Behandel het vul- en bijvulwater conform de onderstaande instructies.
Om schade aan waterverwarmingsinstallaties (bijv. het ontstaan van kal-
kaanslag) te voorkomen, kan waterbehandeling nodig zijn, afhankelijk
van de hardheid van het vulwater, het watervolume van het systeem en
het maximale verwarmingsvermogen van de warmtebron.
Voorschriften voor het vul- en bijvulwater voor warmtebronnen van
aluminium en warmtepompen
V [m3]
3,00
2,80
2,60
2,40
2,20
2,00
1,80
1,60
1,40
1,20
1,00
0,80
2
0,60
0,40
0,20
0,00
0
5
10
<50kW
Afb. 168 Voorwaarden voor het vul- en bijvulwatervolume van warmte-
pompen met een vermogen van ≤ 100 kW
8,00
<300 kW
7,50
7,50
<250 kW
7,00
6,50
5,50
<200 kW
5,00
<175 kW
4,50
4,00
<150 kW
3,50
<125 kW
3,00
<100 kW
2,50
2,00
1,50
1,00
3
0,50
0,00
0
5
10
Afb. 169 Voorwaarden voor het vul- en bijvulwatervolume van warmte-
pompen met een vermogen van 100-300 kW
CS3000 AWP – 6721856002 (2024/06)
1
15
20
25
º
H
[
dH]
w
<100kW
0010053667-001
1
2
15
20
25
0010053668-001
16,00
<600 kW
15,00
<550 kW
14,00
<500 kW
13,00
12,00
<450 kW
11,00
<400 kW
10,00
<350 kW
9,00
8,00
<300 kW
7,00
6,00
5,00
4,00
3,00
2,00
1,00
0
5
Afb. 170 Voorwaarden voor het vul- en bijvulwatervolume van warmte-
pompen met een vermogen van 300-600 kW
Conversie van de eenheden voor waterhardheid
1 ºdH =
30
1 ºe =
0.798
1 ºfH =
1 mmol/l =
Tabel 118
x - de totale hardheid in ºdH
y - het maximaal mogelijk watervolume over de levensduur van de warm-
tebron in maximaal mogelijk watervolume over de levensduur van
de warmtebron in m
1 - Gebruik boven de curve uitsluitend volledig gedemineraliseerd drink-
water met een geleidingsvermogen van ≤ 10 μS/cm
2- Onder de curve kan onbehandeld drinkwater gebruikt worden dat vol-
doet aan de regelgeving voor drinkwater.
Volledige ontzilting is de aanbevolen en goedgekeurde behandelingsme-
thode voor het vul- en bijvulwater (tot een geleidbaarheid van ≤ 10 μS/
cm).
Een andere optie is om een systeemscheiding toe te passen met behulp
van een warmtewisselaar, direct na de warmtebron.
Voorkomen van corrosie
Om corrosie te voorkomen, moet u ervoor zorgen dat het systeem een
corrosiedichte waterverwarmingsinstallatie is. Tijdens de werking is er
geen zuurstoftoegang tot het systeem.
30
Om oxygenatie te voorkomen, moeten de verbindingsleidingen diffusie-
dicht zijn
(de hoeveelheid zuurstof die door het vul- en bijvulwater wordt inge-
bracht, is over het algemeen erg klein en kan daarom worden verwaar-
loosd).
Vermijd het gebruik van rubberen slangen. De bijbehorende koppelin-
gen moeten in de installatie worden gebruikt.
Tijdens de het gebruik moeten de volgende stappen in acht worden ge-
nomen:
• Controleer het drukbehoud met betrekking tot het binnendringen
van zuurstof.
• Controleer de werking, juiste dimensionering en juiste instelling
(voordruk) van het expansievat.
Watersystemen en leidingwerk
10
15
20
ºdH
ºe
ºfH
1
1,25
1,8
1
1,4
0,56
0,7
1
5,6
7,02
10
3
25
30
0010053669-001
mmol/l
0,1783
0.142
0,1
1
163