Bediening
Het instrument plaatsen
Voorzorgsmaatregelen voor in het veld
LENS Wireless
Realtime-controle
Gasuitlezingen
Het instrument bedienen
Alarmen, waarschuwingen en indicators
Storingen en fouten oplossen
Het instrument plaatsen
Een plaatsingsplan (zie hoofdstuk 1,
locatiebehoeften en draadloze factoren, bepaalt de beste locatie voor elke Radius
de gewenste locatie:
• Plaats het instrument op een vlak en stabiel oppervlak.
• Plaats het instrument waar het niet kan vallen.
• Als een eenheid GPS gebruikt, presteert deze buiten het best. Eenheden die binnen worden gebruikt,
kunnen het signaal dat vereist is voor gps-functionaliteit niet ontvangen.
Voorzorgsmaatregelen in het veld
Voor u het instrument gebruikt, moet u in het veld deze voorzorgsmaatregelen nemen:
• Controleer of de kalibratiekap zich niet in het gastraject bevindt en of het gastraject vrij is van sneeuw,
modder, ijs en andere obstructies.
• Controleer of de alarmdemper de luidspreker niet bedekt.
• Controleer of de alarmen van het instrument niet uitgeschakeld zijn. Neem contact op met een
supervisor als dit bericht verschijnt in de navigatiebalk van het scherm: "
• Als een compatibele voeding van Industrial Scientific in gebruik is, controleer dan of het instrument
stroom krijgt: kijk op het scherm van het instrument naar het voedingssymbool ( ).
"Aanbevolen
praktijken") dat is gebaseerd op gaseigenschappen,
6
BZ1 Area Monitor. Op
®
Alarmmeldingen uit".