blokkeringsalarm kan worden bevestigd, door het
gasmeetinstrument in schone lucht uit- en weer in te
schakelen.
Als het gasmeetinstrument niet kan worden uitgeschakeld
omdat het A2-alarm actief is en de uitschakelmodus in de CC-
Vision is ingesteld op "Uitschakelen niet toegestaan bij A2",
de voedingseenheid verwijderen of het gasmeetinstrument in
de lader plaatsen en automatisch laten uitschakelen.
Voor verdere informatie zie het technisch handboek.
4.7.5 (Gebruiks-)piekwaarden wissen
1. In de meetmodus
selecteren.
2. Appl.-piekw. wissen selecteren en de dialoog
bevestigen.
De functie moet geactiveerd zijn in het Quick-menu. Als
alternatief kan deze functie ook via het menu worden
opgeroepen.
4.8
Quick-menu oproepen
Maximaal 6 voorkeurfuncties kunnen met behulp van de PC-
software Dräger CC-Vision in het Quick-menu worden
opgeslagen.
De volgende functies zijn standaard ingesteld:
– Apparaatinformatie
– Nachtmodus
– Piekwaarde dienst
– Gebr.-piekwaarde
– Gebr.-piekwaarden wissen
– Meldingen
Om het Quick-menu op te roepen:
1. In de meetmodus
selecteren.
2. Gewenste functie selecteren en bevestigen.
4.9
Informatie oproepen
1. In de meetmodus
> Info selecteren.
De volgende opties zijn beschikbaar:
Optie
Meldingen
Apparaatinformatie
Gebruiksaanwijzing
|
X-am
Omschrijving
Aanwezige waarschuwingen
en fouten worden weergege-
ven. Voor een beschrijving
van de meldingen en oplos-
singen, zie het technische
handboek.
Apparaatinformatie en infor-
matie over de Bluetooth®-
module (optioneel, alleen X-
am 8000) wordt weergege-
ven (bijv. MAC-adres, serie-
nummer, firmware-versie
enz.).
®
3500
Optie
Gas statistieken
Intervallen
Vangbereiken
Batterij
Toelatingen
(alleen X-am 8000 met Blue-
tooth®-module)
Bedrijf
Omschrijving
De volgende gasstatistieken
zijn beschikbaar:
– Piekwaarde dienst
selecteren om de bloot-
stellingspiekwaarden voor
alle gassen weer te
geven.
– Piekwaarde appl. selec-
teren om de applicatie-
piekwaarden voor alle
gassen weer te geven.
– TWA-waarden selecteren
om de beschikbare TWA-
waarden voor alle gas-
sen weer te geven.
– STEL-waarden selecte-
ren om de beschikbare
STEL-waarden voor alle
gassen weer te geven.
De volgende intervallen zijn
beschikbaar:
– Bumptestinterval (Bump-
test testinterv.) selecte-
ren (indien
geconfigureerd) om voor
alle kanalen het aantal
resterende dagen tot de
volgende bumptest weer
te geven. Voor gedetail-
leerde informatie, het
betreffende kanaal selec-
teren en bevestigen.
– Kalibratie-interval selec-
teren om voor alle kana-
len het aantal resterende
dagen tot de volgende
kalibratie te tonen. Voor
gedetailleerde informatie,
het betreffende kanaal
selecteren en bevestigen.
– Levensduur selecteren
om de resterende
gebruiksduur weer te
geven.
Vangbereiken worden weer-
gegeven (indien geconfigu-
reerd).
Laadtoestand van de
accu/batterij wordt (groot)
weergegeven.
Toelatingsinformatie wordt
weergegeven (e-label).
|
nl
135