Bij een onjuiste installatie en gebruik dat niet
in overeenstemming is met de instructies kan dit leiden
tot schadelijk interferentie van radioverbindingen. Het
is echter niet gegarandeerd dat er geen interferentie in
een bepaalde installatie zal optreden. Als dit apparaat
schadelijke interferentie aan radio- of televisieontvangst
veroorzaakt (dit kan worden vastgesteld door de
apparatuur uit- en in te schakelen), wordt de gebruiker
aangeraden de interferentie te corrigeren door middel
van een van de volgende maatregelen:
• De ontvangstantenne draaien of verplaatsen.
• De afstand tussen het toestel en de ontvanger (speaker)
vergroten.
• Het apparaat aansluiten op een stopcontact van een
circuit waarop de ontvanger (speaker) niet is aangesloten.
• Raadpleeg de dealer of een ervaren radio/tv-reparateur
voor hulp.
63