Dak-airconditioning
10.7 Dak-airconditioning
De klimaatinstallatie bevindt zich – in plaats van in het dakluik –
in het plafond van het woongedeelte.
De airconditioning wordt ingesteld via het TFT-scherm (zie 7.2
Elektrische installatie).
Voor de juiste bediening en om het vermogen van de klimaa-
tinstallatie te optimaliseren moet u de volgende punten in acht
nemen:
*
• Let op warmte-isolatie, dicht kieren af en dek glazen
opper-vlakken af.
• Dek luchtinlaten en openingen niet af en zorg dat ze niet
verstopt raken.
• Spuit geen water in de klimaatinstallatie.
• Houd licht ontvlambare materialen uit de buurt van de
installatie.
• Houd ramen en deuren gesloten en ventileer slechts af
en toe kort en grondig. Bij open ramen stroomt er voort-
durend warme en dus vochtige lucht in de caravan. Daar
wordt de lucht afgekoeld en condenseert het vocht in de
binnenruimte.
10. Inbouwapparatuur
205