Algemene Informatie
3.1.3 Algemene productinformatie
3.2 Meetprincipe
12
Het 1720E Troebelheidsmeter is een voortdurende afleeswaarde nefelometrische
troebelheidsmeter ontworpen voor het controleren van lage troebelheden. Deze
troebelheidsmeting is in staat om een troebelheid te meten van 0,001 tot 100,0 NTU.
Kalibratie is gebaseerd op formazine, de eerste troebelheidsreferentie ijkmaat
aangenomen door de APHA-standaardmethode voor het onderzoeken van water en
afvalwater, en door het U.S Environmental Protection Agency (EPA) ten aanzien van
StablCal hetgeen wordt erkend als eerste ijkmaat.
Het 1720E troebelheidsmeter kan worden gebruikt via een sc controller. Raadpleeg de
paragraaf Bedrijf
(Paragraaf 6 op pagina
De 1720E troebelheidsmeter meet de troebelheid door een sterke straal gecollimeerd licht
van een sensorkop neerwaarts in het monster te schijnen in de behuizing van de
troebelheidsmeter. Het licht dat 90° graden ten opzichte van de as van het invallende licht
wordt verstrooid door zwevende deeltjes in het monster, wordt gedetecteerd door de
ondergedompelde fotocel
De hoeveelheid verstrooid licht is rechtevenredig met de troebelheid in het monster.
Indien de troebelheid in het monster verwaarloosbaar is, dan wordt weinig licht verstrooid
en gedetecteerd door de fotocel en zal de troebelheidmeetwaarde laag zijn. Bij een hoge
troebelheid wordt veel licht verstrooid wat leidt tot een hoge troebelheidmeetwaarde.
Het monster komt in het troebelheidsmeter en stroomt door een luchtbellenafscheider. .
Het verloop van de stroming zorgt ervoor dat de luchtbellen naar de oppervlakte komen
en in de open lucht ontsnappen. Na de doorgang door de luchtbellenafscheider, komt het
monster in de zuil van de troebelheidsmeter, stijgt in de meetkamer naar boven en komt
via de overloop in de afvoeraansluiting. Een keer per seconde wordt een meetwaarde
berekend.
23) voor meer informatie.
(Afbeelding
2).