Pagina 1
Spin Functies die geprogrammeerd kunnen worden met behulp van de programmeereenheid Oview STF SPIN – Rev00 Firmware: SPIN 21/A: BN01, BN01a, BN01b SPIN 31/A: CN01, CN01a SPIN 41/A: DN01, DN01a...
GEMEENSCHAPPELIJKE FUNCTIES naam Deze parameter maakt het mogelijk een andere naam dan de originele aan de automatisering toe te kennen, om de identifica- tie ervan te vergemakkelijken (bijv. “poort noordzijde”). De naam mag uit maximaal 24 tekens bestaan, inclusief spaties. geheel Deze parameter kan worden ingesteld op een waarde tussen 1 en 127, de in de fabriek ingestelde waarde is 3.
FUNCTIES BESTURINGSEENHEID Installatie bluebus zoeken Deze functie maakt het mogelijk de leerprocedure van de met de ingang Bluebus en de ingang ALT van de besturingseenheid van een automatisering verbonden inrichtingen te activeren. Belangrijk – Om het zoeken van de inrichtingen te activeren moet u op de toets “Uitvoeren”...
ningsbeweging na de stop van de sluitbeweging te hebben bereikt gedurende de sluitmanoeuvre. Dit maakt het mogelijk de druk die wordt uitgeoefend op de riem en de poort te verminderen. Om de parameter te programmeren dient u de gewenste waarde te kiezen met de toetsen en de waarde vervolgens op te slaan met de toets “OK”.
Pagina 5
• wachttijd Deze parameter wordt uitgedrukt in seconden en kan worden ingesteld op een waarde tussen 0 en 250 sec.; de in de fabriek ingestelde waarde is 5 sec. Met deze functie kunt u in de besturingseenheid de wachttijd programmeren die moet verstrijken tussen het einde van de openingsmanoeuvre en het begin van de sluitmanoeuvre.
Pagina 6
• gevoeligheid openen Deze parameter kan worden ingesteld op een waarde tussen 1 en 100, de in de fabriek ingestelde waarde is 70% als de func- tie “zware poorten” actief is, of 80% als de functie “lichte poorten” actief is. Belangrijk – De in de fabriek ingestelde waarde wordt door de besturingseenheid gedurende de openings- en sluitmanoeuvres, die worden uitgevoerd na de installatie of de snelheidsvariatie, bijgewerkt.
Pagina 7
van de “kracht” en de “gevoeligheid voor obstakels” bijwerken. Programmering parameter: kies de gewenste waarde met de toetsen en druk vervolgens op de toets “OK”. • snelheid vertraging sluiting Deze parameter kan worden ingesteld op een waarde tussen 25% en 100%; de in de fabriek ingestelde waarde is 25%. Deze functie dient voor het programmeren van de snelheid die de motor gedurende de vertragingsfase van een sluitmanoeuvre dient te hebben.
Programmering parameter: kies de gewenste waarde met de toetsen en druk vervolgens op de toets “OK”. • wachttijd Deze parameter wordt uitgedrukt in seconden en kan worden ingesteld op een waarde tussen 0 en 250 sec.; de in de fabriek ingestelde waarde is 60 sec.
Pagina 9
TABEL 1: CONFIGURATIE INGANGEN INSTRUCTIE INSTRUCTIECATEGORIE BESCHRIJVING Geen instructie Voert geen enkele instructie uit. Stap-voor-stap Stap-voor-stap Deze instructie is in de fabriek op de In ga - programmeer de gewenste werkingsmo- ng 1 geprogrammeerd, met de werkings- dus door te kiezen uit Tabel 1-A (“confi- mo dus “stap-voor-stap”...
Pagina 10
lijk” > werkingsmodus ...) deeltelijke opening 3” (Functies besturingseen- heid > installatie > waarden > gedeeltelijke ope ning 3). Ingang geconfigureerd als normaal open. Open en blokkeer Opening Wanneer men deze instructie verstuurt, laat de programmeer de gewenste werkingsmo- besturingseenheid de applicatie de openings- dus: kies in Tabel 1-C (“configuratie in - manoeuvre uitvoeren tot de waarde bereikt is structies”...
Pagina 11
Woonblok Stap-voor-stap Deze instructie is in de fabriek op de In ga - programmeer de werkingsmodus svs ng 1 geprogrammeerd, met de werkings- woonblok 1 (“configuratie instructies” modus “svs woonblok 1” en de in stru c tie - > “stap-voor-stap” > werkingsmodus: reeks “open - stop - sluit - open”.
Pagina 12
den, de applicatie een openingsmanoeuvre la - ten uitvoeren. Ingang geconfigureerd als normaal open. Deactiveer automatische Met deze instructie wordt de hierboven be - opening schreven modus “activeer automatische ope- ning” gedeactiveerd. Ingang geconfigureerd als normaal open. configuratie INSTRUCTIES Onder dit item worden de instructiecategorieën gegroepeerd die toegewezen kunnen worden aan de ingangen 1 - 2 (zie “con- figuratie ingangen - Tabel 1”...
