.C.C&
.C.C&
Automatisch bedrijf
Warmwaterbereiding volgens klokprogramma Omschakeling van
dag- en nachttemperatuur. Bij het knipperen loopt de uitvaltijd
van de warmtepomp af.
Toepassing: om de warmwatertemperatuur overdag te verlagen,
zodat bij het zonnemodel de maximale zonnebijdrage wordt
verkregen.
Continudagbedrijf
De warmwaterbereiding wordt constant op de dagtemperatuur
gehouden.
Toepassing: voor maximaal warmwatercomfort.
Continunachtbedrijf
De warmwaterbereiding wordt constant op de nachttemperatuur
gehouden.
Storingsmelding (knipperend)
Geeft een storing aan in de installatie.
4.6
Toestelmenu (2e bedieningsniveau)
Selecteer met de draaiknop het gewenste menuonderdeel.
Voorbeeld: VENTILATIE
5$-3(+ 3($
14(,3$ 3$,/
In het menuonderdeel
aansluiting van afstandsbediening RC 1 met kamersensor, de
actuele temperatuur van de toegewezen referentiekamer op het
display af te lezen.
5$-3(+ 3($
Bij menuonderdeel
ventilatiebedrijf worden ingesteld.
6 1,6 3$13$,/
Bij menuonderdeel
de warmwaterboiler op een dag- en een nachtwaarde worden
ingesteld.
9.--$ 3$,/
Bij menuonderdeel
het zonnebedrijf worden toegewezen.
3()## 34,
Bij menuonderdeel
worden ingesteld. De zomertijd wordt af fabriek ingesteld vanaf
25 maart tot 25 oktober.
Bij het menuonderdeel
vakantieprogramma in te stellen. In het vakantieprogramma
draait de warmtepompinstallatie in het nachtbedrijf. De functie
voor vorstbescherming is geactiveerd voor de warmwaterboiler.
/ 138
Bij het menuonderdeel
worden verlengd.
<q Ñ <q Ñ ZH<
is het mogelijk door
kunnen de bedrijfsmodi van het
kan de temperatuur in
kunnen de temperaturen voor
kan de klok en de zomertijd
5 * -3 ( $
is het mogelijk een
kan het dagbedrijf met enkele uren
3$,/$1 341$-
In menuonderdeel
van de ventilatie- of warmtepompinstallatie worden afgelezen in
vergelijking met de ingestelde en de werkelijke waarde.
5$-3(+ 3($/1.&
Bij menuonderdeel
van de dag- en nachttemperaturen in te stellen van het
ventilatieprogramma.
66
/1.&
Bij menuonderdeel
nachttemperaturen worden ingesteld van de warmwaterbereiding.
(-&$!14(*- ,$
Bij de
moeten behalve de instellingen op het
2e bedieningsniveau, ook de specifieke parameters voor de
installatie worden bepaald. Deze worden ingesteld op het 3e
bedieningsniveau dat met een code is beveiligd.
Alle parameters moeten achtereenvolgens worden gecontroleerd.
Ingestelde waarden moeten in de daarvoor bestemde kolom
(installatiewaarde) van de inbedrijfstellinglijst worden ingevoerd.
4.7
Instellingen op het 2e bedieningsniveau
Om instellingen op het 2e bedieningsniveau te kunnen invoeren,
moet de bedieningsklep worden geopend.
4.7.1 Kamertemperatuur
Bij de aansluiting van afstandsbediening RC 1 met kamersensor
14(,3$ 3$,/
wordt in het menuonderdeel
van de toegewezen referentiekamer op het display weergegeven.
14(,3$ 3$,/
De parameter
afstandsbediening RC 1 is aangesloten.
14(,3$ 3$,/
"3
14(,3$3$,/
3$14&
Nachtkoeling
Bij aansluiting van afstandsbediening RC 1 en buitensensor AFS 2 kan de
woning 's nachts worden gekoeld. Hiervoor moet uw vakman op het 3e
bedieningsniveau de parameter - "'3*.$+(-& instellen op .-
kunnen de sensortemperaturen
is het mogelijk de tijden
kunnen de tijden van de dag- en
de actuele temperatuur
wordt alleen weergegeven, als de
qqq Z`.
<é<`VHC HB