15. Controleer de A- en B-vloeistofdrukmeters (GA, GB)
om een goede drukbalans tussen A en B te
waarborgen. Als er sprake is van onbalans dient u
de druk aan de kant waar deze het hoogst is, te
verlagen met behulp van ventiel SA en SB tot de
balans terug is.
GA
16. Open de vloeistofverdeelkleppen A en B van het pistool.
Het Fusion AP-pistool wordt afgebeeld.
17. Koppel de veiligheidsvergrendeling van de pistoolspuit
los.
18. Test het spuiten op karton.
19. Het apparaat is gereed om te gaan spuiten.
3A2020A
GB
ti8442a
ti2414A
ti2410A
Bediening
29