5.8.4
Definitie soorten MIG/MAG-laswerk
Deze apparaatserie onderscheidt zich door de eenvoudige bediening en vele functies.
•
Een groot aantal lasopdrachten (JOB's), bestaande uit lasmethode, materiaalsoort, draaddiameter en
soort beschermgas zijn al voorgeprogrammeerd .
•
De benodigde procesparameters worden afhankelijk van het door u aangegeven werkpunt
(éénknopsbediening via draaiknop draadsnelheid) door het systeem berekend.
Meer parameters kunnen naar wens in het configuratiemenu van de besturing of ook met behulp van de
lasparametersoftware PC300.NET worden aangepast.
- Zie hoofdstuk 11.1, JOB-List
Apparaatserie Phoenix Expert:
De instelling van de lasopdracht wordt uitgevoerd op de apparaatbesturing van de stroombron.
Desgewenst kunnen alleen de voorgeprogrammeerde speciale lasopdrachten SP1 = JOB 129 /
SP2 = JOB130 / SP3 = JOB 131 op de apparaatbesturing van het draadaanvoerapparaat worden
geselecteerd. Door de drukknop Selectie lasopdracht lang in te drukken, kunt u de speciale JOB's
selecteren. Met een korte knopdruk wordt de omschakeling van speciale JOB's uitgevoerd.
5.8.5
Selecteren
5.8.5.1
Basis-lasparameters
Het wijzigen van het JOB-nummer is alleen mogelijk als er geen lasstroom vloeit.
Bedieningselement Actie
5.8.5.2
Bedrijfsmodus
Bedieningselem
ent
5.8.5.3
Lasmethode (standaard MIG/MAG-lassen/pulsvlambooglassen)
Bedieningselem
ent
099-005459-EW505
17.12.2015
Resultaat
Selectie van JOB-lijst
1 x
JOB-nummer instellen.
3 sec. wachten tot de instelling is verwerkt.
Actie
Resultaat
Selecteren bedrijfsmodus
n x
De LED geeft de geselecteerde bedrijfsmodus
weer.
2-takt-bedrijf
4-takt-bedrijf
Speciale 4-takt-modus
Actie
Resultaat
Selectie soort lassen
n x
Het controlelampje geeft de selectie aan.
MIG/MAG-standaardlassen
MIG/MAG-pulsbooglassen
Groen Speciale 2-takt-modus
Rood Bedrijfsmodus puntlassen
Opbouw en functie
MIG/MAG-lassen
Lampje
Lampje
geen wijziging
Lampje
geen wijziging
43