f) Printen voorbereiden
Voordat het object geprint kan worden, moet het eerst in afzonderlijke printlagen worden gesneden. Dit proces noemt men "slicen".
Het geplaatste printobject slicen
(1) Selecteer de geschikte slicer-instellingen voor uw print.
De naam van de instellingen wordt als volgt gevormd:
Printer_Filament-materiaal_Laagdikte_Spuitmonddiameter_Extruder
Voorbeeld:
RF2000_PLA300_200_04_S =
RF2000 - 3 mm PLA - laagdikte 200 µm (= 0,2 mm) - spuitmond 0,4 mm - Single Extruder
De S aan het einde van ons voorbeeld staat voor "Single Extruder". Als u een twee-kleuren object wilt slicen en printen, moet u hier
een D invullen. D staat daarbij voor "Dual Extruder".
Kies voor de velden "Print Instellingen" en "Printer instellingen" altijd dezelfde instellingen.
(2) Hier kunt u desgewenst andere instellingen doen. Dit is uitsluitend bedoeld voor ervaren gebruikers. Zie de online help van de software.
(3) Klik op "Slice met Slic3r" om het 3D-bestand te slicen.
3
102
1
2