Afstandsbediening
De AUDIO, , en
hebben een voeltip. Gebruik de voeltip
als herkenning bij het bedienen van de
afstandsbediening.
(aan/stand-by)
Schakelt het systeem in of zet het
systeem in de stand-bymodus.
INPUT +/– (pagina 8)
Selecteert het apparaat dat u wilt
gebruiken.
Geluidseffectknoppen
Zie "Genieten van geluidseffecten"
(pagina 9).
CLEARAUDIO+, SOUND FIELD,
VOICE, NIGHT
+ knoppen
DISPLAY
Geeft afspeelinformatie op het
televisiescherm weer.
DIMMER (pagina 37)
Stelt de helderheid van het
voorpaneeldisplay en het blauwe
LED-aanduiding in.
Kleurtoetsen
Sneltoetsen voor het selecteren van
items uit sommige menu's.
MIRRORING (pagina 20)
Selecteert de [Schermreproductie]-
ingang.
PAIRING
(pagina 11)
Stelt het systeem in de
koppelingsmodus in. Deze knop
werkt alleen als de [Bluetooth-
stand] is ingesteld op [Ontvanger]
(pagina 26).
BACK
Met deze toets kunt u terugkeren
naar het vorige display.
OPTIONS (pagina's 12, 15, 31, 32)
Geeft het optiemenu op het
televisiescherm weer of op het
voorpaneeldisplay. (De plaats kan
afhankelijk van de geselecteerde
functie verschillen.)
HOME (pagina's 8, 10, 16, 19, 22)
Opent het homescherm van het
systeem of sluit het af.
///
Verplaatst de accentuering naar
een weergegeven item.
(enter)
Voer het geselecteerde item in.
SW
(volume subwoofer) +/–
Past het volume of de bas aan.
(geluiddemping)
Met deze toets kunt u tijdelijk het
geluid uitschakelen.
(volume) +/–
Met deze toets kunt u het volume
aanpassen.
49
NL