6.2
Zagen 3,
4
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel door terugslag van de bandzaag.
▶ Bevestig het werkstuk bijv. in een bankschroef voordat u gaat zagen.
▶ Lijn de bandzaag en het werkstuk ten opzichte van elkaar uit.
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel door nalopende zaag.
▶ Til het product pas van het werkstuk als het volledig tot stilstand is gekomen.
▶ Wacht tot het product volledig tot stilstand is gekomen, voordat u het weglegt.
WAARSCHUWING
Gevaar voor letsel door de zaagband. De zaagband kan heet zijn en/of scherpe randen
hebben en onder bepaalde omstandigheden breken.
▶ Draag werkhandschoenen en een veiligheidsbril bij het werken en bij het verwisselen
van de zaagband.
▶ Gebruik de bandzaag alleen met een correct gemonteerde zaagbandafdekking.
▶ Plaats een gebruikte bandzaag nooit op een brandbare ondergrond.
LET OP
Materiële schade door verkeerde zaagband.
voortijdige materiaalmoeheid en schade aan de bandzaag leiden.
▶ Kies de correcte zaagband voor de bandzaag en het materiaal.
▶ Kies de zaagband met de juiste tandsteek (tanden per inch) voor het te zagen materiaal:
grotere tandsteek voor harde/dunne materialen; kleinere tandsteek voor zachte/dikke
materialen.
▶ Gebruik alleen zaagbanden van 0,5 mm dik. Dikkere zaagbanden leiden tot een hogere
buigbelasting en een snellere slijtage van de zaagtanden.
▶ Kies de zaagband zo dat ten minste twee tanden op het werkstuk rusten.
▶ Gebruik uitsluitend zaagbanden met de afmetingen 1140 mm × 12,5 mm × 0,5 mm.
Controleer de rubberring regelmatig op beschadigingen.
Reinig na elk werkproces de zaagbandafdekkingen en de snedegeleiding van stof en
spanen om de levensduur van de bandzaag te verlengen.
Om de bandzaag te starten moeten: Eerst de regelschakelaar en vervolgens de
veiligheidsschakelaar worden ingedrukt en ingedrukt worden gehouden.
Het eigen gewicht van de bandzaag is voldoende om de zaagsnede te maken.
Oefen geen extra druk op de bandzaag uit.
1. Vervang de rubberring indien nodig. → Pagina 50
2. Vervang de zaagband indien nodig. → Pagina 46
3. Druk de regelschakelaar in en houd deze ingedrukt.
4. Druk de veiligheidsschakelaar in en houd deze ingedrukt.
5. Plaats de bandzaag zo op het werkstuk dat zoveel mogelijk zaagtanden op het
werkstuk rusten.
48
Nederlands
Een verkeerde zaagband kan tot
2354065
*2354065*