Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Basiswerking Flowregeling - DP Hydro-Unit ECO Series Bedienings- En Onderhoudsvoorschriften

Inhoudsopgave

Advertenties

1.
Let op: bij een reset gaan alle instellingen terug naar de Fabrieksinstellingen zoals weergegeven in de parameterlijst. Stel
na een reset de nominale motorstroom (par 18) in. Verkeerde instellingen kunnen leiden tot een onjuiste of geen werking
van de installatie.
OPMERKING
De laagste alarmcode heeft altijd
prioriteit t.o.v. de hogere alarmcode.
Tabel 9: Alarmcodes bij 'flowregeling'
11 Motorstroom te hoog/pomp uit
12 Brandalarm geactiveerd
13 Droogloopbeveiliging geactiveerd Par.1=0
14 Droogloopbeveiliging geactiveerd Par.1=1
15 Temp. Ingang geactiveerd
21 Motorstroom te laag
22 Proefdraai cyclus in werking
5.5.3

Basiswerking flowregeling

Flowschakeling werkt via een contact. Als het contact
gemaakt wordt, dan schakelt de pomp in. Ook de
minimale draaittijd wordt nu gestart. (parameter 12).
Als het contact verbroken wordt, schakelt de pomp,
als de minimale draaitijd verstreken is, uit.
5.5.4
Basiswerking minimale draaitijd-
correctie
De pomp mag maar een maximaal aantal keren per
uur starten (parameter 11). De pomp heeft een
minimale draaitijd (parameter 12).
Wanneer een pomp meer schakelingen per uur
maakt dan wat er in Maximale starts per uur
(parameter 11) is ingevoerd, zal het volgende uur de
minimale draaitijd (parameter 12) met een bepaalde
tijd, de correctiefactor (parameter 13), automatisch
worden verlengd.
Is na een uur het aantal starts onder het aantal max.
16
starts per uur (parameter 11), wordt de minimale
draaitijd automatisch weer aangepast naar beneden.
De minimale 'Minimale draaitijd correctie' (parameter
13) is gelijk aan de minimale draaitijd (parameter 12).
Par.20=0
Nee Ja
Uit
Ja
Par.0=1/2 Ja
Nee Aan Ja
Par.0=3
Nee Ja
Ja
nee
Uit
Ja
Nee Ja
Uit
Ja
Par.1=0
Ja
Nee Uit
Ja
Par.1=1
Nee Ja
Uit
Ja
Ja
Nee Aan Ja
NVT NVT Aan Nee
5.5.5
Als de voordruk aanwezig is mag de pomp
worden gestart.
Als de voordruk niet meer aanwezig is wordt de
droogloopbeveiliging gestart (parameter 14).
Is de minimale voordruk na het verstrijken van
de droogloopbeveiliging niet terug, valt de
installatie in storing (Par.1 = 0/1). De pomp wordt
uitgeschakeld (alarmcode 13 of 14).
Is de voordruk terug voordat de droogloopbe-
veiligingstijd is afgelopen, blijft de installatie
gewoon in bedrijf.
Als de 'Automatische reset' (parameter 1) de
waarde 0 (Automatische reset) heeft, zal de
installatie, als de voordruk weer terugkomt, weer
in de stand 'Automatische reset' gaan staan.
Staat parameter 1 op 1 'Geen automatische
reset' dan zal, als de voordruk weer aanwezig is,
de installatie niet vanzelf in de stand
'Automatische reset' gaan staan, pas na het
indrukken van de reset knop
installatie weer operationeel zijn.
Basiswerking RDP
(droogloopbeveiliging)
zal de
OPMERKING
Zie 10.2: Storingstabel Hydro-Unit ECO.

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave