De ketels MCR zijn voorzien van een bedieningspaneel met een
elektronische regelaar en een beveiliging en vlambewaking door
middel van een ionisatievoeler.
De ketel is niet gevoelig voor faseomkeringen. Het normale
maximale opgenomen vermogen ligt tussen 115 en 130 W. De ketel
is volledig voorbekabeld. Alle externe aansluitingen kunnen op de
klemmenstrook X9 uitgevoerd worden.
Het vermogen van de ketels MCR kan op diverse wijzen afgeregeld
worden:
Omgevingsthermostaat met droog contact (Omschakeling
zonder spanning): Het vermogen van de ketel kan gemoduleerd
worden met behulp van de interne bediening, totdat het punt bereikt
wordt waarop de vertrektemperatuur ingesteld kan worden. De
thermostaat wordt aangesloten op de klemmenstrook X9 (uitsluitend
laagspanning).
Alle aansluitingen op de klemmenstrook X1,X2,X4,X5,X6,X7
zijn in 230 V.
Alle aansluitingen op de klemmenstrook X9 zijn uitsluitend in
laagspanning.
De MCR is een modulerende ketel waarvan de temperatuur
afgeregeld kan worden door middel van één van de volgende
oplossingen:
- Afregeling afhankelijk van de omgevingstemperatuur:
- Afregeling aanliggende omgeving Easymatic,Easyradio +
Interfacekaart (AD 221)
- Regelknop: Alleen externe voeler
- Afregeling afhankelijk van de buitentemperatuur + Alleen externe
voeler:
- Easymatic,Easyradio + Buitenvoeler + Interfacekaart (AD 221)
- Afregeling afhankelijk van de buitentemperatuur met kring met 3-
wegklep:
- Easymatic of Easyradio + Buitenvoeler + Interfacekaart (AD 222)
De ketel MCR is voorzien van een elektronische temperatuurregelaar
met voelers voor de vertrek- en retourtemperatuur. De
vertrektemperatuur is instelbaar tussen 20 en 85. De ketel verhoogt
of verlaagt zijn vermogen aan de hand van de richttemperatuur.
08/06/06 - 300008462-001-B
Werking
MCR 24, 24/28 MI, 30/35 MI, 34/39 MI
11