Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Doel Op Bekende Diepte; Bodemvochtigheid - Radiodetection SPX RD1000+ Bedieningshandleiding

Draagbaar grondradarsysteem
Inhoudsopgave

Advertenties

3. Gebruik de pijltoetsen om de indicatorboog
meer naar de oppervlakte of dieper in het GPR
beeld te
bewegen, tot
hij boven op
de top van de
doelboog ligt.
Afbeelding 3.14: indicator boog cont.
4. Druk op de toets 'Bodemtype' en schakel om
tussen de vijf verschillende bodemtypes om het
type te vinden
waarbij de
vorm van de
indicatorboog
het beste
overeenkomt
met die van
de doelboog.
Afbeelding 3.15: indicator boog cont.
5. Gebruik de toetsen om de indicatorboog
wijder of smaller te maken zodat deze het best
overeenkomt
met de
vorm van de
doelboog
op het GPR
beeld. De
diepte van het
doel wordt
links onderaan
aangegeven.
Afbeelding 3.16: indicator boog cont.
6. Druk op de toets 'Toepassen' om het bodemtype
op te slaan en de diepte-as op het scherm
'Aftasten' te updaten. De diepte-as kan nu
gebruikt worden om tijdens het aftasten van het
gebied de diepte van doelen te schatten.

Doel op bekende diepte

Als er in het beeld geen geschikte doelen
beschikbaar zijn om de doelboog aan te passen
zoals hierboven beschreven, dan kan het zijn dat
er zich in het afgetaste gebied een doel bevindt op
bekende diepte.
Een bodemtype bepalen met behulp van een doel op
een bekende diepte:
1. Als de doelreflectie zichtbaar is op het beeld,
gebruik dan de pijltoetsen om de diepte-
indicator (en de indicatorboog) te bewegen,
tot hij precies boven de GPR reflectie van het
bekende doel ligt.
2. Gebruik de toetsen om de boog wijder
en smaller te maken om de vorm van de
indicatorboog te veranderen, tot de diepte van
het doel, weergegeven in rood boven het menu,
correct is.
3. zodra de diepte klopt slaat u de waarde van
het bodemtype op door de toets 'Opslaan' in te
drukken.

Bodemvochtigheid

Als er geen goede doelboog of een doel op bekende
diepte beschikbaar is, dan moet de gebruiker het
bodemtype inschatten. Het bodemtype wordt het
meest beïnvloed door water, dus de opties voor het
bodemtype zijn afhankelijk van de hoeveelheid water
in de bodem.
Verander het bodemtype door de toets
'Bodemvochtigheid' in te drukken, tot de optie
verschijnt die de bodem in het gebied het best
beschrijft. De opties zijn zeer droge, droge, vochtige,
natte en zeer natte bodem.
RD1000 + Bedieningshandleiding 11

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave