BESCHRIJVING SCHERMWEERGAVE
1 - STARTPAGINA
Als de heftruck onder spanning wordt gezet, verschijnt een initialiseringspagina A1
op het scherm.
Deze pagina blijft weergegeven tijdens de dialoogfasen van de CAN met de
beheersprocessor, en tijdens de testfase voor de overbelasting.
2 - WERKBLAD
De werkpagina A2 verschijnt onmiddellijk na het beëindigen van de startfase.
A - VOORVERWARMING
De pagina voor voorverwarming A3 verschijnt wanneer de bestuurder de contactsleutel
in de stand voorverwarming zet en verdwijnt wanneer deze de sleutel verdraait naar
de stand starten motor.
Een balkgrafiek geeft de voortgang van de voorverwarmingsduur weer.
WAARSCHUWINGEN
Een waarschuwingslampje dat continu brandt of knippert terwijl de verbrandingsmotor draait,
Het aangaan van bepaalde controlelampjes kan vergezeld gaan van een waarschuwingssignaal.
Een rijdende heftruck zal bij het aangaan van de waarschuwingslampjes de heftruck doen stoppen
Negeer deze waarschuwingen niet, en raadpleeg zo snel mogelijk uw dealer.
B - ALARM WATERTEMPERATUUR VERBRANDINGSMOTOR
Als het lampje en de buzzer gaan branden tijdens de werking van de heftruck, moet u de
motor onmiddellijk uitzetten en de oorzaak van de storing opsporen in het koelsysteem.
C - ALARM VERSTOPPING OLIEFILTER HYDROSTATISCHE OVERBRENGING
Het lampje gaat branden als het patroon van de oliefilter verontreinigd of beschadigd
is. De heftruck stoppen en de nodige reparaties uitvoeren (
FILTERELEMENTEN EN DRIJFRIEMEN).
OPMERKING: Dit lampje kan bij koud weer gaan branden als de heftruck wordt gestart.
De lamp moet doven als de hydraulische olie haar bedrijfstemperatuur
heeft bereikt.
D - ALARM VERSTOPPING LUCHTFILTER
Het lampje en de buzzer gaan branden als het patroon van de luchtfilter verontreinigd
is. De heftruck stoppen en de nodige reparaties uitvoeren (
FILTERELEMENTEN EN DRIJFRIEMEN).
E- ALARM OLIEDRUK VERBRANDINGSMOTOR
Als het controlelampje en de buzzer gaan branden tijdens de werking van de heftruck,
moet u de motor onmiddellijk uitzetten en de oorzaak opsporen (
motorcarter).
F - ALARM ACCULADING
Als het controlelampje gaat branden tijdens het in werking zijn van de heftruck, moet u de
motor onmiddellijk uitzetten en het elektrisch circuit en de dynamoriem te controleren.
G - ALARM ALTERNATOR MOTOR
Als het controlelampje knippert tijdens de werking van de heftruck, stop dan de heftruck onder veilige omstandigheden.
H - ALARM ONDERHOUD
Het verschijnen van de sleutel in de informatiezone, boven rechts, geeft aan dat er onderhoud moet worden uitgevoerd
( 3 - ONDERHOUD: ONDERHOUDSTABEL):
• De sleutel knippert gedurende 3 uur geeft aan dat de onderhoudsperiode niet is verstreken.
• De sleutel blijft continu verlicht na het verstrijken van de onderhoudsperiode.
BELANGRIJK
geeft aan de dat de werking gestoord is.
onder zo veilig mogelijke omstandigheden.
3 - ONDERHOUD:
3 - ONDERHOUD:
oliepeil in de
2-50
A1
1
Reseau CAN
7 5 0 X 0 3 5 4
A2
1550.0
h
A3
A
A4
G
H
1550.0
h
F
C
B
D
2
1 1 : 0 1
1 1 : 0 2
1 1 : 0 2
1 1 : 0 2
E