+49 2680 181-0. Een lijst met bevoegde dealers vindt u op www.ewm-group.com. De aansprakelijkheid voor het gebruik van deze installatie beperkt zich uitsluitend tot de werking van de installatie.
Inhoudsopgave Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding Inhoudsopgave 1 Inhoudsopgave ............................3 2 Veiligheidsrichtlijnen ..........................6 Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding ............6 Verklaring van symbolen ....................... 7 Algemeen ............................8 Transport en installatie ........................ 12 2.4.1 Omgevingscondities .....................
Pagina 4
Inhoudsopgave Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding 5.8.6.1 Selecteren van de weergegeven eenheid ............. 46 5.8.6.2 Instelling werkpunt via materiaaldikte ............46 5.8.6.3 Instelling correctie van de lichtbooglengte ............ 47 5.8.6.4 Accessoires voor het instellen van het werkpunt .......... 47 5.8.7 coldArc / coldArc puls ....................
Pagina 5
Draadaanvoerrollen voor staaldraden ................ 116 10.1.2 Draadaanvoerrollen voor aluminiumdraden ............... 117 10.1.3 Draadaanvoerrollen voor vuldraden ................117 10.1.4 Draadgeleiding ......................117 11 Bijlage A .............................. 118 11.1 JOB-List ............................. 118 12 Bijlage B .............................. 119 12.1 Overzicht van EWM-vestigingen ....................119 099-005459-EW505 17.12.2015...
Veiligheidsrichtlijnen Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding Veiligheidsrichtlijnen Richtlijnen voor het gebruik van deze bedieningshandleiding GEVAAR Werk- of gebruiksmethoden die nauwkeurig moeten worden aangehouden om een gerede kans op zwaar letsel of dood door ongeval van personen uit te sluiten. •...
Veiligheidsrichtlijnen Verklaring van symbolen Verklaring van symbolen Symbool Beschrijving Technische bijzonderheden waarmee de gebruiker rekening moet houden. Juist Verkeerd Indrukken Niet indrukken Indrukken en ingedrukt houden Draaien Schakelen Apparaat uitschakelen Apparaat inschakelen menutoegang ENTER navigeren in het menu NAVIGATION menu verlaten EXIT Tijdweergave (voorbeeld: 4 sec.
Veiligheidsrichtlijnen Algemeen Algemeen GEVAAR Elektromagnetische velden! Door de stroombron kunnen elektrische of elektromagnetische velden ontstaan, waardoor elektronische installaties zoals tekstverwerkers, CNC-apparatuur, telecommunicatieleidingen, net-, signaalleidingen en pacemakers niet meer goed kunnen werken. • Onderhoudsvoorschriften in acht nemen - Zie hoofdstuk 6, Onderhoud, verzorging en afvalverwerking! •...
Pagina 9
Veiligheidsrichtlijnen Algemeen WAARSCHUWING Letselgevaar door straling of hitte! Straling van de vlamboog veroorzaakt letsel aan de huid en aan de ogen. Contact met hete werkstukken en vonken veroorzaakt verbrandingen. • Lasschild resp. lashelm met een toereikende beschermingsgraad gebruiken (toepassingafhankelijk)! • Draag droge veiligheidskleding (bijv.
Pagina 10
Veiligheidsrichtlijnen Algemeen VOORZICHTIG Plichten van de exploitant! Voor het gebruik van het apparaat dient men zich aan de desbetreffende landelijke richtlijnen en wetten te houden! • Nationale omzetting van de kaderrichtlijn (89/391/EWG), evenals de bijbehorende afzonderlijke richtlijnen. • Vooral de richtlijn (89/655/EWG), over de minimumvoorschriften ter bescherming van de veiligheid en de gezondheid bij gebruik van werkmiddelen door werknemers tijdens het werk.
Pagina 11
Veiligheidsrichtlijnen Algemeen VOORZICHTIG EMC-classificatie van apparaten In overeenstemming met de norm IEC 60974-10 worden elektromagnetische lasapparaten onderverdeeld in twee klassen van elektromagnetische compatibiliteit - Zie hoofdstuk 8, Technische gegevens: Klasse A apparaten zijn niet bedoeld voor gebruik in woongebieden, waarbij apparaten op het openbare laagspanningsnet worden aangesloten.
Veiligheidsrichtlijnen Transport en installatie Transport en installatie WAARSCHUWING Verkeerde omgang met gasflessen met inert gas! Verkeerde omgang met gasflessen met inert gas kan ernstig letsel en de dood tot gevolg hebben. • Volg de instructies van de gasfabrikant en de gasverordening op! •...
Veiligheidsrichtlijnen Transport en installatie 2.4.1 Omgevingscondities VOORZICHTIG Plaats van opstelling! Het apparaat mag niet in de buitenlucht en uitsluitend op een passende, stabiele en vlakke ondergrond opgesteld en gebruikt worden! • De exploitant moet voor een slipvaste, vlakke ondergrond en voldoende verlichting van de werkplaats zorgen.
Gebruik overeenkomstig de bestemming Gebruik en bediening uitsluitend met de volgende apparatuur Gebruik overeenkomstig de bestemming Draadaanvoerapparaat voor toevoer van lasdraadelektroden voor MIG-lassen. WAARSCHUWING Gevaren door onbedoeld gebruik! Bij onbedoeld gebruik van het apparaat kunnen er gevaren voor personen, dieren en materiële zaken ontstaan.
Meegeldende documenten/Geldige aanvullende documenten 3.2.1 Garantie Meer informatie vindt u in de bijgevoegde brochure "Warranty registration" en informatie over garantie, onderhoud en keuring op www.ewm-group.com! 3.2.2 Conformiteitsverklaring Het aangegeven apparaat voldoet qua concept en constructie aan de richtlijnen en normen van de EG: •...
Apparaatbeschrijving - snel overzicht Vooraanzicht Apparaatbeschrijving - snel overzicht Vooraanzicht Afbeelding 4-1 099-005459-EW505 17.12.2015...
Pagina 17
Apparaatbeschrijving - snel overzicht Vooraanzicht Pos. Symbool Beschrijving Transporthandgreep Veiligheidsklep Afdekking van de draadtoevoeraandrijving en overige bedieningselementen. Aan de binnenkant bevinden zich, afhankelijk van de apparaatserie, overige plakplaatjes met informatie over slijtageonderdelen en JOB lijsten. Griffmulde zum Öffnen der Schutzklappe Sleutelschakelaar als beveiliging tegen onbevoegd gebruik Stand „1“...
Apparaatbeschrijving - snel overzicht Besturing - bedieningselementen 4.4.1 Functieverloop Afbeelding 4-5 Pos. Symbool Beschrijving Toets Selecteren lasparameters Met deze toets worden de lasparameters ingesteld in functie van de toegepaste lasmethode en de bedrijfsmodus. Controlelampje, gasvoorstroomtijd Instelbereik 0,0 sec. tot 20,0 sec. Controlelampje, startprogramma (P START •...
Opbouw en functie Algemeen Opbouw en functie Algemeen WAARSCHUWING Gevaar voor verwonding door elektrische spanning! Het aanraken van onder stroom staande onderdelen, bijv. lasstroombussen, kan levensgevaarlijk zijn! • Neem de veiligheidsinstructie op de eerste pagina van de bedieningshandleiding in acht! •...
Opbouw en functie Installeren VOORZICHTIG Schade door onvakkundige aansluiting! Door onvakkundige aansluiting kunnen accessoirecomponenten en de stroombron worden beschadigd! • Accessoirecomponenten uitsluitend bij uitgeschakeld lasapparaat op de desbetreffende aansluitbus steken en vergrendelen. • Uitvoerige beschrijvingen vindt u in de gebruikshandleiding van de betreffende accessoire! •...
Pagina 25
Opbouw en functie Installeren VOORZICHTIG Valgevaar! Wanneer de dubbele draadtoevoer niet op correcte wijze in de houder wordt bevestigd, kan deze vallen en beschadigd raken of eventueel personen verwonden. • De binnenste draadtoevoervoetjes altijd in de daarvoor bedoelde uitsparingen plaatsen! •...
Opbouw en functie Koeling van de lastoorts Koeling van de lastoorts VOORZICHTIG Koelmiddelmengsels! Mengsels met andere vloeistoffen of het gebruik van ongepaste koelmiddelen leidt tot materiële schade en tot het verlies van de fabrieksgarantie! • Uitsluitend de in deze handleiding beschreven koelmiddelen (overzicht koelmiddelen) gebruiken.
Opbouw en functie Aanwijzingen voor het leggen van lasstroomleidingen Aanwijzingen voor het leggen van lasstroomleidingen Onvakkundig gelegde lasstroomleidingen kunnen storingen (flakkeren) van de vlamboog veroorzaken! Werkstukleiding en slangpakket van lasstroombronnen zonder HF-ontstekingsinrichting (MIG/MAG) zo lang mogelijk, naast elkaar liggend, parallel leggen. Werkstukleiding en slangpakket van lasstroombronnen met HF-ontstekingsinrichting (TIG) lang parallel leggen met een onderlinge afstand van ong.
Pagina 28
Opbouw en functie Aanwijzingen voor het leggen van lasstroomleidingen Voor elk lasapparaat een eigen werkstukleiding voor het werkstuk gebruiken! Afbeelding 5-3 Lasstroomleidingen, lastoorts- en tussenslangpakketten volledig afrollen. Lussen vermijden! Kabellengtes in principe niet langer dan nodig is! Overtollige kabellengtes in bochten leggen. Afbeelding 5-4 099-005459-EW505 17.12.2015...
Opbouw en functie Aansluiting tussenslangpakket Aansluiting tussenslangpakket VOORZICHTIG Risico's door elektrische stroom! Als er afwisselend met twee draadtoevoerapparaten wordt gelast en beide lastoortsen op het apparaat zijn aangesloten, dan staat op alle kabels gelijktijdig nullast- resp. lasspanning! • Bij aanvang van werkzaamheden en werkonderbrekingen lastoortsen altijd geïsoleerd wegleggen! De aansluiting wordt intern in het draadaanvoerapparaat uitgevoerd.
Pagina 30
Opbouw en functie Aansluiting tussenslangpakket Pos. Symbool Beschrijving Stroombron Aanvullende systeemdocumentatie opvolgen! Tussenslangpakket Aansluitnippel G¼", inertgasaansluiting Inertgasleiding naar de tweede centrale lastoortsaansluiting Aansluitstekker, lasstroom „+“ Lasstroomaansluiting draadtoevoerapparaat Snelkoppeling (rood) retourleiding koelmiddel Snelkoppeling (blauw) toevoerleiding koelmiddel Aansluitbus 7-polig (digitaal) • Besturingskabel draadtoevoerapparaat Aansluitnippel G¼", inertgasaansluiting Inertgasleiding naar de eerste centrale lastoortsaansluiting Trekontlasting...
Opbouw en functie Inert-gastoevoer Inert-gastoevoer 5.6.1 Gastest • Open langzaam de kraan van de gasfles. • Open de drukregelaar. • Schakel de stroombron in met de hoofdschakelaar. • Gastestfunctie op de apparaatbesturing activeren. • Gashoeveelheid via drukregelaar in overeenstemming met de toepassing instellen. •...
Opbouw en functie Lasgegevens-display Lasgegevens-display Links en rechts van de besturingsdisplays zitten de toetsen "Parameterselectie" ( ). Ze dienen voor de selectie van weer te geven lasparameters. Elke druk op een toets laat het display een parameter verder springen (LED's naast de toetsen geven de selectie weer).
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen MIG/MAG-lassen 5.8.1 Aansluiting lastoorts VOORZICHTIG Apparaatschade door onvakkundig aangesloten koelmiddelleidingen! Bij niet vakkundig aangesloten koelmiddelleidingen of bij het gebruik van een gasgekoelde lastoorts wordt het koelmiddelcircuit onderbroken en kan er apparaatschade ontstaan. • Sluit alle koelmiddelleidingen op vakkundige wijze aan! •...
Pagina 34
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Afbeelding 5-7 Pos. Symbool Beschrijving Lastoorts Lastoortsslangpakket Aansluitbus 19-polig (analoog) Voor het aansluiten van analoge accessoires (afstandsbediening, besturingskabel, lastoorts, enz.) Lastoortsaansluiting (euro- of Dinse centrale aansluiting) Lasstroom, inert gas en toortsknop geïntegreerd Snelkoppeling (rood) retourleiding koelmiddel Snelkoppeling (blauw) toevoerleiding koelmiddel •...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.2 Draadtoevoer 5.8.2.1 Veiligheidsklep van de draadtoevoeraandrijving openen VOORZICHTIG Voor de volgende werkstappen moet de veiligheidsklep van de draadtoevoeraandrijving worden geopend. Voor aanvang van werkzaamheden is het verplicht om de veiligheidsklep te sluiten. • Veiligheidsklep ontgrendelen en openen. 5.8.2.2 Aanbrengen van de draadspoel VOORZICHTIG...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.2.3 Draadtoevoerrollen wisselen Afbeelding 5-9 Pos. Symbool Beschrijving Knevel Met de knevel wordt de vergrendelingsbeugel van de draadtoevoerrollen vastgezet. Vergrendelingsbeugel Met de vergrendelingsbeugels worden de draadtoevoerrollen vastgezet. Drukunit Bevestiging van de spanunit en instelling van de aanpersdruk. Spanunit Draadtoevoerrollen Zie tabel Overzicht draadtoevoerrollen...
Pagina 37
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Gebrekkige lasresultaten door onregelmatige draadtoevoer! De draadtoevoerrollen moeten bij de draaddiameter en het materiaal passen. Ter onderscheiding zijn de draadtoevoerrollen kleurgemarkeerd (zie tabel Overzicht draadtoevoerrollen). Tabel Overzicht draadtoevoerrollen: Materiaal Diameter Kleurcode Groefvorm mm inch ,023 lichtroze ,030...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.2.4 Invoeren van de draadelektrode VOORZICHTIG Letselgevaar door bewegende onderdelen! De draadtoevoerapparaten zijn met bewegende onderdelen uitgerust die handen, haar, kledingsstukken of gereedschap kunnen grijpen en zodoende personen kunnen verwonden! • Handen niet in draaiende of bewegende onderdelen of aandrijfonderdelen plaatsen! •...
Pagina 39
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Afhankelijk van de constructie van het apparaat is de draadtoevoer gespiegeld uitgevoerd! Afbeelding 5-10 Pos. Symbool Beschrijving Lasdraad Draadinvoernippel Geleidingsbuis Instelmoer • Het toortsslangpakket languit uitspreiden. • Wikkel voorzichtig de lasdraad van de draadspoel af en voer de lasdraad via de draadinloopnippel in tot aan de draadrollen.
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen • De aanpersdruk moet afhankelijk van het gebruikte lastoevoegmateriaal afzonderlijk worden ingesteld met behulp van de instelmoeren aan draadingang en draaduitgang van de drukunits. Een tabel met de instelwaarden staat op de sticker vlakbij de draadaanvoer: Variant 1: linkszijdige inbouw Variant 2: rechtszijdige inbouw Afbeelding 5-11...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.3 Basisinstellingen voor het gebruik van twee draadtoevoerapparaten De besturingen van de draadaanvoerapparaten zijn af fabriek geconfigureerd voor dubbele draadtoevoer. Na een reset van de besturing of bij een storing dient men de instelling te controleren en eventueel te corrigeren. •...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Let op! • Gelijktijdig lassen is niet mogelijk. • Geen verdere toebehoren aan de 7-polige aansluitbus aansluiten. 5.8.3.1 Omschakelen tussen draadtoevoerapparaten Op de lastoorts van de niet actieve draadtoevoer • toortsknop aantikken (kort indrukken) De omschakeling vindt alleen plaats wanneer er geen lastroom is! 5.8.3.2 Bijzonderheden bij het gebruik van twee draadtoevoerapparaten Het gebruik van twee draadtoevoerapparaten maakt het afwisselend lassen van verschillende materialen...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.4 Definitie soorten MIG/MAG-laswerk Deze apparaatserie onderscheidt zich door de eenvoudige bediening en vele functies. • Een groot aantal lasopdrachten (JOB's), bestaande uit lasmethode, materiaalsoort, draaddiameter en soort beschermgas zijn al voorgeprogrammeerd . • De benodigde procesparameters worden afhankelijk van het door u aangegeven werkpunt (éénknopsbediening via draaiknop draadsnelheid) door het systeem berekend.
Deze functie wordt bijv. voor dunne platen gebruikt om gericht de warmte-inbreng te reduceren of om opgaande verticale lasnaden zonder pendelen te lassen. De combinatie van superPuls en EWM-lasprocessen beidt veelzijdige inzetmogelijkheden. Het lasvermogen kan als gemiddelde waarde (af fabriek) of door Programma A worden weergegeven. Bij ingeschakelde weergave van de gemiddelde waarde lichten de controlelampjes van het hoofdprogramma (PA) en het gereduceerde hoofdprogramma (PB) gelijktijdig op.
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.5.6 Terugbranden draad EXIT ENTER Afbeelding 5-15 Display Instelling / selecteren Draad terugbranden-menu Draad terugbranden instellen. Instelling parameter (instelbereik 0 tot 499) Voorkomt het vastbranden van de draadelektrode in het lasbad. Terugbranden draad te groot ingesteld. grote bolvorming van de draadelektrode leidt tot slechte ontstekingseigenschappen of de draadelektrode brandt vast in de laskop.
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.6 MIG/MAG - werkpunt Het werkpunt (lasvermogen) wordt volgens het principe van de MIG/MAG-eenknopsbediening ingesteld, d.w.z. de gebruiker hoeft voor de instelling van zijn werkpunt bijv. alleen de gewenste draadsnelheid in te stellen en het digitale systeem berekent de optimale waarden voor lasstroom en -spanning (werkpunt). Het werkpunt kan ook door accessoires, zoals een afstandsbediening, lastoorts, enz.
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.6.3 Instelling correctie van de lichtbooglengte De lengte van de vlamboog kan als volgt gecorrigeerd worden: Bedieningselem Actie Resultaat Lampje Instelling "Correctie van de booglengte" (Weergavevoorbeeld: -0,9 V, instelbereik -9,9 V tot +9,9 V) 5.8.6.4 Accessoires voor het instellen van het werkpunt De werkpuntinstelling kan ook via verschillende accessoirecomponenten, zoals bijv.
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.7 coldArc / coldArc puls Warmtereducerende, spatarme korte vlamboog voor kromtrekkingsarm lassen en solderen van dunne platen en lassen van grondlasnaden met uitstekende overbrugging van lasvoegen. Afbeelding 5-17 Na het selecteren van het coldArc-lasproces - Zie hoofdstuk 5.8.5, Selecteren beschikt u over de eigenschappen: •...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.8 forceArc / forceArc puls Warmtereducerende, richtingsstabiele, drukkrachtige vlamboog met diepe inbranding voor het bovenste vermogensbereik. Afbeelding 5-18 • Kleinere naadopeningshoek door diepe inbranding en richtingsstabiele vlamboog • Uitstekende grondlasnaad- en flanklasnaaddekking • Veilig lassen, ook met zeer lange draadeinden (stickout) •...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.9 rootArc/rootArc puls Goed modelleerbare korte-vlamboog voor moeiteloze naadoverbrugging en lassen in geforceerde posities. Afbeelding 5-19 • Spatarm in vergelijking met standaard korte vlambogen • Goede grondnaadvormgeving en veilige flanklasnaaddekking • Niet- en laaggelegeerde staalsoorten • Handmatige en geautomatiseerde toepassingen rootArc-lassen tot: Ø...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.10 MIG/MAG-principeschema's / bedrijfsmodussen Lasparameters zoals bijv. gasvoorstromen, terugbranden, etc. zijn voor een groot aantal toepassingen optimaal vooraf ingesteld (kunnen echter zonodig worden aangepast). 5.8.10.1 Verklaring tekens en werking Symbool Betekenis Druk op de toortsknop Laat de toortsknop los Toortsknoppen tiptoetsen (kort indrukken en loslaten) Er stroomt inert-gas Lasvermogen...
Pagina 52
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 2-takt-bedrijf Afbeelding 5-21 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden. • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit. •...
Pagina 53
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 2-takt bedrijf met superpuls Afbeelding 5-22 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden. • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit.
Pagina 54
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 2-takt speciaal Afbeelding 5-23 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramm P voor de tijd t START start...
Pagina 55
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Puntlassen Afbeelding 5-24 De starttijd t moet bij de punttijd t worden opgeteld. start 1e takt • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen) • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramm P , de puntlastijd begint) START...
Pagina 56
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 2-takt speciaal met superpuls Afbeelding 5-25 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramm P voor de tijd t START...
Pagina 57
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 4-takt-bedrijf Afbeelding 5-26 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit. •...
Pagina 58
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 4-takt bedrijf met superpuls Afbeelding 5-27 1e fase: • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit.
Pagina 59
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 4-takt-modus met wisselende lasmethode (procesomschakeling) Om de functie te activeren of in te stellen, - Zie hoofdstuk 5.8.17, Expertmenu MIG/MAG. Afbeelding 5-28 1e takt: • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt beschermgas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid".
Pagina 60
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 4-takt speciaal Afbeelding 5-29 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramm P START 2e fase •...
Pagina 61
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 4-takt-speciaal met wisselende lasmethode door kort indrukken (procesomschakeling) Om de functie te activeren of in te stellen, - Zie hoofdstuk 5.8.17, Expertmenu MIG/MAG. Afbeelding 5-30 1e takt • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt beschermgas uit (gasvoorstromen). •...
