7. Verwijder de harde schijven uit het bron-NAS en eventuele harde schijven uit het doel-NAS.
Installeer de schijven van het bron-NAS in het doel-NAS. We raden u aan om hierbij de volgorde
van de schijven te behouden.
Raadpleeg de nummering van de schijfsleuven in de hardwaregebruiksaanwijzingen.
8. Start het doel-NAS opnieuw op.
9. Wordt u verzocht om de firmware bij te werken, volg dan de instructies om de nieuwste firmware
te installeren.
10.
Worden de volumes na de firmware-update niet weergegeven, volg dan de stappen in 5a om
de firmware opnieuw te installeren en volumes toegankelijk te maken.
11.
Optioneel: meld u bij QTS aan als beheerder om uw NAS-instellingen te controleren en u ervan
te vergewissen dat alle instellingen zijn gemigreerd.
Door de verschillende specificaties van verschillende modellen bestaat de kans dat instellingen niet
naar het doel-NAS worden geïmporteerd. In dit geval moet een handmatige configuratie worden
uitgevoerd.
Sommige nieuwe functies van het doel-NAS, die niet beschikbaar zijn op het bron-NAS kunnen alleen
beschikbaar zijn op nieuwe opslagpools.
30