Afhankelijk van de
gebruiksomgeving kan de
communicatiesnelheid beïnvloed
worden door de afstand of het
obstakel tussen de apparaten, type
apparaat, configuratie van het
apparaat of radiogolven. De
communicatie kan verloren gaan
door het verlies van de verbinding.
USB-apparaat
Het USB-apparaat wordt niet herkend.
Probeer het volgende:
Schakel het systeem uit.
Verwijder het USB-apparaat en
sluit het weer opnieuw aan.
Schakel het systeem in.
Zorg ervoor dat het USB-apparaat
correct is aangesloten op de
(USB)-poort.
Controleer of het USB-apparaat of
een kabel is beschadigd.
Controleer of het USB-apparaat is
ingeschakeld.
Als het USB-apparaat is
aangesloten via een USB-hub,
koppel deze dan los en sluit het
USB-apparaat rechtstreeks op het
apparaat aan.
"BRAVIA" Sync ([Controle
voor HDMI])
De [Controle voor HDMI]-functie werkt
niet ("BRAVIA" Sync).
Controleer de HDMI-verbinding
(zie stap 1 van de meegeleverde
starthandleiding).
Controleer of [Controle voor HDMI]
is ingesteld op [Aan] (pagina 27).
Als u de HDMI-verbinding
verandert, dient u het systeem uit te
schakelen en vervolgens weer in te
schakelen.
44
NL
Stel, als een stroomstoring
optreedt, [Controle voor HDMI] in
op [Uit] en stel vervolgens [Controle
voor HDMI] in op [Aan] (pagina 27).
Controleer het volgende en
raadpleeg de gebruiksaanwijzing
die bij het apparaat is geleverd.
Het aangesloten apparaat is
compatibel met de [Controle voor
HDMI]-functie.
De instelling van het aangesloten
apparaat voor de [Controle voor
HDMI]-functie is correct.
Als u de stekker van het netsnoer uit
het stopcontact haalt of erin steekt,
dient u 15 seconden te wachten
voordat u het systeem weer
bedient.
Als u de audio-uitgang van het
videoapparaat met het systeem
verbindt en u hiervoor een andere
kabel gebruikt dan een HDMI-kabel,
wordt er vanwege "BRAVIA" Sync.
geen geluid weergegeven. In een
dergelijk geval stelt u [Controle
voor HDMI] in op [Uit] (pagina 27) of
sluit u de kabel van de audio-
uitgang van het videoapparaat
rechtstreeks op de televisie aan.
De types en het aantal apparaten
dat door de "BRAVIA" Sync-functie
kan worden bediend, worden door
de HDMI CEC-standaard als volgt
beperkt:
Opnameapparaten (Blu-ray
Disc™-recorders, DVD-recorders,
enz.): max. tot 3 apparaten
Afspeelapparaten (Blu-ray Disc™-
spelers, DVD-spelers, enz.): max. 3
apparaten (inclusief dit systeem)
Tunergerelateerde apparaten:
max. tot 4 apparaten
Audiosysteem (receiver/
hoofdtelefoons): max. 1 apparaat
(inclusief dit systeem)