Bediening
dat u gebruikt. Films, CD's en TV-programma's
met de logo's van een van de belangrijke surround
processen, zoals Dolby Surround, worden afge-
speeld in Dolby Pro Logic II Movie (films) of Music
(bij muziek) surround of met de exclusieve Harman
Kardon Logic 7 Movie functie, zodat een breed-
bandig en discreet 5.1 kanaals surround signaal
van de surround gecodeerde programma's ont-
staat met een stereo links/rechts signaal, net als in
werkelijkheid. In dat geval hoort u geluid dat van
links komt alleen links, zie details op pagina 23.
Denk er aan dat bij gebruik van Dolby Digital 2.0
signalen (bijvoorbeeld 'D.D. 2.0' nummers van
een DVD) die gecodeerd zijn met Dolby Pro Logic
informatie, binnenkomend via een willekeurige
digitale ingang, automatisch Dolby Pro Logic II
gekozen zal worden (als aanvulling op de Dolby
Digital functie) en ook van deze opnamen een
volledig 5.1 surround sound zal decoderen (zie
ook 'Dolby Digital' op pagina 25).
Om een breed omringend klankbeeld te creëren
en alle bewegingen duidelijk te houden bij ana-
loge opnamen kiest u Dolby Pro Logic II Music of
de exclusieve Harman Kardon Logic 7 Music
functie wat een dramatische verbetering oplevert
vergeleken met Dolby Pro Logic I van voorheen.
OPMERKING: wanneer een programma is
gecodeerd met matrix surround informatie blijft
deze informatie behouden zolang het program-
ma in stereo wordt uitgezonden. Films met
surround geluid kunnen dus gedecodeerd wor-
den met elke analoge surround functie, zoals Pro
Logic of Logic 7, wanneer deze door conventio-
nele TV-zenders, betaal-TV of satellieten worden
uitgezonden. Bovendien worden er steeds meer
TV-programma's, sportuitzendingen, hoorspelen
en muziek-CD's opgenomen met surround
geluid. U kunt een overzicht van deze program-
ma's bekijken op het web van Dolby
Laboratories: www.dolby.com.
Zelfs wanneer een programma niet wordt aange-
geven als drager van standaard surround infor-
matie, zult u merken dat de Dolby Pro Logic II,
Dolby 3 Stereo of Logic 7 functies vaak een
omringend surround klankbeeld leveren, gebruik
makend van de natuurlijke surround informatie
die in alle stereo opnamen aanwezig is.
24 BEDIENING
Druk op Surround Functiekeuze # om de
specifieke functie binnen de gewenste groep te
kiezen (voorbeeld: binnen de Dolby functiegroep
zijn de opties Dolby Pro Logic I, Dolby Pro Logic II
Music, Dolby Pro Logic II Movies en Dolby 3
Stereo). Om met de afstandsbediening een sur-
round functie te kiezen drukt u op één van de
toetsen 9Zabcd tot de gewens-
te functie verschijnt. Door op een toets te druk-
ken verschijnt de functie in de display F.
Terwijl de functie verandert licht een blauwe LED
op naast de Surround functies $ op de voor-
zijde. Denk er aan dat de gekozen functie aan de
ingang gekoppeld blijft tot een andere wordt
gekozen.
Opmerking: de naam van elke surround functie
loopt door de display F terwijl de functies
worden gekozen. Om te voorkomen dat het kie-
zen van de surroundfunctie onbedoeld wordt ver-
C terwijl de functie nog
laten, drukt u op
⁄
/
¤
zichtbaar is.
Merk op dat de functies Dolby Digital en DTS
slechts gekozen kunnen worden wanneer een
digitale bron gekozen is. Bovendien zal de
AVR bij aanwezigheid van een digitale bron
automatisch naar de juiste functie (Dolby Digital
of DTS) overschakelen, e.e.a. onafhankelijk van
de tevoren gekozen functie. Voor meer informatie
over het kiezen van digitale bronnen in het
volgende hoofdstuk van deze handleiding.
Om naar een programma te luisteren in traditio-
neel tweekanaals stereo met alleen de front luid-
sprekers links en rechts (en de subwoofer indien
geïnstalleerd en geconfigureerd), volgt u de hier-
boven gegeven aanwijzingen voor de afstands-
in de display F
bediening tot
SURR OFF
verschijnt.
