueel contact op met de
netwerkbeheerder of met de persoon die het draadloze netwerk heeft
geïnstalleerd.
Voor u begint aan de installatie en configuratie, moet u bekend
zijn met uw draadloze netwerk en de bijbehorende instellingen.
Als u de netwerkconfiguratie al eerder hebt ingesteld, moet u
het apparaat terugzetten naar de fabrieksinstellingen.

De netwerkomgeving controleren

IP-adres
Elk apparaat in een netwerk heeft een uniek digitaal adres dat het
IP-adres wordt genoemd. Uw apparaat wordt standaard geleverd
met het IP-adres 192.0.0.192. U kunt dit controleren door een
netwerkconfiguratierapport af te drukken. In de meeste gevallen zal
een nieuw IP-adres automatisch worden toegewezen door een DHCP
(Dynamic Host Configuration Protocol Server) in het netwerk. In een
aantal gevallen moet u het IP-adres handmatig instellen. Men spreekt
dan van een statisch IP dat vaak om veiligheidsredenen verplicht is in
bedrijfsintranetten. Op de cd-rom met printersoftware vindt u een
gebruiksvriendelijk hulpprogramma, genaamd SetIP. Met dit programma
kunt u het adres wijzigen. Als uw apparaat een bedieningspaneel heeft,
kunt u het IP-adres ook wijzigen via het bedieningspaneel. In een
kantooromgeving wordt aangeraden contact op te nemen met een
netwerkbeheerder die dit adres voor u kan instellen.

Draadloze netwerken

Infrastructuurmodus
Een netwerk in infrastructuurmodus is de meest gangbare draadloze-
netwerkconfiguratie in een thuis- of kantoornetwerk bestaande uit
een draadloze router of een toegangspunt dat alle computers
en andere netwerkapparaten verbindt in een LAN.
Het toegangspunt biedt een speciale hogesnelheidsverbinding met
een kabel- of DSL-modem of een ander WAN-apparaat (Wide Area
Network) dat het LAN met internet of een bedrijfsintranet verbindt.
De meeste netwerken in infrastructuurmodus gebruiken een DHCP-
server om het IP-adres automatisch toe te wijzen en andere
netwerkparameters in te stellen.
Als u weet dat u verbinding gaat maken met een netwerk in
infrastructuurmodus zonder toegangspunt, kunt u doorgaan naar
het gedeelte over het instellen van een draadloos netwerk in
infrastructuurmodus.
Ad-hocmodus
Een netwerk in ad-hocmodus biedt peer-to-peer-communicatie.
In deze modus communiceren draadloze apparaten en computers
rechtstreeks met elkaar zonder een toegangspunt te gebruiken.
Ze kunnen bestanden en apparaten delen, maar hebben mogelijk
geen toegang tot internet. Het apparaat ontvangt de afdruktaken
rechtstreeks van computers in het draadloze netwerk.
Als u weet dat u verbinding gaat maken met een netwerk in ad-hocmodus
zonder toegangspunt, kunt u doorgaan naar het gedeelte over het
instellen van een draadloos netwerk in ad-hocmodus.
Als u de printer al gebruikt hebt, klikt u op Start > Alle
programma's > de naam van uw printer > Smart Panel.
Selecteer Instelling printer in het venster Smart Panel.
Selecteer Netwerk in het venster Hulpprogramma
Printerinstellingen en selecteer vervolgens Instelling van
draadloos netwerk.
De printer aansluiten op een draadloos ad-
hocnetwerk
Als u geen toegangspunt hebt, kunt u de printer alsnog draadloos verbinden
met uw computer door een draadloos ad-hocnetwerk in te stellen. Volg
hiervoor de volgende eenvoudige stappen. Houd de bij de printer geleverde
installatie-cd met printersoftware bij de hand.
Items voorbereiden
Zorg dat de volgende items beschikbaar zijn.
Computer voor het draadloze netwerk
Installatie-cd met printersoftware die bij de printer is geleverd
Printer voor het draadloze netwerk (uw apparaat)
USB-kabel

Ad-hocnetwerken in Windows instellen

Als u alles bij de hand hebt, volgt u deze procedure:
1. Sluit de USB-kabel aan die bij het apparaat is geleverd.
2. Zet de computer en printer aan.
3. Plaats de cd-rom met printersoftware in het cd-rom-station van
uw computer.
De cd-rom wordt automatisch gestart en op het scherm verschijnt
een welkomstbericht.
4. Selecteer een taal in de keuzelijst en klik op Volgende.
5. Selecteer de optie Installatie van draadloze verbinding en klik
op Volgende.
6. De software zoekt naar apparaten in het draadloze netwerk.
Als de zoekactie mislukt, controleert u of de USB-kabel tussen
de computer en de printer juist is aangesloten. Volg verder
de instructies in het venster.
Aan de slag_23

Advertenties

loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Clp-315Clp-310nClp-315nClp-310wClp-315wClp-310