Spoelen
Spoel de apparatuur alleen in een goed
geventileerde ruimte. Geen brandbare materialen
spuiten. De verwarmingsapparaten niet aanzetten
terwijl u met brandbare oplosmiddelen spoelt.
•
Spoel de oude vloeistof uit met nieuwe vloeistof of
spoel oude vloeistof uit met een compatibel vochtvrij
oplosmiddel.
•
Gebruik de laagst mogelijke druk bij het
doorspoelen.
•
Om toevoerpompen, pompen en het
verwarmingsapparaat afzonderlijk te spoelen van de
verwarmde slangen, stelt u de ventielen
DRUKONTLASTING/SPUITEN (SA, SB) in op
DRUKONTLASTING/CIRCULATIE. Spoel de
toevoerlijnen (N).
N
SA
•
Om het volledige systeem te spoelen: circuleer door
de vloeistofverdeler van het pistool (waarbij de
verdeler verwijderd is uit het pistool).
•
Laat altijd hydraulische olie of een vloeistof (niet op
waterbasis, niet-waterabsorberend) in het systeem
staan. Geen water gebruiken.
Gebruik alleen spoeloplosmiddelen die compatibel
zijn met afdichtingen van fluoroelastomeer.
Niet-compatibele oplosmiddelen beschadigen de
afdichtingen en veroorzaken gevaarlijke
omstandigheden, zoals hoge druklekkage.
3A2020A
SB
N
ti8441a
Spoelen
27