Inhoudsopgave
Advertenties
Beschikbare talen
Beschikbare talen
CONTROLE VÓÓR VERTREK
FR
Onderdeel
• Controleer het brandstofpeil in de
tank.
Brandstof
GB
• Tank indien nodig.
• Controleer op brandstoflekken.
• Controleer het motoroliepeil.
Motorolie
• Indien nodig past u het peil aan met
DE
de vermelde olie.
• Controleer de werking van de
remmen.
• Laat controleren door een erkend
IT
verdeler wanneer ze zacht
Schijfremmen
aanvoelen.
• Controleer de slijtage van de
remblokken.
ES
• Controleer het peil van de
koelvloeistof.
• Controleer de werking van de
remmen.
NL
• Indien nodig een
a
bedieningsafstelling uitvoeren.
Trommelremmen
• Controleer de slijtage van de
remschoenen.
GR
• Corrigeer indien nodig.
• Controleer de werking.
Meldingen die
• Corrigeer indien nodig.
oplichten,
SE
waarschuwingen,
lampjes,
geluidswaar-
schuwingen
PT
a.
naar gelang het model.
FI
DK
18/27
Controles
Wielen en
banden
Gashendel
Sturen
Standaard
INSCHAKELEN VAN DE MOTOR
Zet het voertuig, voor optimale veiligheid, op de
middenstandaard alvorens de motor in te schakelen.
• Draai de contactsleutel op "ON".
• Controleer of de gashendel in de gesloten stand staat.
• Bedien één van de remhendels terwijl u op de startknop
drukt. Laat de startmotor niet langer dan 10 seconden
werken.
• Laat de startknop los zodra de motor inschakelt.
Gehele of gedeeltelijke reproductie of vertaling verboden zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Peugeot Motocycles
• Controleer de slijtage en de staat van
de banden.
• Controleer de bandendruk wanneer
ze koud zijn.
• Corrigeer indien nodig.
• Controleer de soepelheid van de
werking van de gashendel en de
reset.
• Controleer of het stuur vrij kan
draaien.
• Controleer de soepele werking van
de midden- en de zijstandaard
• Werking van de
a
verlichtingsonderbreken
.
Laat, als de motor niet inschakelt, de
startknop en de remhendel los, wacht
enkele seconden en probeer opnieuw.
RIJDEN
Starten
Het voertuig staat op de standaard met ingeschakelde
motor.
• Houd met uw linkerhand de linker remhendel ingedrukt,
pak met uw rechterhand de handgreep vast en duw
het voertuig naar voren om de middenstandaard in te
klappen.
• Ga op het voertuig zitten.
• Laat de linker rem los en draai met uw rechterhand
geleidelijk de gashendel rond om te starten.
Optrekken en vertragen
a
.
A
B
Draai, om de snelheid te verhogen, de gashendel in de
richting (A). Draai, om de snelheid te verlagen, de
gashendel in de richting (B).
Advertenties
Hoofdstukken
Inhoudsopgave
