Bepaalde waarden invoeren
Ga op de printer naar het menu "Configuration" en vervolgens naar de optie "General".
Ga naar "Extruder Offset X" en druk op OK (2).
Stel de nieuwe waarde voor Offset X in met de pijltjestoetsen "omhoog" en "omlaag" (1).
Bevestig uw keuze met OK (2).
Ga naar "Extruder Offset Y" en druk op OK (2).
Stel de nieuwe waarde voor Offset Y in met de pijltjestoetsen "omhoog" en "omlaag" (1).
Bevestig uw keuze met OK (2).
Als u de nieuwe waarden heeft ingesteld, print u de dobbelsteen opnieuw en controleert u nogmaals de verspringing. Als de lagen
nog niet precies op elkaar vallen, corrigeer de waarden dan nogmaals en print de dobbelsteen opnieuw. Herhaal dit totdat de lagen
precies op elkaar liggen.
Als de lagen van extruder 1 aan beide zijden blijken uit te steken, dan kan dat erop wijzen dat de extruders niet even hoog zitten. Voer
in dat geval een Heat Bed Scan uit. Let erop dat als u de 2-de extruder laat zakken, deze precies even sterk op de verwarmingsplaat
drukt als de 1-ste extruder.
126