5.16.11 MIG/MAG-parameteroverzicht M3.1x
Voor verschillende soorten laswerk of posities bij een werkstuk zijn verschillende lasvermogens
(werkpunten) resp. lasprogramma's nodig.
Voor elk programma zijn
•
Draadsnelheid
•
Correctie van de booglengte en
•
Dynamiek/smoorspoelwerking
afzonderlijk in te stellen.
Er kunnen tot wel 15 programma's (P1 tot P15) worden ingesteld, waartussen tijdens het lassen kan
worden omgeschakeld.
Lampje
act.prg.: X
P0 U2 :+0,0 V
P1 15 UK :+2,0 V
P1 15 DK : 20%
P1 DV2 :+2,0m/m
P1 U2 :+0,0 V
P1 DYN2: + 0
P2 t/m P14
P15 DV2 :+2,0m/m
P15 U2 :+0,0 V
P15 DYN2: + 0
099-005366-EW505
31.07.2014
Betekenis / verklaring
Actief hoofdprogramma A
Correctie van de lichtbooglengte (Offset
Draadtoevoerapparaat)
Beperking van het instelbereik van de
spanningscorrectie in het programma
Beperking van het draadcorrectiebereik
(zie verder evt. de bedieningshandleiding van het
draadaanvoerapparaat)
Draadsnelheid
Correctie van de lichtbooglengte
Dynamiek/smoorspoelwerking
P2 t/m P14
Draadsnelheid
Correctie van de lichtbooglengte
Dynamiek/smoorspoelwerking
Afbeelding 5-27
Opbouw en functie
Definitie soorten MIG/MAG-laswerk
Instelbereik
0 t/m 15
-9,9 V tot +9,9 V
0,0 V tot +9,9 V
0 % tot 30 %
0,1 m/min tot 20,0
m/min
-9,9 V tot +9,9 V
-40 % tot +40 %
P2 t/m P14
0,1 m/min tot 20,0
m/min
-9,9 V tot +9,9 V
-40 % tot +40 %
63