Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

De Channel Setup; Bediening Van Het Microfoonkanaal; De Mic Setup - Behringer DIGITAL PRO MIXER DDM4000 Gebruiksaanwijzing

Inhoudsopgave

Advertenties

12
DIGITAL PRO MIXER DDM4000 Gebruiksaanwijzing
Ga als volgt tewerk, om een eigen EQ-preset te creëren:
1) Stel de equalizer in als gewenst door te draaien aan de LOW, MID en
HIGH-regelaar.
2) Houd de MODE-taster (5) ingedrukt en druk op P1 (6) .
3) Druk op P1 voor het oproepen van de preset. De EQ-preset wordt geladen.
P1 knippert geel.
Nog twee EQ presets kunnen met P2 en P3 opgeslagen worden.
Reset:
De preset-tasters kunnen te allen tijde teruggezet worden.
Druk ca. 2 seconden op MODE. Ter bevestiging licht de SINGLE -LED
korte tijd op.

3.2.2 De channel setup

In de Channel setup kun je de karakteristiek van de equalizer van de
stereokanalen fijn afstemmen. Evenzo kun je hier een Subsonic Filter (dreunfilter)
voor alle vier kanalen instellen. Dit filter is van groot nut, om bijvoorbeeld
dreunende geluiden van platenspelers te onderdrukken.
1) Druk op de CONSOLE SETUP-regelaar (51) gedurende ca. 2 seconden.
2) Kies "Channel Setup" door te draaien aan de CONSOLE SETUP-regelaar en
erop te drukken.
Het display toont de Channel setup-pagina.
De equalizer in de stereokanalen bezit 3 banden met verschillende
karakteristieken. De middenband is een klokkenfilter, waarvan de
centrumfrequentie en bandbreedte (Q-factor) veranderd kunnen worden.
De beide buitenste banden Low en High zijn Shelving-filters. In de Channel
setup zijn de volgende instellingen voor alle 4 kanalen mogelijk:
Channel Xover (Crossover):
LOW: Overstapfrequentie van het Low-filter. Alle frequenties onder de
ingestelde waarde worden verlaagd resp. verhoogd.
MID: Centrumfrequentie van de middenband. Alle frequentie rondom deze
waarde worden verhoogd resp. verlaagd. De bandbreedte wordt met de
parameter Mid Q (zie beneden) bepaald.
HIGH: Overstapfrequentie van het High-filter. Alle frequenties boven de
ingestelde waarde worden verhoogd resp. verlaagd.
1) Druk op de linker PARAMETER-regelaar (45) , om de parameter te kiezen
(LOW, MID of HIGH).
2) Draai aan de PARAMETER-regelaar, om de overstap- resp. middenfrequentie
van de gekozen band te veranderen.
Mid Q:
Met de Q-factor wordt de kwaliteitsfactor van het filter beschreven. Hoe hoger
de waarde, des te smaller de bandbreedte. De Mid Q werkt op de middenband.
Draai aan de CONSOLE SETUP-regelaar (51) , om de waarde van de Q-factor
te veranderen.
Subsonic frequentie:
Voor ieder stereokanaal kan de overstapfrequentie van het dreunfilter
ingesteld worden. Alle frequenties onder de overstapfrequentie
worden verlaagd.
1) Druk op de rechter PARAMETER-regelaar (45) , om het kanaal te kiezen.
2) Druk op de rechter PARAMETER-regelaar, om de overstapfrequentie
te veranderen.
Verlaten van de Channel setup:
Druk op de ESC-taster (52) , om de Channel setup te verlaten.

3.3 Bediening van het microfoonkanaal

3.3.1 De mic setup

Op de Mic setup-pagina's kun je instellingen voor de klankregeling van
het microfoonkanaal. de Ultramic-processor en de Mic-effecten uitvoeren.
Zo kom je in de Mic setup:
1) Druk op de CONSOLE SETUP-regelaar (51) gedurende ca. 2 seconden.
2) Kies "Mic Setup" door te draaien aan de CONSOLE SETUP-regelaar en
erop te drukken.
Alternatief komt je ook zo in de Mic setup-pagina:
Druk op de MIC SETUP-taster (16) in het microfoonkanaal. De MIC SETUP-
taster licht op, zolang je je in de Mic setup bevindt.
Het display toont de Mic setup-pagina. Deze vertakt zich in meerdere submenu's.
Links in het display verschijnt een lijst, waaruit je het betreffende submenu kiest.
Draai aan de linker PARAMETER-regelaar (45) , om het gewenste submenu
te kiezen:
EQ Freq/Pan-pagina:

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave