Veiligheidsinformatie
Gebruiksbeperkingen
Gebruik de robot niet in een ruimte die zich boven vloerniveau bevindt zonder
·
een veiligheidsbarrière.
Plaats de robot niet ondersteboven. Gebruik de LDS-afdekking, klep van de
·
robot of stootrand niet als handgreep voor de robot.
Gebruik de robot in omgevingen met een omgevingstemperatuur hoger dan 0
·
°C en lager dan 40 °C. Zorg ervoor dat er geen vloeistof of kleverige substantie
op de vloer ligt.
Om schade of letsel door slepen te voorkomen, verwijdert u losse voorwerpen
·
van de vloer en verwijdert u kabels of netsnoeren op het reinigingspad voordat
u het toestel gebruikt.
Verwijder breekbare of kleine voorwerpen van de vloer om te voorkomen dat
·
de robot er tegenaan stoot en deze beschadigt.
Houd haar, vingers en andere lichaamsdelen uit de buurt van de zuigopening
·
van de robot.
Houd het schoonmaakgereedschap buiten het bereik van kinderen.
·
Gebruik het toestel niet in een kamer waar een baby of kind slaapt.
·
Plaats geen kinderen, huisdieren of andere voorwerpen bovenop de robot,
·
ongeacht of deze stilstaat of beweegt.
Alleen schoon water en de officieel goedgekeurde reinigingsoplossing
·
mogen aan de schoonwatertank worden toegevoegd. Voeg geen andere
vloeistof toe, zoals alcohol of ontsmettingsmiddel. De verhouding tussen de
reinigingsoplossing en schoon water kan worden gecontroleerd op de fles met
reinigingsoplossing. Houd het reinigingsmiddel buiten het bereik van kinderen.
NL
177