Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

QNAP Turbo NAS Gebruiksaanwijzing pagina 244

Software. versie: 4.3.x
Inhoudsopgave

Advertenties

3. Voer het IP-adres, poortnummer, gebruikersnaam en wachtwoord in op de externe server. Het
standaard poortnummer is 873. De gebruikersnaam voor aanmelden moet lees-/schrijftoegang tot
de externe server en een toereikende quotalimiet op de server hebben. Klik op "Test" om de
verbinding te verifiëren en klik vervolgens op "Apply" (Toepassen).
4. Geef de lokale map op door de Bronmap te klikken. Na het uitvouwen en lokaliseren van de map,
moet u dubbelklikken op de map om het in te stellen als de directory van waaruit de data zal
worden gerepliceerd.
5. Geef de bestemmingsmap op. Zoek de map in de tree en dubbelklik op de map om het in te
stellen als de directory waar de data naartoe zal worden gerepliceerd. Klik op "Add" (Toevoegen)
om dit paar aan replicatiemappen toe te voegen.
6. Klik op "Backup frequency" om de back-upfrequentie in te stellen. Selecteer om gegevens
onmiddellijk te repliceren of een back-upschema op te geven.
7. Klik op "Options" (Opties) en selecteer vervolgens een van de onderstaande opties.
o Codering inschakelen: voor het uitvoeren van gecodeerde externe replicatie. Denk eraan dat u
eerst "Allow SSH connection" (SSH-verbinding toestaan) moet inschakelen in "Network
Services" > Telnet/SSH" (Netwerkservices" > Telnet/SSH) en hetzelfde poortnummer voor SSH
en gecodeerde externe replicatie moet opgeven.
o Bestandscompressie activeren: Schakel deze optie in om het comprimeren van bestanden
mogelijk te maken tijdens het overbrengen van data. Deze optie wordt aanbevolen bij een lage
bandbreedte of een externe replicatie via WAN.
o Kopieer alleen bestanden die afwijken van de bestanden op het doel: verlaagt de tijdsduur voor
overdrachten en minimaliseert het netwerkverkeer.
o Verwijder extra bestanden op een externe bestemming: synchroniseert de gegevens van de
bron met die op het doel (synchroniseren in een richting). Extra bestanden op de bestemming
zullen worden verwijderd. De brongegevens blijven ongewijzigd.
o Efficiënte verwerking van sparse-bestanden: een sparse-bestand is een
computerbestandstype dat grote blokken zero-bytegegevens bevat. Als u deze optie inschakelt
kost het minder tijd om de externe replicatie uit te voeren.
o Replicatie van ACL en uitgebreide attributen: bewaar de informatie in uitgebreide attributen.
Denk eraan dat dezelfde ACL-functies op de doelhost moeten worden ingeschakeld of een
koppeling met hetzelfde domein moet worden gemaakt.
o Schakel de maximale overdrachtsnelheid in: geeft de maximum overdrachtsnelheid aan.
8.Klik op "Apply" (Toepassen). Als u "Execute backup immediately" (Back-up onmiddellijk uitvoeren)
selecteert, wordt de replicatietaak meteen gestart. Zo niet wordt het uitgevoerd volgens uw
schema. Merk op dat de taak recursief is. Schakel de lokale NAS en de externe server niet uit als
er een externe replicatietaak wordt uitgevoerd.
Opmerking: Voor stap 5 kan de volgorde voor de selectie van bron- en bestemmingsmappen
veranderd worden. Het bovenstaande is slechts een voorbeeld.
244

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave