Stap 6
Plaats het voedsel in de oven.
Zie 'Nuttige aanwijzingen en tips'.
De ovendeur niet openen tijdens het koken.
Stap 7
Draai de knop voor de verwarmingsfuncties naar de uit-stand om de oven uit te schakelen.
Stap 8
Nadat de functie eindigt, dient u de deur voorzichtig te openen. Vrijgekomen vocht kan brand‐
wonden veroorzaken.
Stap 9
Zorg ervoor dat de oven is afgekoeld. Verwijder het resterende water uit de uitsparing in de
oven.
7.3 Verwarmingsfuncties
Verwar‐
mingsfunctie
Uit-positie
Binnenverlich‐
ting
Hete lucht
PLUS / Reini‐
ging met water
(Aqua Clean)
Warmelucht
(vochtig)
Onderwarmte
12
NEDERLANDS
Toepassing
De oven staat uit.
Inschakelen van de verlich‐
ting.
Om tijdens de bereiding vocht
toe te voegen. Om tijdens het
bakken de juiste kleur en
knapperigheid te krijgen. Om
bij het opwarmen meer sap‐
pigheid te geven.
Zie het hoofdstuk "Onderhoud
en reiniging" voor meer infor‐
matie over: Aqua Clean.
Deze functie is ontworpen om
tijdens de bereiding energie
te besparen. Bij het gebruik
van deze functie kan de tem‐
peratuur in de ruimte verschil‐
len van de ingestelde tempe‐
ratuur. Het verwarmingsver‐
mogen kan worden vermin‐
derd. Raadpleeg voor meer
informatie het hoofdstuk "Da‐
gelijks gebruik", opmerkingen
op: Warmelucht (vochtig) .
Voor het bakken van taarten
met een krokante bodem en
het bewaren van voedsel.
Verwar‐
mingsfunctie
Hetelucht
Circulatiegrill
Intens grillen
Pizza-functie
Boven + onder‐
warmte
7.4 Opmerkingen over:Warmelucht
(vochtig)
Deze functie werd gebruikt om te voldoen
aan de eisen van de energie-efficiëntieklasse
en het ecologisch ontwerp (volgens EU
65/2014 en EU 66/2014). Tests volgens:
IEC/EN 60350-1.
De ovendeur dient tijdens de bereiding
gesloten te zijn zodat de functie niet wordt
Toepassing
Bakken op maximaal drie rek‐
standen tegelijkertijd en voed‐
sel drogen.
Stel de temperatuur 20 tot
40°C lager in dan voor Boven
+ onderwarmte.
Voor het braden van grote
stukken vlees of gevogelte
met bot op één niveau. Voor
gratineren en bruinen.
Voor het roosteren van grote
hoeveelheden dunne stukken
voedsel en voor het maken
van toast.
Voor het bakken van pizza.
Voor intensieve bruining en
een krokante bodem.
Voor het bakken en roosteren
op één ovenniveau.