Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Aansluiting Op Energiebron; Gebruik En Wisseling Van De Rij; Het Spruitstuk In Gebruik Nemen - GCE MC80-HP UNIT Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

Beschikbare talen
  • NL

Beschikbare talen

  • DUTCH, pagina 19
6.2. AANSLUITING UITLAATVERBINDING
Soldering pijp met diameter 22 mm.
6.3. AANSLUITING VEILIGHEIDSKLEP EN ONTLUCHTINGSUITLATEN
Fittingen voor uitlaatpijpen met veiligheidskleppen zijn mechanische verbindingspunten, pijp-
diameter 10 mm, voor de HP-UNIT en pijpdiameter 15 mm, voor de STABILISATOR. De pijpen,
komend vanaf de veiligheidskleppen, kunnen (met behulp van een T-koppelstuk) aan elkaar
worden gesoldeerd en hebben een gezamenlijke uitlaat buiten het gebouw.
6.4. AANSLUITING UITLAATPIJPEN / HOGEDRUKSLANGEN / VERZAME
LAFTAKKING
Schroef
uitlaatpijpen
verzamelaftakkingen tegen elkaar en vervolgens op de inlaatverbindingen op het spruitstuk.
Vergewis u ervan dat de afsluitkleppen (V1 en V2) en de ontluchtingskleppen (V11 en V12) zich
in de gesloten stand bevinden.
Open LANGZAAM één cilinder van één rij.
Controleer de verbinding tussen de uitlaatpijp en de inlaatverbinding op lekkage met behulp
van een 0,5% teepol/water-oplossing.
Wordt er geen lekkage gevonden, open dan langzaam de overige cilinders van die rij. Herhaal
deze procedure bij de rij aan de overzijde.
Opmerking: als er lekkage optreedt tussen de uitlaatpijp/hogedrukslang/verzamelaftakking
en de inlaatverbinding, dient u te controleren of er een afdichtring niet correct is aangebracht
of ontbreekt. Als deze beschadigd is, vervangt u de afdichting en probeert u het opnieuw.

6.5. AANSLUITING OP ENERGIEBRON

Alle werkzaamheden aan elektrische bedrading moeten worden uitgevoerd door een ge-
schoolde monteur die over een vergunning beschikt conform nationale normen.
Neem de gebruiksaanwijzing voor het gasalarmsysteem in acht.
Het product moet worden geaard door middel van de ankerbout bij het etiket
aardlekbeveiliging.

7. GEBRUIK EN WISSELING VAN DE RIJ

Het onderstaande schema toont de bedieningselementen voor het normale gebruik van het
MC80-spruitstuk.

6.6. HET SPRUITSTUK IN GEBRUIK NEMEN

Controleer de parameters nadat het spruitstuk volledig is geïnstalleerd.
Controleer of de beide afsluitkleppen V1 en V2 gesloten zijn.
Controleer of de beide afsluitkleppen V13 en V14 gesloten zijn.
Controleer of de beide ontluchtingskleppen V11 en V12 gesloten zijn.
Controleer of de kleppen (V3 en V4), V5, O1, (V7 en V9) of (V8 en V10) geopend zijn.
Open de kleppen van de cilinder/cilinderbundel langzaam.
Open kleppen (V13 en V14) en (V1 en V2) langzaam, waarna gas wordt toegevoerd via de
uitlaatverbinding O2. De cilinderdruk kan worden afgelezen op de meters M1 en M2 en de
uitlaat-distributiedruk op meter M4.
Bepaal door te draaien aan schakelaar V6 of de rechter of de linker rij met cilinders de toevoer
moet starten. Start de toevoer altijd vanaf de rij met de laagste druk.
Indien een tank met vloeibare zuurstof wordt gebruikt als primaire bron, verbinding P5 of P6.
De inlaatklep vanaf de tank met vloeibare zuurstof moet geopend zijn en de parameterinstellin-
gen moeten overeenkomen met de instructie voor vloeibare zuurstof.
Controleer alle verbindingen op lekkage met behulp van een 0,5% teepol/water-oplossing.
Terwijl het gas stroomt, zal de druk aan de gebruikszijde teruglopen. Dit wordt aangegeven
door inlaatmeter M1 of M2.
/
hogedrukslangen
29/170
vanaf
cilinders
of
cilinderbundels
/
NL

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Deze handleiding is ook geschikt voor:

Mc80

Inhoudsopgave