het deksel van de behuizing niet aanwezig is, kan de
magneetstok twee of meer knoppen tegelijkertijd activeren
(overspraak).
Toets
Functie
Omhoog / Functietoets
Omlaag / Menutoets
M
Verschillende functies afhankelijk van het
OK
menutype
6.5
Infomodus en functietoets
6.5.1 De infomodus activeren
De infomodus wordt gebruikt om relevante informatie over het
instrument weer te geven. Hierdoor wordt een normaal
gebruik van het instrument niet onderbroken.
● Raak
3 seconden lang aan in de meetmodus.
6.5.2 Infomodus navigatie
Toets
Functie
Schakelt naar het volgende scherm
Schakelt naar het vorige scherm
Beëindigt de infomodus
OK
Indien u niet binnen 30 seconden op een toets heeft gedrukt,
zal het instrument automatisch terugkeren naar normaal
gebruik.
6.5.3 Gebruik van de functietoets
Met behulp van de functietoets kan een vooringestelde functie
worden uitgevoerd. De storingen worden standaard
weergegeven.
● Raak
1 seconde lang aan in de meetmodus.
Zie voor het configureren van de functietoets
10.6 Configureren van de functietoets.
6.6
Menu
6.6.1 Navigatie in het menu
Toets
Functie
Scrolt omhoog.
Stelt waarden in.
Scrolt omlaag.
M
Stelt waarden in.
Bevestigt de invoer.
OK
Selecteert menu's en functies.
6.6.2 Passwords (wachtwoorden)
Calibration
Toegang tot informatie (Informatiemenu)
PWD
en kalibratie-instellingen (Kalibratiemenu)
Standaard: _ _ _ 1
Gebruiksaanwijzing
|
Dräger Polytron
®
8900 UGLD Firmware versie ≥ 4.0.x
Settings PWD
Toegang tot alle configuraties en menu's
Standaard: _ _ _ 2
Zie voor het wijzigen van wachtwoorden 10.3.
6.6.3 Toegang krijgen tot het menu
● Voor directe toegang tot het Information menu:
a. Raak de
gedurende 1 seconde aan in de
meetmodus.
M
● Voor toegang tot het Calibration menu:
a. Raak de
gedurende 3 seconden aan in de
meetmodus
M
b. Selecteer Enter password
c. Voer Calibration PWD in.
● Voor toegang tot alle menu's:
a. Raak de
gedurende 3 seconden aan in de
meetmodus
M
b. Selecteer Enter password
c. Voer Settings PWD in
6.6.4 Informatie weergeven
Selecteer de betreffende menuoptie in het Information menu:
Instrument
Warnings
Geeft waarschuwingsberichten weer in
gewone tekst, evenals het bijbehorende
nummer.
Indien meerdere waarschuwingsmeldingen
beschikbaar zijn, wordt een indicator weer-
gegeven (bijv. 1/3 = scherm 1 van 3).
Faults
geeft waarschuwingsberichten weer in
gewone tekst, evenals het bijbehorende
nummer
Indien er meerdere storingen zijn, wordt
een indicator weergegeven (bijv. 1/3 =
scherm 1 van 3).
Device flag Deze functie toont waarschuwings- en sto-
ringscodes in de vorm van een tabel. Er zijn
geen waarschuwings- of storingsmeldingen
beschikbaar, indien alle codes 00 zijn.
Modules
Toont een overzicht van de geïnstalleerde
hardwaremodules. Selecteer de gewenste
module voor toegang tot gedetailleerde
informatie.
= geïnstalleerde modules
= niet geïnstalleerde modules
Sensor
Last cal.
De kalibratiedatum, eenheid, gas en con-
date
centratie van de laatste kalibratie worden
getoond.
Next cal.
Toont de vervaldatum van de volgende kali-
date
bratie.
Sensor
De actuele en de hoogste sensortempera-
tempera-
tuur worden getoond.
ture
Data logger
|
nl
Bediening
15