C
ASCADE
Er kunnen verschillende vermogenscontrolemodi worden geselecteerd om het cascadesysteem te bedienen.
• Vermogen modus 0: Vermogenscontrole uitgeschakeld, elke ketel moduleert op basis van het systeem Setpoint.
• Vermogen modus 1: Vermogenscontrole-algoritme om een minimaal aantal ketels actief te hebben.
• Vermogen modus 2: Vermogenscontrole-algoritme om een maximaal aantal ketels actief te hebben.
• Vermogen modus 3: Vermogenscontrole-algoritme voor een gebalanceerde hoeveelheid actieve ketels.
De ketelrotatie functie kan de start/stop-volgorde voor de cascadeketels wijzigen.
De parameter Module_Rotatie_Interval stelt het aantal dagen in waarna de reeks wordt bijgewerkt. Wanneer
Module_Rotatie_Interval is ingesteld op 0, is de ketelrotatie uitgeschakeld.
Wanneer de parameter Module_Rotatie_Interval wordt bijgewerkt, worden de rotatiedagen van de ketel die nog
over zijn naar de nieuwe instelling Module_Rotatie_Interval geïnitialiseerd.
Wanneer bijvoorbeeld Module_Rotatie_Interval = 5, is de startvolgorde (x is de laatste ketel):
Dagen
Start/Stop volgorde
Dag 0-5
1-2-3-4-5-6..x
2-3-4-5-6..x-1
Dag 5-10
3-4-5-6..x-1-2
Dag 10-15
Dag 15-20
4-5-4..x-1-2-3
5-6..x-1-2-3-4
Dag 20-25
Met parameter Eerste_Start_Module wordt de huidige ketel geselecteerd die de eerste is die moet starten in de
reeks. Wanneer de ketels worden geroteerd, wordt de parameter Eerste_Start_Module automatisch vernderd
naar de volgende ketel. Wanneer ketelrotatie is uitgeschakeld, wordt de parameter Eerste_Start_Module terug-
gezet naar 0. Wanneer de Eerste_Start_Module handmatig wordt gewijzigd, zal de besturing alle vragen van de
cascaderegelaar wissen. Hierna start de cascade-vraaggeneratie met de nieuwe selectie voor Eerste_Start_Mo-
dule.
V
OLGENDE MODULE DIE START
Wanneer Module_Rotatie_Interval voorbij is, voert de besturing de cascaderotatie uit. Op dat moment wordt de
volgende beschikbare branderautomaat op basis van de huidige Eerste_Start_Module geselecteerd.
Een branderautomaat is beschikbaar wanneer deze wordt gezien op de communicatie bus en de automaat niet
wordt geblokkeerd door een fout.
Wanneer de brander automaat niet beschikbaar is, wordt deze branderautomaat overgeslagen als de volgende
Eerste_Start_Module.
Relevante variabelen
Specifieke parameters
(84) Module Rotatie Interval
(149) Eerste Start Module
– V
ERMOGENSBALANSMODUS
Niveau
2: Installateur
2: Installateur
E93.1804.900.C Handleiding CB-HW
(Standaard) Waarde
5
1
Bereik
0 ... 30
(0: uitgeschakeld)
1 ... 8/16
107