■ Appliceren
a
Trek het patroon over op de applicatiestof
en snijd het rondom af. Laat daarbij een
marge van 3 tot 5 mm (1/8 tot 3/16 inch)
over.
a Marge: 3 - 5 mm
(ca. 1/8 - 3/16 inch)
b
Plaats een stuk steunstof, afgeknipt op de
maat van het uiteindelijke appliqué-
ontwerp, op de stof en vouw met een
strijkijzer de marge tot aan de naad om.
Knip de bochten zo nodig af.
c
Keer de applicatie om en zet de steunstof
vast met rijgspelden of rijgsteken.
d
Selecteer
en bevestig persvoet "J".
e
Zet de applicatie vast met de
quiltapplicatiesteek. Naai rond de rand en
laat de naald daarbij zo dicht mogelijk bij
de rand komen.
a Appliceren
b Naaldpositie
VOORZICHTIG
• Zorg dat de naald tijdens het naaien geen
rijgspeld raakt. Als de naald een rijgspeld
raakt, kan de naald breken en letsel
veroorzaken.
NAAISTEKEN NAAIEN
103
3