–
Er is verbinding via het huidige locatieprofiel.
• Pictogrammen voor de status van de draadloze verbinding: draadloos LAN
–
Draadloze radio ontvangt geen stroom.
–
De radio voor draadloze communicatie staat aan. Geen koppeling.
–
De radio voor draadloze communicatie staat aan. Geen signaal.
–
De radio voor draadloze communicatie staat aan. De signaalsterkte van de draadloze verbinding is
uitstekend.
–
De radio voor draadloze communicatie staat aan. De signaalsterkte van de draadloze verbinding
is redelijk.
–
De radio voor draadloze communicatie staat aan. De signaalsterkte van de draadloze verbinding
is zeer slecht. Om de signaalsterkte te verbeteren, kunt u uw systeem dichter bij het draadloze
toegangspunt plaatsen.
• Pictogrammen voor de status van de draadloze verbinding: draadloos WAN
–
De WAN-radio staat uit.
–
Geen koppeling
–
Geen signaal
–
Signaalsterkte 1
–
Signaalsterkte 2
–
Signaalsterkte 3
Opmerking: Als er problemen zijn, kunt u proberen uw computer dichter bij het toegangspunt te plaatsen.
De functies voor draadloze communicatie in- of uitschakelen
Voer een van de volgende handelingen uit om de draadloze functies in- of uit te schakelen:
• Windows 7: druk op Fn+F5 om het schakelbord voor draadloze radio te openen. Schakel de functie
voor draadloze radio naar wens in of uit.
• Windows 8: druk op Fn+F5 om de vliegmodus in of uit te schakelen. Wanneer de vliegmodus wordt
ingeschakeld, worden al uw draadloze apparaten uitgeschakeld.
U kunt de schakelaar voor draadloze radio's ook gebruiken om de draadloze radio's van alle draadloze
apparaten op de computer in of uit te schakelen.
Presentaties en multimedia
Hiermee kunt u uw computer aansluiten op een projector om presentaties te geven of kunt u uw computer
aansluiten op een extern beeldscherm om uw werkruimte uit te breiden.
De instellingen van het beeldscherm aanpassen
U kunt de beeldscherminstellingen wijzigen, zoals de lettergrootte.
De lettergrootte wijzigen
U kunt de lettergrootte als volgt wijzigen:
1. Klik met de rechtermuisknop op het bureaublad en klik op Personaliseren.
2. Klik aan de linkerkant op Beeldscherm.
.
Hoofdstuk 2
De computer gebruiken
35