Pagina 62
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 4-takt-speciaal met wisselende lasmethode (procesomschakeling) Om de functie te activeren of in te stellen, - Zie hoofdstuk 5.8.17, Expertmenu MIG/MAG. Afbeelding 5-31 1e takt • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt beschermgas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid".
Pagina 63
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 4-takt speciaal met superpuls Afbeelding 5-32 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramm P voor de tijd t START...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.11 MIG/MAG-programmaverloop (Modus "programmastappen") Bepaalde materialen zoals bijv. aluminium hebben speciale functies nodig om veilig en met hoge kwaliteit te kunnen worden gelast. Daarbij wordt de bedrijfsmodus 4-takt-speciaal met de volgende programma's gebruikt: • Startprogramma P (reduceren van koude plekken bij begin lasnaad) START •...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.11.2 MIG/MAG-parameteroverzicht en P zijn relatieve programma's af fabriek. Zij zijn procentueel afhankelijk van de START draadtoevoerwaarde van het hoofdprogramma P . Deze programma's kunnen als absolute programma's worden ingesteld (zie instelling speciale parameter P21). Afbeelding 5-34 Basisparameters Betekenis / verklaring Instelbereik...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.12 Conventioneel MIG/MAG-lassen (GMAW non synergic) • Voor draadsnelheden onder de 8 m/min. JOB 188 selecteren. • Voor draadsnelheden boven de 8 m/min. JOB 187 selecteren. Het wijzigen van het JOB-nummer is alleen mogelijk als er geen lasstroom vloeit. Bedieningselem Handeling Resultaat Display...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.13 Modus hoofdprogramma A Voor verschillende soorten laswerk of posities bij een werkstuk zijn verschillende lasvermogens (werkpunten) resp. lasprogramma’s nodig. In ieder van de maximum 16 programma’s worden volgende paramaters opgeslagen: • Bedrijfsmodus • Soort lassen •...
Pagina 71
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Voorbeeld 1: werkstukken met verschillende plaatdikten lassen (2-takt) Afbeelding 5-39 Voorbeeld 2: verschillende posities bij een werkstuk lassen (4-takt) Afbeelding 5-40 Voorbeeld 3: aluminium-lassen van verschillende plaatdikten (2- of 4-takt speciaal) Afbeelding 5-41 Er kunnen maximaal 16 programma's (P tot P ) worden ingesteld.
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.13.1 Selectie van de parameters (programma A) Het veranderen van lasparameters kan alleen worden uitgevoerd als de sleutelschakelaar in de positie „1“ staat. Bedieningselem Actie Resultaat Lampje Weergave lasgegevens omschakelen naar programmaweergave. (LED Prog brandt) Selecteer programmanummer. Weergavevoorbeeld: Programma "1".
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.15 MIG/MAG-standaardtoorts De branderknop van de MIG-lastoortsen dient in principe om het lasproces te starten en te stoppen. Bedieningselementen Functies • Toortsknop Lassen starten/stoppen Bovendien kunnen door het aantippen van de branderknop, naargelang het apparaat en de besturingconfiguratie, nog meer functies geactiveerd worden- Zie hoofdstuk 5.14.1.2, Speciale parameters in detail: •...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.16.2 Omschakeling tussen push/pull en tussenaandrijving GEVAAR Voer geen verkeerde reparaties en modificaties uit! Om verwondingen en materiële schade te vermijden, mag het apparaat enkel door vakkundige, bevoegde personen gerepareerd resp. gemodificeerd worden! Bij onbevoegde ingrepen vervalt de garantie! •...
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen 5.8.17 Expertmenu MIG/MAG In het Expertmenu zijn functies en parameters ingesteld, die ofwel niet rechtstreeks op de apparaatbesturing kunnen worden ingesteld ofwel waarvan een regelmatig instellen niet noodzakelijk is. 5.8.17.1 Selecteren ENTER (Menutoegang) • Drukknop "Lasparameter" 3 sec. ingedrukt houden. NAVIGATION (Navigeren in het menu) •...
Pagina 76
Opbouw en functie MIG/MAG-lassen Display Instelling / selecteren Correctie draad terugbranden (instelbereik 0 tot 499) Wordt een te hoge waarde ingesteld dan leidt dit tot grotere kogelvorming aan de draadelektrode (laat zich slecht opnieuw ontsteken) of het vastbranden van de draadelektrode aan de stroomkop.
Opbouw en functie TIG-lassen TIG-lassen 5.9.1 Aansluiting lastoorts TIG-lastoorts voor aansluiting op een eurocentrale aansluiting zijn in twee uitvoeringen beschikbaar: • TIG-combi-lastoortsen worden op de eurocentrale aansluiting van het draadtoevoerapparaat en op de lasstroomaansluiting (-) van de stroombron aangesloten. • TIG-lastoortsen in de uitvoering (EZA) worden uitsluitend op de eurocentrale aansluiting van het draadtoevoerapparaat aangesloten.
Opbouw en functie TIG-lassen • Steek de centrale stekker van de lastoorts in de centrale aansluiting en schroef hem vast met de wartel. • Steek de lasstroomstekker van de combitoorts in de aansluitbus van lasstroom (-) en vergrendel de stekker door naar rechts te draaien (uitsluitend bij de variant met afzonderlijke lasstroomaansluiting). •...
