Advertenties
Lokaal Netwerk
Voer de instellingen in die nodig zijn om uw toestel in uw lokale netwerk te kunnen gebrui-
ken en om een verbinding met internet tot stand te brengen. Een beschrijving van de ver-
schillende componenten/termen vindt u de Verklarende woordenlijst (pagina 200).
Telefoon en router van het basisstation zijn bij levering zo ingesteld, dat er een verbinding
tussen beide toestellen bestaat. De IP-configuratie van uw telefoon hoeft u slechts in uit-
zonderingsgevallen te wijzigen, bijvoorbeeld als u op de router port-forwarding naar de
telefoon heeft ingesteld of de DHCP-server van de router heeft moeten uitschakelen. In dat
geval dient u aan de basistelefoon een statisch IP-adres toe te wijzen.
IP-adres toewijzen
¤
Webpagina
Instellingen
¤
In het onderdeel
Selecteer
Automatisch toegewezen
een dynamisch IP-adres moet toewijzen. U hoeft dan geen verdere instellingen voor het
lokale netwerk in te voeren.
Selecteer
Statisch
als u voor uw toestel een vast lokaal IP-adres wilt definiëren. Een vast IP-
adres is bijvoorbeeld nuttig als op de router voor het toestel port-forwarding of een DMZ is
ingesteld.
De volgende velden worden weergegeven wanneer u
IP-adres
Voer een IP-adres in voor uw toestel. Via dit IP-adres is het toestel voor andere deelne-
mers in uw lokale netwerk (bijvoorbeeld PC's) bereikbaar.
De standaardinstelling is 192.168.1.150.
Let hierbij op het volgende:
– Het IP-adres moet zich in het adresbereik bevinden dat voor privé-gebruik wordt
gebruikt door de router. Dit is meestal het bereik 192.168.0.1 – 192.168.255.253
met
Subnetmasker
drie delen van het IP-adres voor alle deelnemers in uw LAN identiek moeten zijn.
– Het vaste IP-adres mag geen deel uit maken van het adresbereik (IP-pool-bereik) dat
is gereserveerd voor de DHCP-server van de router van uw basisstation (instelling bij
levering: 192.168.1.100 tot 192.168.1.150). Het adres mag ook niet door een ander
toestel worden gebruikt dat via de LAN-aansluiting op het basisstation is aangesloten
(rechtstreeks of via een hub/switch).
Controleer eventueel de instelling op de router van het basisstation (pagina 131).
Subnetmasker
Voer het subnetmasker in dat u op de router van het basisstation heeft ingesteld
(pagina 131).
Standaard Gateway
Voer het geheime IP-adres van de router van uw basisstation in (pagina 131). Uw basis-
telefoon gebruikt deze informatie om toegang te krijgen tot het internet.
De standaardinstelling is 192.168.1.1.
¢
Lokaal Netwerk
Adrestoewijzing
het
als een DHCP-server in uw lokaal netwerk aan het toestel
255.255.255.0. In het subnetmasker is vastgelegd, dat de eerste
openen.
IP-address type
selecteren.
IP-address type
=
kiest:
Statisch
139
Advertenties
