• wachttijd
Deze parameter wordt uitgedrukt in seconden en kan worden ingesteld op een waarde tussen 0 en 250 sec.; de in de fabriek
ingestelde waarde is 60 sec. Met deze functie kunt u programmeren hoeveel tijd er moet verstrijken tussen het einde van de
uitvoering van een manoeuvre en het begin van de "stand-by" functie, als deze laatste actief is (ON). Programmering parameter:
kies de gewenste waarde met de toetsen p en q en druk vervolgens op de toets "OK".
waarde korte omkering
Deze parameter wordt uitgedrukt in seconden en kan worden ingesteld op een waarde tussen 0 en 5; in de fabriek is een
waarde van 0,3 sec. ingesteld. Deze functie dient voor het programmeren van de tijd van de korte omkering die de besturing-
seenheid aanstuurt als veiligheidsmanoeuvre na detectie van een obstakel of bij het versturen van een "Halt" instructie. Pro-
grammering parameter: kies de gewenste waarde met de toetsen p en q en druk vervolgens op de toets "OK".
blokkering automatisme
Deze parameter is van het type ON / OFF; de in de fabriek ingestelde waarde is "OFF". Door de waarde van deze functie op "ON"
in te stellen kan de werking van de automatisering gedeactiveerd worden. In dit geval zal geen enkele verstuurder instructie worden
uitgevoerd, met uitzondering van de instructies "Stap-voor-stap hoge prioriteit", "Deblokkeer", "Deblokkeer en sluit" en "Deblokkeer
en open". Programmering parameter: kies de gewenste waarde met de toetsen p en q en druk vervolgens op de toets "OK".
blokkering toetsen
Deze parameter is van het type ON / OFF; de in de fabriek ingestelde waarde is "OFF". Met deze functie kan de werking van de
toetsen op de besturingseenheid gedeactiveerd worden. Programmering parameter: kies de gewenste waarde met de toetsen
p en q en druk vervolgens op de toets "OK".
werkingsduur
Deze parameter wordt uitgedrukt in seconden en kan variëren van 10 tot 250 s; de in de fabriek ingestelde waarde is 120 s. Met deze
functie kan de maximum starttijd van de motor worden ingesteld. Nadat de ingestelde tijd is verstreken, wordt de motor stopgezet.
Configuratie INGANGEN
Onder dit item worden de instructies gegroepeerd die beschikbaar zijn voor en toegewezen kunnen worden aan de ingangen
1 - 2 op de besturingseenheid van een automatisering.
De instructies die voor elke ingang beschikbaar zijn, zijn beschreven in Tabel 1; de instructiecategorieën en de bijbehorende
werkingsmodi zijn daarentegen beschreven in Tabel 1a, 1b, 1c etc. Belangrijk – Opdat de besturingseenheid correct werkt,
is het noodzakelijk dat aan de op een ingang geprogrammeerde instructie de bijbehorende instructiecategorie wordt toege-
wezen en, tot slot de gewenste werkingsmodus.
Om een ingang te configureren, voert u de volgende stappen uit:
01. In het gedeelte "Geavanceerde parameters" kiest u het item "configuratie ingangen" en vervolgens de ingang die u wilt pro-
grammeren. Kies de gewenste instructie en bevestig de keuze met "OK".
02. Vervolgens selecteert u, nog steeds in het gedeelte "Geavanceerde parameters" het item "configuratie instructies" en kiest
u de instructiecategorie die bij de eerder gekozen instructie hoort, in stap 01. Tot slot kiest u de gewenste werkingsmodus.
Er zijn twee ingangen beschikbaar:
• Ingang 1: Met deze functie programmeert u de ingang 1, door er een instructie van uw keuze uit de lijst van tabel T1 aan
toe te kennen. De ingang 1 is in de fabriek geprogrammeerd op de instructie "stap-voor-stap", met de instructiecategorie
"stap-voor-stap" en de werkingsmodus "open - stop - sluit - open".
• Ingang 2: Met deze functie programmeert u de ingang 2, door er een instructie van uw keuze uit de lijst van tabel T1 aan
toe te kennen. Ingang 2 werd op de fabriek geprogrammeerd op het commando:
– voor SPYBOX "foto", met de instructiecategorie "foto" en de werkmodus "stop en inversie"
– voor SPYBOX B "open", met de instructiecategorie "opening" en de werkmodus "open - stop - open".
INSTRUCTIE
Geen instructie
Stap-voor-stap
Geavanceerde parameters
TABEL 1: CONFIGURATIE INGANGEN
INSTRUCTIECATEGORIE
Stap-voor-stap
programmeer de gewenste werkingsmo-
dus door te kiezen uit Tabel 1-A ("con-
figuratie instructies" > "stap-voor-stap" >
werkingsmodus ...)
BESCHRIJVING
Voert geen enkele instructie uit.
Deze instructie is in de fabriek op de In ga ng
1 geprogrammeerd, met de werkingsmo dus
"stap-voor-stap" en de instructiere e ks "open -
stop - sluit - open".
Wanneer men deze instructie verstuurt,
laat de besturingseenheid de applicatie de
manoeuvre volgend op de eerder uitgevoer-
de (of nog aan de gang zijde) manoeuvre uit-
voeren, afhankelijk van de volgorde van de
manoeuvres die voorzien is in de geprogram-
meerde instructiereeks.
Ingang geconfigureerd als normaal open.
SPY – 7