Opbouw en functie TIG-lassen Principeschema’s / bedrijfsmodi 5.9.4 5.9.4.1 Verklaring tekens en werking Symbool Betekenis Druk op de toortsknop Laat de toortsknop los Toortsknoppen tiptoetsen (kort indrukken en loslaten) Er stroomt inert-gas Lasvermogen Gasvoorstromen Gasnastromen 2-takt 2-takt speciaal 4-takt 4-takt speciaal Tijd Startprogramma START...
Pagina 80
Opbouw en functie TIG-lassen 2-takt-bedrijf Afbeelding 5-46 Selecteren • Selecteer de bedrijfsmodus 2-takt 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden. • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). De vlamboogontsteking gebeurt met Liftarc. • De lasstroom vloeit met de voorgeselecteerde instelling. 2e fase •...
Pagina 81
Opbouw en functie TIG-lassen 4-takt-bedrijf Afbeelding 5-48 Selecteren • Selecteer de bedrijfsmodus 4-takt 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). De vlamboogontsteking gebeurt met Liftarc. • De lasstroom vloeit met de voorgeselecteerde instelling. 2e fase •...
Opbouw en functie TIG-lassen 4-takt speciaal Afbeelding 5-49 Selecteren • Selecteer de bedrijfsmodus 4-takt-speciaal 1e fase • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen). De vlamboogontsteking gebeurt met liftarc. • De lasstroom vloeit met de voorgeselecteerde instelling in het startprogramma “P “.
Opbouw en functie TIG-lassen 5.9.5 TIG-programmaverloop (Modus "programmastappen") Afbeelding 5-50 Basisparameters Pos. Betekenis/verklaring Instelbereik Gasvoorstroomtijd 0 sec. tot 0.9 sec. START 0 % tot 200 % Startstroom Duur (startprogramma) 0 sec. tot 20 sec. Slope-duur van P op P 0 sec. tot 20 sec. START (hoofdprogramma) 5 A tot 550 A...
Opbouw en functie Elektrodelassen 5.10 Elektrodelassen 5.10.1 Selecteren Vlamboog-handlassen of kort elektrodelassen. Kenmerk hiervan is dat de vlamboog tussen een afsmeltende elektrode en het lasbad brandt. Er is geen externe bescherming, de enige beschermende werking van de atmosfeer wordt door de elektrode gevormd. •...
Opbouw en functie Elektrodelassen 5.10.1.3 Hotstart De hotstart-inrichting zorgt ervoor dat staafelektroden door een verhoogde startstroom beter ontsteken. a) = Hotstart-tijd b) = Hotstart-stroom Lasstroom Tijd Afbeelding 5-51 Instelling van de hotstart-parameter - Zie hoofdstuk 5.10.1.5, Overzicht parameters 5.10.1.4 Antistick Antistick voorkomt het uitgloeien van de elektrode.
Opbouw en functie Elektrodelassen 5.10.2 Gutsbranders Bij het gutsen brandt een vlamboog tussen een koolelektrode en het werkstuk die tot smeltvloeibare temperatuur wordt verhit. Daarbij wordt het vloeibare smeltbad met perslucht verdrongen. Voor gutsen zijn speciale elektrodehouders met persluchtaansluiting en koolelektroden vereist. Voor gutsen worden speciale elektrodehouders en koolelektroden vereist.
Opbouw en functie Afstandsbedieningen 5.11 Afstandsbedieningen VOORZICHTIG Schade door gebruik van componenten van derden! De garantie van de fabrikant vervalt bij apparaatschade door gebruik van componenten van derden! • Gebruik uitsluitend systeemcomponenten en opties (stroombronnen, lastoortsen, elektrodehouders, afstandsbedieningen, vervangings- en slijtageonderdelen, enz.) uit ons leveringsprogramma! •...
Opbouw en functie Lasparameter tegen onbevoegde toegang blokkeren 5.13 Lasparameter tegen onbevoegde toegang blokkeren Als beveiliging tegen het onbevoegd of per ongeluk verstellen van de lasparameters op het apparaat, is het met behulp van de sleutelschakelaar mogelijk om de invoer van de besturing te blokkeren. In sleutelstand 1 kunnen alle functies en parameters onbeperkt worden ingesteld.
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) 5.14.1 Selectie, wijziging en opslag van parameters ENTER (Menutoegang) • Apparaat met de hoofdschakelaar uitschakelen • Knop "Parameterselectie links" ingedrukt houden en gelijktijdig op het apparaat opnieuw inschakelen. NAVIGATION (Navigeren in het menu) •...
Pagina 91
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Display Instelling / selecteren Aanvoertijd draadinvoeren 0 = normale draadinvoer (10 sec. aanvoertijd) 1 = snelle draadinvoer (3 sec. aanvoertijd) (Af fabriek) Programma "0" blokkeren 0 = P0 vrijgegeven (Af fabriek) 1 = P0 geblokkeerd Weergavemodus voor Up/down-lastoorts met enkel 7-segmentendisplay (twee knoppen) 0 = normale weergave (af fabriek)
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Block-JOB-bedrijfsmodus 0 = Block-JOB-bedrijfsmodus niet actief (Af fabriek) 1 = Block-JOB-bedrijfsmodus actief Programmaselectie met standaard toortsknop 0 = Geen programmaselectie (Af fabriek) 1 = Programmaselectie mogelijk Omschakeling van bedrijfsmodus/soort lassen met DV-besturing 0 = omschakeling van bedrijfsmodus/soort lassen met DV-besturing in programma 0 (af fabriek).
