1 Waterbehandeling en aansluitingen
Vul het verwarmingssysteem uitsluitend met onbehandeld drinkwater
(pH tussen 6 en 9). Indien u meer inlichtingen wenst over specifieke
onderwerpen, aarzel dan niet contact op te nemen met onze
technische dienst.
Door een correct gebruik van de waterbehandeling kunnen de
prestaties van de ketel verbeterd worden en levensduur hiervan
verlengd worden.
De meeste verwarmingsinstallaties zijn vervaardigd met diverse
materialen, het wordt aanbevolen een waterbehandeling uit te
voeren om problemen te voorkomen of te beperken (corrosie van de
metalen, vorming van kalksteen en slib, microbiologische
besmetting, chemische veranderingen van het water wanneer de
installatie niet behandeld is).
Alvorens chemische producten te gebruiken, is het aan te raden een
in de behandeling van water gespecialiseerd bedrijf te raadplegen,
om te weten welke voorzorgsmaatregelen genomen moeten worden
op het gebied van milieu en gezondheid. U dient rekening te houden
met de specificatie, de leeftijd en de staat van de installatie, alsmede
de aanbevelingen van de fabrikant. Zorg dat oude installaties met
water gereinigd worden om alle corrosieve residuen te verwijderen,
met name geoxideerd onvertind blik.
De ketel mag niet werken wanneer er tijdens het reinigen
chemische middelen gebruikt worden.
1.1
Plaatsing van de montagesjabloon
Zie het met de colli van de montagesjabloon meegeleverde
montageblad.
1.2
Plaatsing van de ketel
Zie "Handleiding Installatie"
08/06/06 - 300008462-001-B
Indien nodig, moet de warmtewisselaar ontkalkt worden, zodat
hij optimale prestaties kan blijven leveren.
Het is zeer belangrijk de concentratie anti-corrosiemiddelen te
controleren na het gebruik hiervan, breng de nodige wijzigingen aan
de installatie aan, spuit water in de installatie en voer alle
onderhoudshandelingen overeenkomstig onderhavige instructies uit.
Om te weten welke dosis anti-corrosiemiddel u voor uw ketels moet
gebruiken en om uitgebreide informatie te verkrijgen over de
behandeling van het water of het reinigen van de installatie, kunt u
rechtstreeks contact opnemen met de technische dienst.
De ketel MCR is voorzien van een beveiligingssysteem tegen laag
debiet, dat gebaseerd is op het aflezen van de temperaturen. Door
het vermogen van de ketel te verlagen zodra het debiet te laag dreigt
te worden, kan de ketel blijven werken. Indien echter het
temperatuurverschil tussen vertrek en retour van de verwarming
hoger is dan 45 of indien de temperatuurstijging van het vertrek van
de verwarming meer dan 1°C/seconde is, schakelt de ketel 10
minuten uit, alvorens weer te kunnen starten. Indien er geen water in
de ketel zit of de pomp niet werkt, vergrendelt de ketel (code E7) en
moet deze handmatig gestart worden.
MCR 24, 24/28 MI, 30/35 MI, 34/39 MI
Minimum waterdebiet
19