9 Gasgedeelte
De wanden van de naast het fornuis opgestelde de meubels moeten
uit hittebestendig materiaal vervaardigd zjin.
Vóór de installatie moet men verifiëren of het plaatselijk
distributienet (type van gas en druk) en de karakteristieken van het
toestel compatibel zijn. De karakteristieken staan aangeduid op de
plaat of op het etiket.
Gasaansluiting
De installatie mag uitsluitend worden uitgevoerd door een
gekwalificeerd elektricien, in overeenstemming met de lokaal geldende
voorschriften.
Het fornuis is bij levering klaar voor gebruik met het type gas dat op
het etiket op het toestel is vermeld. Verzeker u ervan dat de ruimte
waarin het fornuis geïnstalleerd wordt goed geventileerd is,
in overeenstemming met de geldende voorschriften. Ook de
aansluiting op de gasaanvoerbuis of gasfles moet aan de geldende
voorschriften voldoen. De gasaanvoerbuis wordt aan de achterkant
van het fornuis (afb. 8.1) aangesloten op de "R" of "L" gasinlaat; de
aansluitbuis mag niet langs de achterkant van het apparaat lopen.
De niet-gebruikte gasinlaat moet worden afgesloten met de plug (T)
en afdichtingsring.
57