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) 5.14.1.2 Speciale parameters in detail Aanvoertijd draadinvoer (P1) De draadinvoer begint met 1,0m/min gedurende 2 sec. Aansluitend wordt met een aanvoerfunctie de snelheid op 6,0m/min verhoogd. De aanvoertijd is tussen twee bereiken in te stellen. Tijdens de draadinvoer kan de snelheid met behulp van de draaiknop lasparameterinstelling worden gewijzigd.
Pagina 94
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Correctiebedrijf, instelling van grenswaarden (P7) Het correctiebedrijf wordt voor alle jobs en desbetreffende programma's gelijktijdig in- of uitgeschakeld. Voor elke job wordt een correctiebereik voor draadtoevoersnelheid (DV) en lasspanningscorrectie (Ucorr) aangegeven. De correctiewaarde wordt voor elk programma afzonderlijk opgeslagen. Het correctiebereik kan maximaal 30% van de draadsnelheid en +-9,9 V lasspanning bedragen.
Pagina 95
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Bedieningselem Actie Resultaat Weergave (voorbeelden) Links Rechts Knop zo vaak indrukken tot alleen de LED "PROG" oplicht. Links: Draadaanvoersnelheid Rechts: Programmanummer Toets indrukken en ca. 4 sec. lang vasthouden 4 sec. Links: huidige grenswaarde van de draadaanvoersnelheidscorrectie Rechts: huidige grenswaarde van de spanningscorrectie...
Pagina 96
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Programmaomschakeling met standaard toortstoorts (P8) Speciale 4-takt (4-takt-absoluut-programmaverloop) • Takt 1: Absoluut-programma 1 wordt gestart • Takt 2: Absoluut-programma 2 wordt na afloop van "tstart" gestart. • Takt 3: Absoluut-programma 3 wordt gestart totdat de tijd "t3" verlopen is. Aansluitend wordt automatisch naar het absoluut-programma 4 overgeschakeld.
Pagina 97
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Het aantal programma’s (P ) is gelijk aan het onder n-takt vastgelegd taktaantal. 1ste takt • Toortsknop indrukken en vasthouden • Er stroomt inert-gas uit (gasvoorstromen) • Draadtoevoermotor loopt mee op "langzame-invoersnelheid". • De vlamboog ontsteekt nadat de draadelektrode op het werkstuk terechtkomt, de lasstroom vloeit (startprogramma P van P...
Pagina 98
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Instelling "enkele of dubbele bedrijfsmodus" (P10) Indien het systeem met twee draadaanvoerapparaten is uitgerust, mogen er geen verdere accessoirecomponenten aan de aansluitbus 7-polig (digitaal) gebruikt worden! Dit heeft onder andere betrekking op digitale afstandsbedieningen, robotinterfaces, documentatie-interfaces, lastoortsen met digitale besturingsleidingaansluiting, enz.
Pagina 99
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Gebruikergedefinieerde JOB-lijsten maken Er wordt een samenhangend opslagbereik opgesteld, waarin met accessoires zoals bijv. de POWERCONTROL 2-toorts tussen JOB’s kan omgeschakeld worden. • Speciale parameter P12 op “2” instellen. • Omschakelknop “Programma of Up/Down-functie” op positie “Up/Down” zetten. •...
Pagina 100
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Bovengrens en ondergrens voor de JOB-omschakeling op afstand (P13, P14) Het hoogste resp. het laagste JOB-nummer dat met accessoirecomponenten, zoals bijv. PowerControl 2- toorts, kan geselecteerd worden. Vermijdt een abusievelijk omschakelen in ongewenste of niet gedefinieerde JOB’s. Hold-functie (P15) Hold-functie actief (P15 = 1) •...
Pagina 101
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Programmaselectie met standaard toortsknop (P17) Maakt een programmaselectie resp. programma-omschakeling vóór lasaanvang mogelijk. Door de toortsknop kort in te drukken wordt overgeschakeld naar het volgende programma. Bij het bereiken van het laatste vrijgegeven programma begint het display weer van voren af aan. •...
Pagina 102
Opbouw en functie Speciale parameters (uitgebreide instellingen) Absolute waarde-instelling voor relatieve programma's (P21) Startprogramma (P ), down-slope-programma (P ) en eindprogramma (P ) kunnen naar wens START relatief of absoluut ten opzichte van het hoofdprogramma (P ) worden ingesteld. Functie actief (P21 = 1) •...
Opbouw en functie Configuratiemenu voor apparatuur 5.15 Configuratiemenu voor apparatuur 5.15.1 Selectie, wijziging en opslag van parameters ENTER (Menutoegang) • Apparaat met de hoofdschakelaar uitschakelen • Drukknop "Lasparameter" of "Smoorspoelwerking" (drive 4X LP) ingedrukt houden en gelijktijdig het apparaat opnieuw inschakelen. NAVIGATION (Navigeren in het menu) •...
Opbouw en functie Configuratiemenu voor apparatuur 5.15.2 Compensatie leidingsweerstand De weerstandswaarde van de leidingen kan rechtstreeks of op de stroombron worden ingesteld. Bij levering is de leidingsweerstand ingesteld op 8 mOhm. Deze waarde komt overeen met een 5 m massakabel, 1,5 m tussenslangpakket en 3 m watergekoelde lastoorts. Andere lengtes van slangpakketten vereisen een +/- spanningscorrectie ter optimalisering van laseigenschappen.
Opbouw en functie Configuratiemenu voor apparatuur 1 Voorbereiding • Lasapparaat uitschakelen. • Gaskop losschroeven van de lastoorts. • Lasdraad aan de stroomkop kort afknippen. • Lasdraad aan het draadtoevoerapparaat een stuk (ong. 50 mm) terugtrekken. Nu is er geen lasdraad aanwezig in de stroomknop.