Pagina 13
open - sluit - open - sluit De beschreven instructiereeks wordt uitgevoerd. Stap-voor-stap woonblok 1 De instructiereeks “sluit - stop - open gedeeltelijk 1 - open gedeeltelijk 1” wordt uitgevoerd totdat de afstandswaarde wordt bereikt die geprogrammeerd is in de functie “Gedeeltelij- ke opening 1”.
Pagina 14
stop In deze instructiecategorie is het mogelijk één van de werkingsmodi te kiezen die beschreven zijn in Tabel 1-E. TABEL 1-E: CONFIGURATIE INSTRUCTIES WERKINGSMODUS BESCHRIJVING stop In de fabriek ingestelde werkingsmodus. Wanneer de be - sturingseenheid de instructie ontvangt, laat hij de aan de gang zijde manoeuvre geleidelijk en in korte tijd stoppen (niet onmid- dellijk).
Pagina 15
tijdelijke stop In de fabriek ingestelde werkingsmodus. Wanneer de besturingseenheid de instructie ontvangt, blokkeert hij de aan de gang zijnde sluitmanoeuvre zo lang de instructie actief is. Wanneer de instructie daarentegen niet langer actief is, laat de besturingseenheid de applicatie een openingsmanoeuvre uit- voeren.
Pagina 16
halt en korte omkering Wanneer de besturingseenheid de instructie ontvangt, zal hij de aan de gang zijnde openingsmanoeuvre onmiddellijk stop- pen en de applicatie een korte omkering van de manoeuvre in tegengestelde richting laten uitvoeren (sluiting). halt en omkering Wanneer de besturingseenheid de instructie ontvangt, zal hij de aan de gang zijnde openingsmanoeuvre onmiddellijk stop- pen en de applicatie een totale omkering van de manoeuvre in tegengestelde richting laten uitvoeren (sluiting).
Pagina 17
halt en omkering Wanneer dit type werking is ingesteld, zal de besturingseen- heid, wanneer hij de instructie ontvangt, de aan de gang zijnde sluitmanoeuvre onmiddellijk stoppen en de applicatie een tota- le omkering van de manoeuvre in tegengestelde richting laten uitvoeren (opening).
Pagina 18
openingsmanoeuvre wordt uitgevoerd, het elektrische slot geactiveerd worden gedurende de tijd die geprogrammeerd is in de functie “tijd elektrisch slot - configuratie uitgangen”. Uitgang actief 24 Vcc / max. 10W zuignap 1 Wanneer deze functie geprogrammeerd is, zal de zuignap actief worden wanneer de applicatie in de positie van Maxima- le sluiting is.
Pagina 19
wanneer er in dezelfde installatie externe inrichtingen geïnstal- leerd worden (bijvoorbeeld een hulplicht), die met één enkele zender bestuurd moeten worden. WAARSCHUWING – Als in de ontvanger van de besturings- eenheid dit radiokanaal niet vrij is, omdat het eerder in het geheugen werd opgeslagen met een instructie, zal de bestu- ringseenheid, wanneer men het kanaal activeert met de zen- der, uitsluitend de geprogrammeerde uitgang activeren en de...
Pagina 20
KEUZESCHAKELAAR RICHTING Geeft de werkingsstatus van de keuzeschakelaar van de richting van een door de applicatie uitgevoerde manoeuvre aan. STATUS INGANGEN: ing 1 Geeft aan wanneer ingang 1 actief is. ing 2 Geeft aan wanneer ingang 2 actief is. ing 3 Altijd OFF.
Pagina 21
ALARMEN: Overbelasting out 1 Duidt op een elektrische overbelasting of kortsluiting in de uitgang 1 of in het gebruikerslicht op de besturingseenheid. Overbelasting out 2 Duidt op een elektrische overbelasting of kortsluiting in de ’uitgang 2. overige parameters Deze functie maakt het mogelijk de werkingsstatus van enkele door de besturingseenheid gemeten parameters weer te geven. De parameters zijn beschreven in de Tabel 4.
Pagina 22
FT C Geeft aan of de gevoelige rand aanwezig is, wat zijn werkingsstatus is en of het gegeven correct in de besturingseenheid is opgeslagen. FOTO OPEN Geeft aan of de besturingsfotocel aanwezig is, wat zijn werkingsstatus is en of het gegeven correct in de besturingseenheid is opgeslagen. FOTO OPEN II Geeft aan of de besturingsfotocel aanwezig is, wat zijn werkingsstatus is en of het gegeven correct in de besturingseenheid is opgeslagen.
Op dit punt is het mogelijk opnieuw te proberen om de bijwerking uit te voeren, door de hierboven beschreven procedure in zijn geheel te herhalen. Als het niet mogelijk is de bijwerking uit te voeren, wordt aanbevolen contact op te nemen met de klantenservice van Nice. toegang gebruiker Via deze functie kan de installateur selecteren welke functies en parameters voor de gebruiker zichtbaar en instelbaar moeten zijn.