Inhoudsopgave
Advertenties
Ketel
Ketel
Voorbeeld van een combinatie van 3 ketels en twee NIET-EWD tanks
Opmerkingen:
Aansluitingen aan de ketelzijde dienen altijd uitgevoerd te worden zoals getekend in bovenstaande
afbeelding (Tichelmann systeem).
Om een goede mix van warm en koud water te krijgen en daarom een betere warmtewerking van de
ketel en tank, moet de aanvoer- en retourleiding van de tank zich bij voorkeur in de onderste 20%
van de tankhoogte vanaf de bodem bevinden.
Breng altijd veiligheidscomponenten aan volgens alle geldende voorschriften.
In geval van meer dan één tank, monteer de tanksensor op een van de tankuitlaten. De temperatuur
van deze tank wordt verondersteld representatief te zijn voor alle andere tanks, op voorwaarde dat
het installatieontwerp correct is.
De systeemsensor dient te worden gemonteerd op de toevoerleiding van ketels naar tanks, zoals op
bovenstaande tekening is aangegeven.
In de inlaat (retour) aansluiting van de ketel wordt geen terugslagklep aanbevolen.
Raadpleeg uw leverancier voor installaties met grote capaciteit.
C
ASCADE ONTWERP
CB-HW-ketels en tanks kunnen in een aantal mogelijke combinaties volgens de onderstaande instructies worden
gecascadeerd. De leidingafmetingen moeten worden gekozen volgens de onderstaande tabellen A, B en C. Dit
zijn minimum (koperen) buismaten; het selecteren van kleinere leidingen zal resulteren in een hogere waterweer-
stand van het systeem, in grotere temperatuurverschillen tussen aanvoer en retour van de ketel en in een hoger
risico op verkalking van het systeem.
Diameter D1
( = UITLAAT en INLAAT van elke ketel)
(42 x 1,5 = Buiten diameter mm x wanddikte in mm)
CB 85 HW
CB 105 HW
CB 125 HW
CB 155 HW
Tabel A: Leidingen direct aan de ketel(s) gemonteerd
36
Ketel
ΔT = 16,5°C
42 x 1,5
54 x 1,5
E93.1804.900.C Handleiding CB-HW
TANKSENSOR
ΔT = 12,5°C
42 x 1,5
54 x 1,5
SYSTEEM
SENSOR
Advertenties
Inhoudsopgave