Onderhoud, verzorging en afvalverwerking Algemeen Onderhoud, verzorging en afvalverwerking GEVAAR Verkeerd onderhoud en controle! Het apparaat mag uitsluitend door vakkundige, bevoegde personen schoongemaakt, gerepareerd of getest worden! Deskundig personeel is elke persoon die door zijn opleiding, kennis en ervaring de risico's en de eventuele gevolgschade kan herkennen die zich kunnen voordoen tijdens de controle van dit apparaat en de vereiste veiligheidsmaatregelen kan treffen.
Daarnaast kunnen oude apparaten in heel Europa bij EWM-verkooppartners worden ingeleverd. Inachtneming van de RoHS-vereisten Wij, EWM AG Mündersbach, verklaren hierbij dat alle door ons geleverde producten, die onderhevig zijn aan de RoHS-richtlijn, aan de vereisten van de RoHS (richtlijn 2011/65/EU) voldoen.
Verhelpen van storingen Checklist voor het verhelpen van storingen Verhelpen van storingen Alle producten worden onderworpen aan strenge productie- en eindcontroles. Mocht er desondanks toch een keer iets niet werken, controleer het product dan aan de hand van de volgende lijst. Als geen van de aangegeven mogelijkheden om het defect te verhelpen werkt, waarschuw dan de officiële dealer.
Verhelpen van storingen Foutmeldingen Foutmeldingen Een storing in de lasapparatuur wordt weergegeven doordat de storingcode (zie tabel) wordt weergegeven op de display van de besturing. Bij een storing in de apparatuur wordt de voeding uitgeschakeld. De weergave van mogelijke foutnummers is afhankelijk van de uitvoering van het apparaat (interfaces/functies).
Pagina 110
Verhelpen van storingen Foutmeldingen Fout Categorie Mogelijke oorzaak Oplossing Error 17 Overstroomdetectie Draadtoevoer controleren (WF. Ov.) draadtoevoeraandrijving Error 18 Geen tachogeneratorsignaal Controleer de verbinding en de (WF. Sl.) van tweede tachogenerator van het tweede draadtoevoerapparaat (slave- draadtoevoerapparaat (slave-aandrijving). aandrijving) Error 56 Uitval stroomfase Netspanningen controleren (no Pha)
Verhelpen van storingen Jobs (lasopdrachten) resetten naar fabrieksinstellingen Jobs (lasopdrachten) resetten naar fabrieksinstellingen Alle opgeslagen klantspecifieke lasparameters worden door de werkinstellingen vervangen. 7.3.1 Individuele job resetten RESET ENTER JOB- JOB- LIST LIST EXIT Afbeelding 7-1 Display Instelling / selecteren RESET (Resetten naar fabrieksinstellingen) De RESET wordt na de bevestiging uitgevoerd.
Verhelpen van storingen Algemene storingen 7.3.2 Alle jobs resetten De JOB's 1-128 + 170-256 worden teruggezet. De klantspecifieke JOB's 129-169 worden behouden. RESET ENTER JOB- JOB- LIST LIST EXIT Afbeelding 7-2 Display Instelling / selecteren RESET (Resetten naar fabrieksinstellingen) De RESET wordt na de bevestiging uitgevoerd. Wanneer er geen wijzigingen worden uitgevoerd, wordt het menu na 3 seconden afgesloten.
Verhelpen van storingen Koelvloeistofcircuit ontluchten Koelvloeistofcircuit ontluchten Koelmiddeltank en snelsluitkoppelingen koelmiddeltoevoer-/retourleiding zijn enkel bij apparaten met waterkoeling aanwezig. Om het koelsysteem te ontluchten altijd de blauwe koelmiddelaansluiting gebruiken die mogelijk het diepst in het koelmiddelsysteem ligt (in de nabijheid van de koelmiddeltank)! Afbeelding 7-3 099-005459-EW505 17.12.2015...
Technische gegevens alpha Q drive 4D Technische gegevens Service-informatie en garantie zijn alleen geldig in combinatie met originele vervangings- en slijtage-onderdelen! alpha Q drive 4D Voedingsspanning 42 VAC Maximale lasstroom bij 60 % ID 550 A Maximale lasstroom bij 100 % ID 430 A Draadtoevoersnelheid 0,5 m/min.
Slijtagedelen Draadtoevoerrollen Slijtagedelen VOORZICHTIG Schade door gebruik van componenten van derden! De garantie van de fabrikant vervalt bij apparaatschade door gebruik van componenten van derden! • Gebruik uitsluitend systeemcomponenten en opties (stroombronnen, lastoortsen, elektrodehouders, afstandsbedieningen, vervangings- en slijtageonderdelen, enz.) uit ons leveringsprogramma! •...
Slijtagedelen Draadtoevoerrollen 10.1.2 Draadaanvoerrollen voor aluminiumdraden Type Benaming Artikelnummer AL 4R 0.8 MM/0.03 INCH Aandrijfrollenset, 37 mm, voor aluminium 092-002771-00008 WHITE AL 4R 1.0 MM/0.04 INCH Aandrijfrollenset, 37 mm, voor aluminium 092-002771-00010 BLUE AL 4R 1.2 MM/0.045 INCH Aandrijfrollenset, 37 mm, voor aluminium 092-002771-00012 AL 4R 1.6 MM/0.06 INCH Aandrijfrollenset, 37 mm, voor aluminium...