Digitale audioweergave
Digitale audio is een belangrijke vooruitgang ten
opzichte van de vroegere analoge matrix surround
systemen. Het beschikt over vijf gescheiden kana-
len: front links, midden, front rechts, links sur-
round en rechts surround. Elk kanaal reproduceert
het volledige frequentiebereik (20 Hz tot 20 kHz)
en bezit een aanzienlijk groter dynamisch bereik
en ruimere signaal/ruis-afstand. Bovendien heb-
ben digitale systemen de mogelijkheid een extra
kanaal te leveren dat speciaal bedoeld is voor
lage frequenties. Dit is het '.1' kanaal waarnaar
wordt verwezen wanneer u deze systemen
beschreven ziet als '5.1' bijvoorbeeld. Het baska-
naal is gescheiden van de andere kanalen, maar
aangezien de bandbreedte opzettelijk beperkt is,
hebben technici er die specifieke benaming aan
gegeven.
Dolby Digital
Dolby Digital (aanvankelijk bekend als AC-3® ) is
een standaard onderdeel van DVD, en beschik-
baar op speciaal gecodeerde laserdiscs en satel-
lietuitzendingen. Het maakt deel uit van het
nieuwe high-definition televisie (HDTV) systeem.
Merk op dat er een extra, externe RF demodula-
tor nodig is om de AVR te gebruiken met de
Dolby Digital soundtracks op laserdiscs. Sluit de
RF uitgang van de LD-speler aan op de demodu-
lator en sluit vervolgens de digitale uitgang van
de demodulator aan op de optische of coax
ingangen 9 L 4G van de AVR. Voor DVD-
spelers en DTS-gecodeerde laserdiscs is geen
demodulator nodig.
DTS
DTS is een ander digitaal audio systeem dat 5.1
audio kan leveren. Hoewel zowel DTS als Dolby
Digital digitaal zijn, maken ze gebruik van andere
methoden om de signalen te coderen en hebben
daarom andere decoders nodig om de digitale
signalen weer naar analoog om te zetten.
DTS-gecodeerd materiaal is op bepaalde DVD's
en LD's beschikbaar, en op speciale alleen voor
audio bestemde DTS CD's. U kunt elke LD, DVD
of CD-speler, voorzien van een digitale uitgang,
gebruiken om DTS-gecodeerde speciale audio-
CD's met de AVR af te spelen, maar DTS-LD's en
DTS-DVD's kunnen alleen op resp. LD-spelers en
op DVD-spelers worden afgespeeld. Sluit zo'n
speler aan op de optisch of coax digitale
ingang 9 L 4G van de AVR.
Om DVD's die DTS zijn gecodeerd te beluisteren
dient de DVD-speler compatibel zijn met het DTS-
signaal, wat wordt aangegeven met het DTS-logo
op het voorpaneel van de speler. Merk op dat
sommige vroegere DVD-spelers misschien niet in
staat zijn om DTS-gecodeerde DVD's af te spelen.
Dit wijst niet op een probleem met de AVR, want
sommige spelers kunnen het DTS-signaal niet
doorgeven via de digitale uitgangen. Indien u
eraan twijfelt of uw DVD-speler DTS DVD's kan
afspelen, raadpleeg dan de handleiding van de
speler.
Denk er aan dat sommige DVD-spelers geleverd
worden, ingesteld op uitsluitend Dolby Digital
voor de digitale uitgang. Om ervoor te zorgen
dat ook DTS signalen naar de AVR gaan, dient u
het menusysteem van de DVD-speler te controle-
ren.
PCM Audio afspelen
PCM (Puls Code Modulation) is een niet-gecom-
primeerd digitaal audiosysteem dat gebruikt
wordt voor compact discs, niet-Dolby Digital/DTS
Laserdiscs en sommige speciaal PCM gecodeerde
DVD's. De digitale schakelingen in de AVR kun-
nen digitaal-naar-analoog omzetten in hoge
kwaliteit en kunnen rechtstreeks worden verbon-
den met de digitale audio-uitgang van uw CD- of
LD-speler. (LD alleen voor PCM- of DTS-program-