Veiligheids- en instructiestickers
Veiligheidsstickers en veiligheidsinstructies zijn gemakkelijk zichtbaar voor de bestuurder en
bevinden zich bij plaatsen waar gevaar kan ontstaan. Vervang alle beschadigde of verdwenen
stickers.
92-5730
1. Choke
2. Snel
107-4922
1. Waarschuwing – Om de voorkomen dat de tractor omslaat,
wordt u aangeraden deze niet te gebruiken dwars op hellingen
van meer dan 5 graden, heuvelopwaarts op hellingen van meer
dan 10 graden of heuvelafwaarts op hellingen van meer dan
15 graden.
2. Uitschakelen
3. Inschakelen
4. Aftakas
5. Parkeerrem
3. Continu snelheidsregeling
4. Langzaam
1. Parkeerrem – Om de parkeerrem in werking te stellen, moet u
het rempedaal intrappen en de parkeerremhendel omhoog
zetten; om de parkeerrem vrij te zetten, moet u het rempedaal
intrappen en laten opkomen.
2. Rem – om deze in werking te stellen, moet u het rempedaal
intrappen.
3. Tractie-aandrijving – trap de bovenkant van het tractiepedaal
naar voren en beneden om vooruit te rijden; trap de onderkant
van het tractiepedaal naar achteren en beneden om achteruit
te rijden.
4. Waarschuwing – Lees de Gebruikershandleiding.
5. Waarschuwing – Om de voorkomen dat de tractor omslaat,
wordt u aangeraden deze niet te gebruiken dwars op hellingen
van meer dan 5 graden, heuvelopwaarts op hellingen van meer
dan 10 graden of heuvelafwaarts op hellingen van meer dan
15 graden.
6. De machine kan voorwerpen uitwerpen – Houd omstanders op
een veilige afstand van de machine.
7. Machine kan voorwerpen uitwerpen – Zorg ervoor dat de
grasgeleider op zijn plaats zit.
8. Handen of voeten kunnen worden gesneden/geamputeerd,
maaimes – Blijf uit de buurt van bewegende onderdelen.
9. Ledematen van omstanders kunnen bekneld raken/worden
afgesneden – Houd omstanders op een veilige afstand van de
machine.
9
93-6676