Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Paragraaf 7 Fouten Opsporen En Verhelpen; Foutcodes; Waarschuwingen - Hach 1720E Handleiding

Troebelheidsmeter
Inhoudsopgave

Advertenties

Paragraaf 7 Fouten opsporen en verhelpen

7.1 Foutcodes

7.2 Waarschuwingen

Waarschuwin
Weergegeven
gsnummer
waarschuwing
Donkere waarde
1
waarschuwing
2
Temp waarschuwing
3
Datalog vol
4
Eventlog vol
5
5 Volt Waarsch
6
Ing V Waarsch
7
Lamp Volt Waarsch
8
Lamp Volt Waarsch
9
Uitgangmodus waarschuw
Indien een sensor een fout vaststelt, knippert de meetwaardeweergave in het display en
alle met de sensor verbonden relais en analoge uitgangen worden vastgehouden.
Markeer het menu Sensor Diag en druk op de toets ENTER. Markeer de optie Fout en
druk op ENTER, om het fouttype vast te stellen. De fouten worden in
Weergegeven
Definitie
fout
A/D Fout
Fout in de A/D converter. Neem contact op met de Onderhoudsafdeling.
De lichtbron werkt niet. Zie
Lamp Fout
deze moet vervangen.
Flitser Fout
Datalog en eventlog zullen niet werken.
Een sensorwaarschuwing zal alle menu's, relais en uitvoeren normaal laten functioneren,
maar zorgt ervoor dat een waarschuwingspictogram aan de rechterkant van het venster
knippert. Verlicht het Probe Diag-menu en druk op ENTER om de oorzaak van de fout te
bepalen. Waarschuwingen worden gedefinieerd in
Een waarschuwing kan worden gebruikt om een relais te activeren en gebruikers met de
sc 100 besturing kunnen waarschuwingsniveaus instellen om de ernst van de
waarschuwing te definiëren (zie de sc100 controller gebruikershandleiding voor meer
informatie over waarschuwingsniveaus). Fouten worden gedefinieerd in
Table 4 Waarschuwingscodes
Definitie/Oplossing
Donkere waarde detecteert te veel licht. (> 0,05 NTU)
Sensorkop interne temperatuur is hoger dan aangegeven. Neem contact op
met de Onderhoudsafdeling. (> 70 °C)
Sensor datalog is vol. Er zullen geen aanvullende gegevens worden gelogd tot
de sensorlog is gedownload in het geheugen van de controller.
Sensor datalog is vol. Er zullen geen aanvullende gegevens worden gelogd tot
de sensorlog is gedownload in het geheugen van de controller.
Gecontroleerd voltage is buiten het bereik van 4,5—5,5 V.
Gecontroleerd voltage is buiten het bereik van 9,08—14,13 V.
Gecontroleerd voltage is buiten het bereik van 3,96—4,48 V.
Gecontroleerde stroom is buiten het bereik van 1,67—2,75 Amps.
Geactiveerd als de sensor niet in normale meetmodus is (zoals in kalibratie of
verificatiemodus).
Table 5
geeft de sensorwaarschuwingen weer die worden weergegeven in het Eventlog,
mogelijke oorzaken en corrigerende handelingen.
Table 3 Foutcodes
paragraaf 2.4.3 op pagina 8
Table
4.
Table 3
verklaard.
voor instructies hoe u
Table
4.
31

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave