2024-06 NL 5020105.00A.05
> Houd het uiteinde van de draad vast en laat met een ruk de spoelhuls vallen.
– Als de draad steeds uit de spoelhuls loopt, is de onderdraadspanning te gering.
– Als de draad niet uit de spoelhuls loopt, is de onderdraadspanning te hoog.
> Draai de grootste schroef op de spoelhuls rechtsom, om de draadspanning te verhogen.
> Draai de grootste schroef op de spoelhuls linksom, om de draadspanning te verlagen.
Bovendraadspanning instellen
Bovendraadspanning met het instelwiel instellen
De bovendraadspanning kan met het instelwiel «Draadspanning» worden ingesteld. De basiswaarde voor de
bovendraadspanning is 3.
1
2
1
Bovendraad
2
Onderdraad
Bij een optimale rechte steek is de onderdraad aan de voorzijde van de stof niet zichtbaar.
> Stel de bovendraadspanning met het instelwiel op een lagere waarde in, als de onderdraad aan de
voorzijde van de stof zichtbaar is.
VOORBEREIDINGEN
3
4
3
Voorzijde (bovenzijde) van de stof
4
Achterzijde (onderzijde) van de stof
25