Onderhoud, verzorging en afvalverwerking
Algemeen
Onderhoud, verzorging en afvalverwerking
6
Verkeerd onderhoud en controle!
Het apparaat mag uitsluitend door vakkundige, bevoegde personen schoongemaakt,
gerepareerd of getest worden! Deskundig personeel is elke persoon die door zijn
opleiding, kennis en ervaring de risico's en de eventuele gevolgschade kan herkennen
die zich kunnen voordoen tijdens de controle van dit apparaat en de vereiste
veiligheidsmaatregelen kan treffen.
•
Alle controles in het volgend hoofdstuk uitvoeren!
•
Apparaat pas na geslaagde test weer in gebruik nemen.
Gevaar voor verwonding door elektrische spanning!
Reinigingswerkzaamheden aan niet van stroom losgekoppelde apparaten kunnen tot
ernstige verwondingen leiden!
•
Het apparaat op betrouwbare wijze van de stroomvoorziening loskoppelen.
•
Trek de stekker uit het stopcontact!
•
Wacht 4 minuten tot de condensatoren ontladen zijn!
Reparatie- en onderhoudswerkzaamheden mogen uitsluitend door geschoold en bevoegd technisch
personeel worden uitgevoerd, anders vervalt de garantie. Neem voor alle service-kwesties in principe
contact op met uw dealer, de leverancier van het apparaat. Retourleveringen van garantiegevallen
kunnen alleen via de dealer gebeuren. Gebruik bij het vervangen van onderdelen alleen originele
reserveonderdelen. Bij de bestelling van reserveonderdelen moeten het type apparaat, het serienummer
en artikelnummer van het apparaat, de typebenaming en het artikelnummer van het onderdeel worden
aangegeven.
6.1
Algemeen
Dit apparaat is onder de vermelde omgevingsvoorwaarden en de normale werkomstandigheden
grotendeels onderhoudsvrij en hoeft slechts minimaal te worden onderhouden.
Er dienen enkele punten te worden aangehouden om een goede werking van het lasapparaat te
waarborgen. Daartoe behoort afhankelijk van de vervuilingsgraad van de omgeving en de gebruiksduur
van het lasapparaat het regelmatig schoonmaken en controleren zoals hieronder beschreven.
6.2
Onderhoudswerkzaamheden, intervallen
6.2.1
Dagelijkse onderhoudswerkzaamheden
•
Alle aansluitingen en de slijtagedelen op handvaste zit controleren en evt. vastdraaien.
•
Schroef- en stekkerverbindingen van aansluitingen en slijtagedelen op de correcte zit controleren en
eventueel vastdraaien.
•
Vastplakkende lasspetters verwijderen.
•
Draadtoevoerrollen regelmatig reinigen (afhankelijk van de vervuilingsgraad).
6.2.1.1
Visuele controle
•
Slangpakket en stroomaansluitingen op uitwendige beschadigingen controleren en evt. vervangen c.q.
door vakpersoneel laten repareren!
•
Netvoedingskabel en desbetreffende trekontlasting
•
Gasslangen en desbetreffende schakelinrichtingen (magneetventiel)
•
Overig, de algemene toestand
6.2.1.2
Controle op goede werking
•
De correcte bevestiging van de draadspoel controleren.
•
Lasstroomkabels (op vaste en vergrendelde bevestiging controleren)
•
Bevestigingselementen gasfles
•
Bedienings-, meld-, bescherm- en instelinrichtingen (Functionele keuring)
106
GEVAAR
099-005459-EW505
17.12.2015